Rijksoverheid
Antwoorden op vragen van het lid Van Raak (SP) van de staatssecretaris van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties over herindelingsperikelen in Limburg. (Ingezonden 7
september 2010)
1
Bent u op de hoogte van de ruzie over 180.000 euro herindelingskosten tussen de
gemeenten Bergen en Gennep? 1)
Antwoord 1.
Ja.
2
Waaruit bestaan deze kosten?
Antwoord 2.
Het betreft hier de verrekening van kosten die gemaakt zijn in het kader van
werkzaamheden ter voorbereiding van de samenvoeging van de gemeenten Bergen,
Gennep en Mook en Middelaar op grond van het bij uw Kamer aanhangig gemaakte
wetsvoorstel (Kamerstukken 32 240).
3
Op welke wettelijke regels is de claim van de gemeente Gennep gebaseerd?
Antwoord 3.
De claim is gebaseerd op artikel 79, eerste lid, van de Wet algemene regels herindeling
(Wet arhi). Deze bepaling schrijft voor dat de besturen van de vóór de datum van
herindeling bij een wijziging van de gemeentelijke indeling betrokken gemeenten ervoor in
onderling overleg zorg moeten dragen, dat de te treffen voorzieningen met het oog op de
gewijzigde indeling tijdig worden voorbereid.
4
Wat is uw opvatting over deze claim?
Antwoord 4.
Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de betrokken gemeentebesturen om
gezamenlijk zorg te dragen voor een evenredige verrekening van de kosten van de op
grond van artikel 79, eerste lid, Wet arhi gevorderde werkzaamheden.
5
Wat is uw opvatting van de rol van de provincie Limburg in deze zaak? Heeft zij het recht
om in deze zaak in te grijpen? Zo ja, op welke grond?
Antwoord 5.
De rolinvulling van de provincie in deze zaak is correct. Gedeputeerde Staten hebben op
grond van artikel 79, tweede lid, Wet arhi de taak om de totstandkoming van het onderling
overleg te bevorderen tussen de betrokken gemeenten met het oog op het bepaalde in
artikel 79, eerste lid, Wet arhi. Daarnaast zijn de gemaakte kosten van de voorbereidende
werkzaamheden zoals gevorderd op grond van artikel 79, eerste lid, Wet arhi aan te
merken als verplichte uitgaven als bedoeld in artikel 193, onderdeel c, Gemeentewet.
Artikel 194, eerste lid, Gemeentewet kent aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid toe
verplichte uitgaven op de gemeentebegroting te brengen indien de raad van een gemeente
dat weigert.
6
Deelt u de mening dat buurgemeenten niet op een dergelijke manier met elkaar moeten
omgaan, zeker niet als sprake is van mogelijke fusiepartners voor een gemeentelijke
herindeling?
Antwoord 6.
Zie antwoord vraag 4
7
Bent u bereid te bemiddelen in deze zaak? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7.
Zie antwoord vraag 4. Als nadere bemiddeling nodig is, dan is het gezien de geldende
verantwoordelijkheidsverdeling de provincie die deze rol op kan pakken.
1) http://www.gemeente.nu/web/Actueel/Bestuurszaken/Samenwerking