Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie


NPCF: Kabinetsplannen te beperkt voor toekomst zorg

04 oktober 2010

De kabinetsplannen voor zorg bevatten waardevolle ideeën. De Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) vindt echter ook dat een aantal voorstellen niet stevig genoeg is voor `duurzame zorg' in de toekomst. Wat ontbreekt is een visie hoe de groeiende zorgvraag van chronisch zieken ook in de toekomst opgevangen kan worden.

Zo is er meer aandacht nodig voor preventie en voor nieuwe technieken waardoor patiënten langer zelfstandig kunnen blijven functioneren. De NPCF vindt ook dat er meer nadruk moet zijn op goede samenwerking in de gezondheidszorg, in plaats van alleen op concurrentie.

De voorstellen

De patiëntenfederatie vindt het een goede keuze om te investeren in zorg dicht bij huis. Daaronder valt ook versterking van verpleging thuis. Ook een goede taakverdeling tussen ziekenhuizen vindt de NPCF belangrijk. Het is goed dat bepaalde complexe behandelingen in minder ziekenhuizen worden geleverd zodat de kwaliteit verder kan verbeteren.

De NPCF deelt de constatering van het kabinet-in-wording dat het nog te langzaam gaat met nieuwe ontwikkelingen in de zorg zoals technologische toepassingen. Het moet makkelijker worden om die vernieuwingen ook echt op te nemen in de gezondheidszorg en in het basispakket.

De toekomst

De NPCF vraagt zich af of de plannen sterk genoeg zijn om in de toekomst goede en betaalbare zorg voor iedereen te garanderen. De verwachting is dat in 2020 de vraag naar zorg met grote sprongen toeneemt, terwijl het aantal mensen dat beschikbaar komt om in de zorg te werken sterk afneemt. Daarom moet er nog meer aandacht komen voor preventie, zodat voorkomen kan worden dat mensen ziek(-er) worden.

Ook met de inzet van meer geld voor de ouderenzorg -op zich een positief punt- is te weinig aan de toekomst gedacht. De NPCF ziet liever dat er vooral voorstellen komen hoe ouderen zichzelf zo lang mogelijk kunnen redden en zelfstandig kunnen blijven wonen. Het nieuwe kabinet doet er goed aan om de zorgsector samen met de patiënten- en cliëntenorganisaties een echt vernieuwend plan te laten maken.

Ouderen en chronisch zieken kunnen en willen steeds meer zorgtaken zelf uitvoeren. Zeker als daarbij nieuwe technologieën worden ingezet. Zo stelt het nieuwe kabinet voor dat het gebruik van mental e-health bevorderd moet worden. De NPCF vindt dat dergelijke technologische ontwikkelingen in de volle breedte van de gezondheidszorg moeten worden ingevoerd.

Langdurige zorg

Ten aanzien van de langdurige zorg kiest het kabinet ervoor om de huidige AWBZ te laten bestaan, zij het in een sobere versie. Begeleiding en dagbesteding moeten volgens de plannen door de gemeenten worden geregeld. Daar zet de NPCF haar vraagtekens bij.

Inderdaad kunnen gehandicapte mensen die opstapjes zoeken naar gewoon wonen, werk, of vrije tijd daarbij ondersteuning krijgen van gemeenten. Maar mensen die voortdurend begeleiding nodig hebben moeten zeker kunnen zijn van die zorg. Zij moeten dit dus vanuit de AWBZ kunnen krijgen.

Het is daarnaast vragen om moeilijkheden als de dagbesteding voor ernstig gehandicapte mensen naar de gemeente (Wet maatschappelijke ondersteuning) zou gaan.

Het basispakket

Uit het concept regeerakkoord blijkt nog niet dat de onnodige kosten in de zorg daadwerkelijk aangepakt gaan worden. De NPCF vindt dat eerst de `luchtbellen' uit het systeem moeten worden gehaald.

Het is volgens de patiëntenfederatie dan ook overbodig om het aantal zelf te betalen of aanvullend te verzekeren aantal behandelingen fysiotherapie te verhogen tot 15. Het is ook niet nodig om een eind te maken aan de wereldwijde dekking.

De NPCF is bezorgd over alle inkomensgevolgen die de kabinetsplannen hebben voor onder meer gehandicapte mensen en mensen met langdurige psychische problematiek. Want ook de zorgtoeslag wordt lager, de eigen bijdragen voor de GGZ gaan omhoog; de Wajong-regeling wordt ingrijpend aangepast. Met de premiestijging die daarbij voor 2011 is aangekondigd vindt de NPCF deze maatregelen een brug te ver.