Rijksdienst Cultureel Erfgoed


Europese belangstelling voor gildeproeven in Amersfoort

Persbericht | 30 sep 2010 - 16:38

De Amersfoortse Onze Lieve Vrouwetoren herbergt een unieke set historische gildeproeven. Voegwerk in de toren laat zien hoe het toelatingsexamen voor het gilde van metselaars in de 17e eeuw aan strenge eisen moesten voldoen. Mathematisch nauwkeurige werkstukken van geslepen metselwerk bleven alleen in Amsterdam en in Amersfoort in één gebouw bewaard. Een groep monumentenzorgers, architecten en bouwhistorici uit Europa is deze week te gast bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en bezoekt vrijdag 1 oktober diverse monumenten in Amersfoort die voor deze gelegenheid worden opengesteld.

Voor 1901 bepaalden aannemers en gilden zelf het aanzien en de kwaliteit van het bouwen. Om toegelaten te worden tot het gilde van de metselaars moest een kandidaat diverse werkstukken maken van geslepen metselwerk. Alleen in Amersfoort en Amsterdam bleven die in één gebouw bewaard: in de Amsterdamse Waag en op de eerste verdieping van de Amersfoortse Onze Lieve Vrouwetoren waar een setje van drie proeven te zien is. Het gaat om een aanvulling die wijst op de aanscherping van het examen in 1665 zijnde een poortje, een ovaal venster en een haardgewelf met twee punten. Mogelijk dienden ze als voorbeeld. Waarom ze in de Onze Lieve Vrouwetoren hangen is onbekend, maar het zou kunnen gaan om de gildekamer van de metselaars, net als in de Amsterdamse Waag. De bewaard gebleven proeven tonen wat gold als ultieme kwaliteit: het metselen met zo dun mogelijke voegen.

Deze week vindt een internationaal congres plaats over huizen in Holland, hoe ze gebouwd en afgewerkt zijn. De Europees opererende Arbeitskreis für Hausforschung van monumentenzorgers, architectuur- en bouwhistorici wordt ontvangen in Amsterdam, Leiden en Amersfoort. Er zijn meer dan twintig lezingen over nieuwe vondsten plus een boek waarin alles staat: Hausbau in Holland. Baugeschichte und Stadtentwicklung. Jahrbuch für Hausforschmmung 2010. De onderwerpen variëren van drijvende kelders tot verlaten steden zoals Enkhuizen. Vrijdag 1 oktober bezoeken de congresgangers een tiental gebouwen in Amersfoort, waaronder de Onze Lieve Vrouwetoren. Het congres laat zien hoe de nationale en stedelijke monumentenzorg samenwerken als het om kennis van monumenten gaat.

Informatie is op te vragen bij de woordvoerders van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort (033 4217100) of de congrescoördinator prof.dr. Dirk J. de Vries (06 52004921).