Grafische Bedrijfsfondsen


ASF/Garantiefonds ziet workload door faillissementen toenemen (okt 2010)

Geen financieel nadeel voor overige fondsen

Het Garantiefonds ziet haar werklast door een toenemend aantal faillissementen in 2009^1 en 2010 oplopen. De economische crisis treft de branche zwaar. In 2009 bedroegen de uitkeringen die ten laste van het fonds kwamen circa ⬠6 miljoen.
In 2010 is dat bedrag in augustus al bereikt. De honderden ontslagen van oktober en de resterende maanden van het vierde kwartaal komen daar nog bij. Door het forse verlies van arbeidsplaatsen staat de financiering van de aanvullingsregeling onder druk. De Raad voor Overleg in de GrafimediaBranche (ROGB) dat in het kader van de cao over de toewijzing van branchemiddelen gaat, bekijkt in oktober welke maat-regelen moeten worden genomen. De GBF, de uitvoeringsorganisatie voor de branche heeft in haar reguliere incassobeleid maatregelen opgenomen die er voor zorgen dat de grafimedia fondsen buiten het Garantiefonds om geen financieel nadeel ondervinden van de vele faillissementen.

Als gevolg van technologische ontwikkelingen, internationale concurrentie en de sterke conjunc-tuurgevoeligheid van de grafische producten, krimpt de werkgelegenheid. Bedroeg het aantal werknemers in de grafimedia branche eind 2008 nog ruim 35.000, eind 2010 zal dit aantal naar verwachting uitkomen op zoân 27.500. Een reductie van meer dan 20%. Het Garantiefonds, dat aanvullingen verstrekt op de WW-uitkering van werknemers in het geval van een faillissement en eenmalige uitkeringen in het geval van een reorganisatie, ervaart dagelijks de ingrijpende gevolgen van de crisis. De voorwaarden om voor een uitkering vanuit het Garantiefonds in aanmerking te komen, worden omschreven in de grafimediacao (de zgn. RFR-regeling)^2.

Omgang met betalingsproblematiek werkgevers
Als gevolg van de moeilijke economische omstandigheden zijn meer grafimediabedrijven dan gebruikelijk in betalingsproblemen gekomen. De besturen van de grafimedia fondsen PGB, SGB, Vut-fonds FWG en het ASF hebben met de uitvoeringsorganisatie GBF afspraken gemaakt over hoe moet worden om gegaan met bedrijven die (tijdelijk) hun premie niet kunnen betalen.

Op de debiteurenadministratie van de GBF worden de openstaande vorderingen actief bewaakt. Het streven is om voor de branche het bedrag aan afboekingen wegens oninbaarheid zo laag mogelijk te houden terwijl tegelijkertijd het aantal gerechtelijke invorderingen tot een minimum beperkt dient te worden. Aan deze doelstellingen werd door de jaren heen ruim voldaan. In 2009 kon 0,08% van de premie niet worden geïncasseerd.

Incasso afspraken
Als een betaling uitblijft, start het afgesproken incassotraject. Alle bevindingen tijdens het in-cassotraject worden vastgelegd waarbij een tijdelijke betalingsregeling tot de mogelijkheden behoort. Een betalingsregeling wordt alleen bij uitzondering overeengekomen onder de toepassing van strikte voorwaarden. Een belangrijke voorwaarde voor het treffen van een betalingsregeling is de levensvatbaarheid van een bedrijf. De overlevingskansen worden zorgvuldig beoordeeld. Daarnaast mogen de financiële condities niet leiden tot concurrentie-vervalsing. De voorwaarden die de fondsen stellen zijn, mogen niet gunstiger uitpakken dan
de kredietvoorwaarden die banken stellen.

De inning van betaaltermijnen uit betalingsregelingen vindt plaats via een automatische incasso. Verder wordt een actiever incassobeleid toegepast bij die werkgevers die een ongewenst be-taalgedrag hebben laten zien.

