Partij van de Arbeid

Partij van de Arbeid


Den Haag, 21 oktober 2010

Vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie

over Holland Casino als Staatsdeelneming


1. Kent u het bericht "Top Holland Casino wilde niet minder, maar meer verdienen" (site RTLZ){1}?


2. Deelt u de mening dat de rechtvaardiging van Holland Casino (HC) als monopolist van tafelspelen en als Staatsdeelneming geheel gelegen is in het nastreven van de publieke doelen het beschermen van de consument, het voorkomen van kansspelverslaving en het tegengaan van criminaliteit en illegaliteit? Zo ja, betekent de uitspraak van de voorzitter van de Raad van Commissarissen van HC dat HC met een aandeel van 20% "van de relevante kansspelmarkt" één van de spelers op een relevante markt voor kansspelen is dan niet dat voor het bereiken van die publieke doelen de marktpartijen buiten HC belangrijker zijn? Zo nee, waarom niet?


3. Deelt u de mening dat een restrictief nationaal kansspelbeleid met een monopolistische aanbieder onder druk zal komen te staan van Europese mededingingsregels, als die monopolistische aanbieder in feite niet meer dan één van de marktpartijen is? Zo ja, hoe verhoudt zich dit dan tot de mening van de voorzitter van de Raad van Commissarissen van HC waaruit blijkt dat hij HC als één van de spelers op een bredere relevante kansspelmarkt ziet? Zo nee, waarom niet?


4. In hoeverre kan de Staat bij het aanstellen van commissarissen het belang van publieke doelen van HC daarbij laten doorklinken? Kunt u in het aanstellingbeleid het belang van een legaal, betrouwbaar en goed te controleren aanbod van casinospelen de prioriteit benadrukken? Zo ja, hoe gaat u dit doen? Zo nee, waarom niet?

{1} http://www.rtl.nl/(/financien/rtlz/nieuws/)/components/financien/rtlz/2010/weken_2010/42/1019_1900_Top_Holland-Casino-wilde-juist-meer-gaan-verdienen.xml