Rijksoverheid
Toespraak door staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie ter
gelegenheid van de opening nieuwe locatie Veiligheidshuis Alkmaar
Toespraak | 21-10-2010
Alkmaar, donderdag 21 oktober 2010, 14.40 uur
Dames en heren,
Nog geen twee weken geleden, op 8 oktober, hebt u hier in Alkmaar weer
de moedige daden herdacht van Jacob Cabeliau, die in 1573 heldhaftig
verzet bood tegen de Spanjaarden. Daarmee werd Alkmaar de eerste stad
in de Tachtigjarige Oorlog die het Spaanse Leger weerstond. `In Alkmaar
begint de victorie', is sindsdien een gevleugelde uitdrukking. Hij
wordt wel gebruikt om een positieve ontwikkeling aan te geven die
ergens begint en zich vervolgens als een olievlek uitbreidt over een
groter gebied, of zelfs over het hele land.
Nu doet zich het interessante feit voor dat deze Oudhollandse wijsheid
bepaald niet opgaat voor de Veiligheidshuizen. Op dit punt is Alkmaar
eerder te zien als een waardig `sluitstuk' van een ontwikkeling. De
afgelopen jaren zijn in Nederland in hoog tempo veiligheidshuizen
geopend. Zo'n beetje elke maand konden er weer twee á drie vlaggetjes
worden geprikt op de kaart van Nederland - ter illustratie van het
heuglijke feit dat opnieuw in enkele `steden' de verschillende partijen
hun krachten hadden gebundeld in de strijd tegen criminaliteit en
overlast.
Op 14 december 2009 was heel Nederland bedekt met vlaggetjes: het
landelijk dekkend netwerk van Veiligheidshuizen was een feit.
Eén Veiligheidshuis bleek echter nog niet officieel geopend: Alkmaar. U
hebt daarmee gewacht tot het moment dat u deze mooie nieuwe huisvesting
aan de Pettemerstraat kon betrekken. En terecht. Voor het eerst komen
alle bij het Veiligheidshuis Alkmaar betrokken partners hier
daadwerkelijk op één locatie bij elkaar te zitten. Een heuglijke
ontwikkeling die - zo wijzen de ervaringen in andere Veiligheidshuizen
uit - een bewezen méérwaarde heeft. Lijnen worden letterlijk korter: je
zoekt elkaar veel eerder op om snel informatie uit te wisselen, iets te
checken, antwoord te krijgen op dringende vragen, of elkaar aan te
sporen.
Voor mijzelf vind ik deze verlate Alkmaarse opening eerlijk gezegd een
kans. Nauwelijks een week na mijn aantreden als staatssecretaris krijg
ik al de kans om een kijkje in de keuken te nemen van een
Veiligheidshuis. Helemaal nieuw is deze ontwikkeling voor mij
natuurlijk niet. Als officier van justitie in Amsterdam, was ik in 1997
zeer nauw betrokken bij de opzet van het eerste Justitie in de
Buurt-kantoor aldaar, in de Van Woustraat. Die JIB-kantoren hebben zich
de afgelopen jaren doorontwikkeld tot `Ketenunits' - zoals u weet is
dat de Amsterdamse benaming voor Veiligheidshuizen. Als Tweede Kamerlid
ben ik die ontwikkelingen altijd blijven volgen.
Kritisch blijven volgen, ook dat weet u. Samenwerking in de
Veiligheidshuizen lijkt me in beginsel prima, maar ze is voor mij geen
doel op zich. Die samenwerking moet leiden tot serieuze, stevige
interventies op maat. En tot resultaten: een daadwerkelijke afname van
de criminaliteit en overlast.
Dat er resultaten worden geboekt, staat voor mij overigens als een paal
boven water. Onlangs nog is dit op een overtuigende manier bevestigd
door een onderzoek van criminoloog Peter Nelissen naar de werkwijze en
effectiviteit van de zes Veiligheidshuizen in Limburg. `Vastpakken en
niet meer loslaten' is de titel van dat rapport. En dat geeft volgens
mij uitstekend aan waar u in de Veiligheidshuizen mee bezig bent. Zoals
een procesmanager van een Veiligheidshuis eens over hardnekkige
veelplegers opmerkte: `Het zal duidelijk zijn dat ze niet zomaar van
ons af zijn. Tenslotte gaat het om een duurzame gedragsverandering. Je
kunt niet bij het eerste succes zeggen: zo, die redt zichzelf nu wel.'
