Ministerie van Defensie
Nieuwe minister treedt aan
14 oktober 2010, 16.45 uur
De CDA-politicus Hans Hillen is sinds
vanmiddag de nieuwe minister van Defensie. Hij volgt Eimert van
Middelkoop op die ruim 3,5 jaar de scepter zwaaide op het departement.
Secretaris-generaal Ton Annink verwelkomde de nieuwe bewindsman op het
bordes van Plein 4, muzikaal opgeluisterd door de luchtmachtkapel.
In de ministerskamer vond de overdracht van dossiers plaats. De nieuwe
bewindsman moet het doen zonder staatssecretaris, want die functie komt
bij Defensie in het kabinet Rutte-Verhagen niet terug. Dat betekent
dat Hillen ook de portefeuilles materieel en personeel voor zijn
rekening neemt. Na tekening van de stukken verliet Van Middelkoop voor
de laatste keer zijn departement onder de klanken van de
afscheidsaubade Nightfall in Camp.
Verzekering
Hillen ziet zich geconfronteerd met nieuwe bezuinigingen op Defensie,
maar, zo liet hij eerder deze week weten, hij wil de komende jaren
echter benutten om politiek en samenleving ervan te overtuigen dat
verder bezuinigen niet in het belang is van de Nederlandse bevolking.
"Defensie is een verzekering en als je je premie niet, of onvoldoende
betaalt, dan kun je ook geen goede uitkering verwachten als je echt
brand hebt. Defensie, daar moet je heel zuinig op zijn!", aldus de
nieuwe minister. Ook gaf hij aan groot respect te hebben "voor het werk
en inzet van onze militairen. Hun taak is van groot belang voor
samenleving en rechtsstaat. Het is mijn werk en inzet ervoor te zorgen
dat ze dat kunnen blijven doen. Ik wil de komende jaren benutten om
politiek en samenleving te motiveren hiervoor meer steun, in breedste
zin van het woord, te genereren".
Hillen was onder meer leraar, journalist, voorlichter en Tweede
Kamerlid. In de periode 2003-2007 leidde hij het College voor
Zorgverzekeringen. Aansluitend werd hij lid van de Eerste Kamer. Zowel
als parlementariër als senator had Hillen Defensie in zijn
portefeuille.
Verwijzingen
* Introductiebundel Defensie 2010
* Beleidsnota | 14 oktober 2010 | pdf, 126 pagina's, 1 MB
Zie het origineel