Rijksoverheid



Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het onderzoek over lerarentekort en schoolprestaties (Ingezonden 20 september 2010)


1.
Wat is uw reactie op het onderzoek van hoogleraar Jaap Dronkers, verschenen in het Onderwijsblad van De Algemene Onderwijsbond (Aob) 1), inzake het lerarentekort en de grote waarde die investeringen hierin zou hebben voor de prestaties van leerlingen?

Evenals hoogleraar Jaap Dronkers onderschrijf ik het belang van voldoende en goed gekwalificeerde leraren voor de kwaliteit van ons onderwijs. Met het actieplan Leerkracht van Nederland wordt daarom door dit kabinet fors geïnvesteerd in de aanpak van het kwantitatieve en kwalitatieve tekort op de onderwijsarbeidsmarkt. De investeringen op basis van het actieplan Leerkracht nemen ieder jaar toe tot ¤ 1 miljard structureel in 2020. Naast de investeringen in extra beloningsmaatregelen gaat het om investeringen in bijscholing (lerarenbeurs) en de kwaliteit van de lerarenopleidingen.

In het actieplan staat vastgelegd dat schoolbesturen extra geld krijgen om meer leraren in een hogere schaal te kunnen belonen. Dit vergroot de loopbaanmogelijkheden en de aantrekkelijkheid van het leraarsberoep. Bovendien drukken betere salarissen de maatschappelijke waardering uit voor docenten. En het werkt. In het voortgezet onderwijs in de Randstad is het afgelopen jaar het aandeel leraren dat betaald wordt in een hogere schaal met 9 procentpunt gestegen.

De meest recente arbeidsmarktramingen laten zien dat vooral in het voortgezet onderwijs de komende jaren veel nieuwe leraren nodig zijn. In deze sector ontstaat door de uitstroom van oudere leraren de komende acht jaar een tekort van circa 3.000 voltijdbanen. Zonder de beloningsmaatregelen uit het actieplan Leerkracht zou het verwachte tekort in het voortgezet onderwijs echter twee keer zo hoog zijn.


2.
Hoe beoordeelt u zijn bevinding dat Nederlandse leerlingen veel beter zouden scoren op de exacte vakken # zeer belangrijk voor de kenniseconomie # als er voldoende leraren zouden zijn? Onderschrijft u het belang van meer exact opgeleide leerlingen?

De heer Dronkers concludeert terecht dat leerlingen waarschijnlijk beter scoren op exacte vakken zonder lerarentekort. Hoeveel de gemiddelde PISA#score van Nederland dan omhoog zou gaan valt niet precies te bepalen. Volgens het PISA# rapport heeft maar 3 procent van de leerlingen in Nederland te maken met vacatures in de science vakken.

Pagina 3 van 3

Datum

Onze referentie
237906

Ik onderschrijf het belang van meer exact opgeleide leerlingen en constateer met voldoening dat het beleid via het deltaplan bèta en techniek zijn vruchten heeft afgeworpen.


3.
Onderschrijft u de analyse van Dronkers dat bij het welslagen van leerlingen met een allochtone achtergrond het element van een goede leraar van groot belang blijkt? Welke bijdrage kan volgens u een fikse investering in meer en betere leraren leveren in het bevorderen van integratie en participatie van dit soort leerlingen?

De vooropleiding van ouders is een van de meest bepalende factoren voor de schoolprestaties van hun kinderen, zo blijkt uit het artikel in het Onderwijsblad. Veel leerlingen met een allochtone achtergrond hebben laagopgeleide ouders. Zij groeien veelal op in een milieu waarin minder stimulansen zijn tot leren. Dat bepaalt voor een belangrijk deel hun achterstand.

De kwaliteit van de leraar is een andere zeer bepalende factor voor de kwaliteit van het onderwijs. Lesgeven aan kinderen met een allochtone achtergrond vraagt om specifieke kennis. Om leraren hier op voor te bereiden is scholing van groot belang. Dat kan zowel via de initiële lerarenopleiding als via nascholing. Lerarenopleidingen kunnen hier bijvoorbeeld via het curriculum toekomstige leraren op voorbereiden. Daarnaast heeft een schoolbestuur nascholingsbudgetten die, indien nodig, ook voor dit doel ingezet kunnen worden.

In de generieke kennisbasis voor de lerarenopleidingen zoals die de komende jaren ingevoerd zal gaan worden, wordt ook aandacht besteed aan het werken met verschillen in de klas. Dat moet dus ook een kwalitatieve versterking op dit punt gaan opleveren.