Die volhardende, intensieve aanpak, waarbij de verschillende partners
in het Veiligheidshuis nauw samenwerken, loont, zo wijst het onderzoek
van Nelissen uit. En wel in twee opzichten:
* Er is sprake van `een betekenisvolle afname' van de recidive onder
zeer actieve veelplegers. Dus: minder criminaliteit en overlast,
meer veiligheid.
* Als gevolg van de teruglopende recidive is er sprake van een
positive kosten/baten-balans: elke euro die je investeert in het
Veiligheidshuisprogramma, betaalt zich terug in een
maatschappelijke kostenbesparing van ruim drie euro.
Resultaten die er mogen zijn! En niet alleen in Limburg, al zijn de
effecten daar nu voor het eerst goed inzichtelijk gemaakt. Maar ook uit
andere gemeenten en regio's krijgen we geluiden dat de
Veiligheidshuisaanpak werkt. Zo heb ik begrepen dat u hier in Alkmaar
beschikt over een goedlopend casusoverleg mensenhandel en dat u - in
het verlengde daarvan - ook aandacht besteedt aan de aanpak van
`pooierboys'. En inmiddels maakt u ook goede vorderingen op de meer
vertrouwde Veiligheidshuisthema's als jeugd, veelplegers, huiselijk
geweld en nazorg. Als verantwoordelijke voor het sanctiebeleid doet het
mij deugd dat in het kader van de nazorg de penitentiaire instellingen
in Noord-Holland Noord zo actief bij het Veiligheidshuis zijn
betrokken, bijvoorbeeld bij de proef arbeidstoeleiding vanuit detentie.
Goede nazorg kan het effect van de justitiële interventie immers nog
versterken en zo bijdragen aan de afname van de recidive.
Al met al veelbelovende ontwikkelingen. Het is dan ook niet voor niets
dat het kabinet in het regeerakkoord heeft opgenomen dat de
Veiligheidshuizen zullen worden voortgezet en verder ontwikkeld.
Dat laatste zal u ongetwijfeld als muziek in de oren klinken. Hierbij
is echter van belang dat er binnen de regio's voldoende bestuurlijk
draagvlak bestaat bij gemeenten en andere deelnemende partners. Het
Rijk heeft een stimulerende en faciliterende rol gespeeld bij de
totstandkoming van het landelijk dekkend netwerk van Veiligheidshuizen.
Voor de borging en doorontwikkeling zullen - en dat wil ik hier nog
eens stevig benadrukken - behalve het Openbaar Ministerie ook gemeenten
en overige partners een structurele financiële bijdrage moeten leveren.
Gelet op de grote betekenis van de Veiligheidshuizen - een gerichte
`maatwerk' aanpak van de criminaliteit en overlast in de regio - en de
tot nu toe behaalde resultaten, verwacht ik dat die bereidheid er zeker
zal zijn. Ik heb begrepen dat het Regionaal College Noord Holland Noord
inmiddels heeft ingestemd met de Perspectiefnotitie Doorontwikkeling
Veiligheidshuizen Noord-Holland Noord. Dit betekent onder meer dat het
Veiligheidshuis Alkmaar - evenals dat van de `buren' in Den Helder -
regionaal gaat werken. En dat de thema's die u hier aanpakt - jeugd,
veelplegers, huiselijk geweld en mensenhandel - worden geborgd. Dat is
een felicitatie waard! In de strijd tegen criminaliteit en overlast
geldt straks voor alle omringende gemeenten in uw district: vanuit
Alkmaar begint de victorie!
Afzender
* Ministerie van Veiligheid en Justitie
Voor vragen aan de Rijksoverheid bel Postbus51: 0800-8051