Openbaar Ministerie

Transactie overeengekomen met SABIC Limburg B.V.

21 oktober 2010 - Functioneel Parket

Het Functioneel Parket is met SABIC Limburg B.V. een transactie overeengekomen van EUR45.000,- voor het overtreden van vergunningvoorschriften met betrekking tot de ondergrondse transportleiding 843.

Onder leiding van het Functioneel Parket is in november 2004 door het Regionaal Milieuteam van de Politie Limburg Zuid en de Vrom-Inspectie een strafrechtelijk onderzoek gestart naar aanleiding van de lekkage van MTBE uit de ondergrondse transportbuisleiding 843. Deze 4,5 km lange leiding loopt van Tankenpark 3 in Geleen naar de Haven Stein en werd in 1976 door DSM in gebruik genomen en is sinds 2002 eigendom van SABIC.

Uit onderzoek van TNO is gebleken dat de lekkage werd veroorzaakt door een gat in een montagelas, die bij de aanleg van de leiding in 1976 onjuist was gemaakt. Het strafrechtelijk onderzoek heeft zich gericht op de vergunningsvoorschriften, waarbij is gebleken dat SABIC de vergunningsvoorschriften met betrekking tot de zogenaamde kathodische bescherming van de leiding heeft overtreden en heeft nagelaten tijdig een zogenaamde standproef uit te voeren die volgens vergunningsvoorschrift elke zes jaar dient plaats te vinden.

De ondergrondse transportleiding wordt tegen corrosie beschermd door een zgn. kathodische bescherming. Deze beschermingsmethode voorkomt dat de leiding wordt aangetast door corrosie, indien de beschermende bekleding van een leiding beschadigd raakt. Eventuele beschadiging van de beschermende bekleding kan worden afgelezen op de meetpaal (KB-meting). Deze bescherming moet volgens de vergunningsvoorschriften tenminste één keer per half jaar worden gecontroleerd.

Uit het onderzoek is gebleken dat in de perioden april/mei 2004 en juni/juli 2004 de leiding was losgekoppeld van de kathodische bescherming. Daarnaast hebben er in de periode oktober 2002 tot en met maart 2004 geen KB-metingen plaatsgevonden. Verder had in de periode 2002 - 2004 een standproef moeten plaatsvinden welke niet is uitgevoerd. Uit het onderzoek bleek ook dat de communicatie over de overdacht van het technisch beheer van DSM naar SABIC onvoldoende is geweest toen SABIC eigenaar werd van de leiding.

Het Functioneel Parket is van oordeel dat sprake is van strafrechtelijk verwijtbaar handelen door SABIC wegens het niet (tijdig) naleven van de betreffende vergunningvoorschriften. Uit het onderzoek is overigens niet komen vast te staan dat indien SABIC conform de vergunningvoorschriften de leiding had bedreven, de lekkage eerder zou zijn onderkend en wellicht had kunnen worden voorkomen.

Naar aanleiding van de lekkage is door SABIC in afstemming met de Provincie Limburg en Rijkswaterstaat meteen in 2004 gestart met een gedetailleerde inspectie van de leiding en met verschillende saneringsmaatregelen. De sanering van de bodem en het grondwater vanaf het punt van de lekkage tot in het uiterwaardengebied van de Maas is nog steeds gaande. Naar verwachting wordt in overleg met de bevoegde instanties de bronsanering en drijflaagverwijdering van het grondwater afgerond in de periode 2011 - 2012.