Gerechtelijke invordering en aanvraag faillissement Mede op basis van de opgedane ervaringen tijdens het incassotraject wordt vervolgens bepaald of een gerechtelijke invordering wordt gestart. Als ook deze route niet tot betaling of een betalingsregeling leidt, wordt uiteindelijk het faillissement aangevraagd. Het dagelijks bestuur van het desbetreffende fonds beslist daar over. Het bestuur is ook betrokken bij betalings-regelingen waarbij sprake is van meeromvattende premievolumes. Bij besluitvorming over een betalingsregeling of het aanvragen van een faillissement worden werkgevers gelijk behandeld.

Spaarzaam gebruik
Van een faillissementsaanvraag voor een grafimedia werkgever wordt spaarzaam gebruikt gemaakt. Het daadwerkelijk aantal uitgesproken faillissementen op verzoek van de fondsen, na het incassoproces doorlopen te hebben, kwam in 2009 uit op circa 7 (van de 104). Het merendeel van deze bedrijven was op het moment van aanvragen technisch al failliet. Het bestuur van de fondsen adviseert aangesloten werkgevers die in betalingsproblemen komen, tijdig contact op te nemen met het Incassoteam van de uitvoeringsorganisatie. Over het algemeen kan dan, reke-ning houdend met het betaalgedrag in het verleden, gezocht naar een passende oplossing voor het bedrijf.

Geen financieel nadeel
Bij de huidige marktsituatie zijn faillissementen echter onvermijdelijk. Het Garantiefonds voert dan de cao uit en stelt het recht op een uitkering vast en betaalt die uit. De statuten en regle-menten van de fondsen en het incassobeleid zijn verder zo ingericht dat de fondsen bij een faillissement geen financieel nadeel ondervinden. De maatregelen zorgen er voor dat achter-stallige premie in de regel kan worden verhaald.

Besluitvorming aanvullingsregeling Garantiefonds De financiering van de aanvulling op de WW-uitkering drukt momenteel zwaar op de financiële positie van het ASF. Het fonds keert, als gevolg van de extreme instroom, meer uit dan er aan premie en bijdragen wordt ingelegd. Bij ongewijzigd beleid en ongewijzigde omstandigheden verslechtert de vermogenspositie in snel tempo. Eind 2009 bedroeg de algemene reserve van
het fonds ⬠8,5 miljoen. De ROGB beraadt zich medio oktober 2010 over de financiering van de RFR-regeling en de maatregelen die nodig zijn om het tij te keren.

---

^1 In 2009 ontvingen 1.861 werknemers (in 2008 1.439) een uitkering uit het Garantiefonds.
Van die 1.861 heeft 45% een maandelijkse aanvulling op de WW-uitkering op grond van een uitgesproken faillissement (uitgekeerd bedrag ⬠3,1 miljoen), 30% heeft een eenmalige uitkering op grond van een reorganisatie (uitgekeerd bedrag ⬠6,2 miljoen) en ongeveer 25% ontvangt nog een uitkering op grond van de oude Garantiefondsregeling van voor 2007 (uitgekeerd bedrag
⬠3,3 miljoen). De totale uitkeringslast bedroeg in 2009 ⬠12,6 miljoen. Ten laste van het fonds kwam ⬠5,9 miljoen.

^2 Bij ontslag door reorganisatie ontvangt de werknemer een eenmalige uitkering. De hoogte van de uitkering wordt bepaald door de leeftijd, het aantal dienstjaren en het laatst verdiende brutoloon. De uitkering wordt verhaald op de reorganiserende werkgever. In geval van een faillissement is de regeling beperkt tot werknemers die een werkloosheidsuitkering ontvangen. De werkloze graficus ontvangt dan een maandelijkse aanvulling op de WW-uitkering van 15% van het laatstverdiende brutoloon. De duur van de uitkering wordt bepaald door de leeftijd en het aantal dienstjaren. Deze aanvullende uitkering kan niet worden verrekend met de failliete werkgever en komt ten laste van het fonds.