Gemeente Utrecht


2010 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
127 Vragen van mevrouw B. Dibi
(ingekomen 21 oktober 2010)


Schriftelijke vragen inzake INTOP


Deze week werd bekend dat inburgeringsbedrijf INTOP failliet is en dat dit Utrecht veel geld gaat kosten. Volgens de media heeft de eigenaar een lange lijst van financiële misstanden en faillissementen op zijn naam staan. Vraag rijst hoe zo'n discutabel bedrijf in Utrecht de aanbestedingsopdracht heeft gekregen. Volgens verschillende bronnen heeft INTOP een schuld van 2,3 miljoen euro waaronder een belastingschuld van 1,15 miljoen.

De PvdA wil dat inburgeraars een traject van goede kwaliteit volgen. De gemeente heeft bij de aanbesteding gekeken naar de goedkoopste prijs in plaats van naar de beste kwaliteit. Naar de reputatie van de directeur is niet gekeken. In het geval van INTOP blijkt eens te meer: Goedkoop is duurkoop.

Nu blijkt dat de financiën van INTOP totaal niet op orde waren, hopen we dat de kwaliteit van de lessen wel in orde waren. Anders zijn meer dan 450 inburgeraars voor niets naar school gegaan. Het is nu zaak om op zeer korte termijn een passende nieuwe inburgeringscursus te vinden voor deze groep, waarbij goede kwaliteit voorop staat.

De PvdA heeft de volgende vragen aan het college:

1. Wat zijn de criteria bij de aanbesteding van inburgeringscursussen?
2. Staat daarbij kwaliteit of kwantiteit voorop en hoe wordt de kwaliteit van inburgeringscussussen getoetst?
3. Wordt er gekeken naar de achtergrond van de eigenaar van een opleidingsinstituut? Zo ja, hoe kon dit gebeuren? Zo nee, kunt u aangeven of u het wenselijk vindt deze criteria toe te voegen aan het aanbestedingsbeleid?
4. Wat zijn de criteria bij andere aanbestedingen door Utrecht? Wordt hier wel gekeken naar de achtergrond van de ondernemer waarmee de gemeente in zee gaat?
5. Klopt het dat de eigenaar van INTOP al vele faillissementen op zijn naam heeft staan?
6. Hoeveel schade heeft de gemeente Utrecht in totaal door het faillissement van Intop geleden?
7. Wat gebeurt er nu met de inburgeraars van INTOP?
8. Kan het college garanderen dat andere inburgeringsinstituten in Utrecht wel van voldoende kwaliteit zijn en geen discutabele eigenaren hebben?


---- --