Bond van Nederlandse Architecten

Donderdag, 07 oktober 2010

Regeerakkoord: ruimtelijke kwaliteit wordt vergeten

Met de instemming van VVD en CDA is het vorige week gepresenteerde regeerakkoord een feit. Wat staat er nu eigenlijk in voor architecten/de bouw? In het akkoord is veel aandacht voor economische stimulans en het bevorderen van het ondernemingsklimaat. Dit sluit aan bij de door de BNA gevoerde lobby om in deze economisch moeilijke tijden de bouw te bevorderen. Ruimtelijke kwaliteit krijgt daarbij echter geen prioriteit. Verder maakt de BNA zich zorgen over de bezuinigingen in het algemeen en bij de lagere overheden.

Hieronder volgt een overzicht van voor architecten belangrijke zaken uit het regeerakkoord.

Economie/ondernemerschap
o Het Kabinet wil veel stimulerende maatregelen voor ondernemers. Ondernemerschap wordt bevorderd, lasten worden verlicht. o De creatieve industrie wordt genoemd als een van de economisch topsectoren van Nederland. Voor deze groepen wordt stimulerend beleid ontwikkeld, waardoor onder andere de export zou moeten worden bevorderd.
o In het akkoord is uitdrukkelijk opgenomen dat kleine en middelgrote bedrijven (MKB) en ZZP'ers meer kansen krijgen bij aanbestedingen door de overheid: omzeteisen worden verlaagd en cluster- en raamcontracten worden teruggedrongen.

Wonen/ontwikkelen
o Aan de hypotheekrente wordt door dit kabinet niet getornd. Dit kan bijdragen aan herstel van het consumentenvertrouwen. o De doorstroming in de woonmarkt wordt gestimuleerd door het aanpakken van scheefwonen en het bevorderen van het kopen van huurwoningen. o Er komt meer ruimte voor kleine bouwprojecten. Oók bijvoorbeeld in het Groene Hart. Hoewel de BNA niet per se tegenstander is van kleine projecten kan dit beleid leiden tot versnippering en daarmee gepaard gaand verlies aan ruimtelijke kwaliteit. De BNA mist beleid ten aanzien van intensivering van de bestaande stad om daarmee schaarse open ruimte open te houden en bestaande infrastructuur beter te benutten. o Er wordt meer ingezet op (collectief) particulier opdrachtgeverschap. Hoe is niet duidelijk.
o In het regeerakkoord is specifiek aandacht voor de krimpregio's; deze krijgen nieuwe impulsen en ontwikkelingsmogelijkheden. De BNA deed hier al eerder een grootschalig onderzoek over waarin architecten ontwerpvoorstellen doen om de krimpgebieden aan te pakken. o Naar stedelijke vernieuwing gaat helaas geen aandacht meer. De BNA vindt dit zorgwekkend. Reeds gedane investeringen op dit vlak dreigen daarmee ook verloren te gaan.

Ruimtelijke ordening
o Er komen minder ministeries. Er wordt in de toelichtingen gesproken over een Ministerie van Ruimte, waarin de ministeries VROM en Verkeer en waterstaat samengaan. Dit kan bijdragen aan een meer integrale besluitvorming over ingrepen in de ruimtelijke omgeving in zijn totaliteit.
o De verantwoordelijkheid voor ruimtelijke ordening gaat van de rijksoverheid naar provincies en gemeenten. Zorgpunt is hier dat duidelijke kaderstelling is vereist. Ook moeten hier wel budgetten aan worden gekoppeld anders moeten lagere overheden meer gaan doen met minder geld.

Bezuinigingen
De BNA is uiterst bezorgd over de omvang van de bezuinigingen in het algemeen en het effect daarvan op overheidsopdrachten voor architecten. Zij vreest een periode van stilstand waarin niet meer wordt nagedacht over de ruimtelijke toekomst van ons land maar slechts geconsolideerd wordt. Dit zou kunnen leiden tot een kaalslag in de - internationaal vermaarde- Nederlandse architectenbranche.
De BNA maakt zich ook grote zorgen over de bezuinigingen op de lagere overheden aangezien dit tot nog meer bouwstops zou kunnen leiden dan sinds de start van de crisis al hebben plaatsgevonden. Deze hebben de architectenbranche al heftig geraakt.

Conclusie
De tekst van het regeerakkoord behelst slechts de plannen en voorstellen. Er is nog veel onduidelijk over de uitvoering en er is daarmee nog weinig te zeggen over de daadwerkelijke effecten voor de architecten en de bouw. Uiteraard zal de BNA met de nieuwe minister het gesprek aangaan over de uitwerking en uitvoering van het beleid en het effect daarvan op de bouw en de architecten.