Gemeente Lochem
Gemeente Lochem wacht herziening spoorplan af
Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat wil het personenvervoer op drukbereden trajecten beter organiseren. Hiervoor moet het goederenvervoer uitwijken naar minder drukbereden trajecten, zoals in het gebied Oost-Nederland en dus Lochem (de IJssellijn). Dit staat in het 'Programma Hoogfrequent Spoorvervoer' (PHS). Oost-Nederland heeft haar bezwaren tegen dit plan naar de Tweede Kamer gestuurd. Wethouder Bussink (Vervoer) geeft de stand van zaken weer.
Wat voorafging
De gemeente Lochem maakt zich zorgen over de toename van het goederenvervoer over het bestaande spoor in onze gemeente. Er zijn namelijk geen garanties aangaande de leefbaarheid langs de betrokken spoorlijnen. Wethouder Bussink: "Om de gevolgen voor de leefomgeving zo beperkt mogelijk te houden, wordt deze problematiek gezamenlijk door het landsdeel Oost-Nederland opgepakt. Zo staan alle betrokken gemeenten waaronder Lochem sterker."
Voorkeur voor Betuwelijn
Wethouder Bussink ziet zelf een efficiëntere oplossing: "De Betuwelijn bestaat al, maar wordt niet helemaal benut. Daar liggen kansen die niet zo ingrijpend zijn voor onze inwoners. De Betuwelijn voldoet aan de eisen van veiligheid en voorzieningen, maar moet aantrekkelijk gemaakt worden voor goederenvervoer. Dit vraagt bijkomende investeringen. Dit traject moet financieel aantrekkelijker worden en de Rijksoverheid kan meebetalen aan de doortrekking naar Duitsland."
Toezeggingen op landelijk niveau
In Oost-Nederland kwam veel verzet tegen het gebruik van IJsellijn, ook in Lochem. Deze spoorlijn gaat dwars door een aantal dorpen en steden en er waren geen garanties aangaande de leefbaarheid. De regio Oost-Nederland heeft in de Tweede Kamer hiertegen bezwaar gemaakt. Uiteindelijk heeft minister Eurlings toegezegd om de spoorplannen toch te herzien. Zo is alvast het traject met de 'korte boog' rond Deventer van tafel.
Maar wethouder Bussink blijft onzeker: "Minister Eurlings is ondertussen opgevolgd door minister Schultz. Het is afwachten of zij de eerdere toezegging van minister Eurlings nakomt. De 'korte boog' rond Deventer is dan wel van de baan, maar wat met de twee andere afbuigscenario's rond Deventer? De ruimste afbuiging gaat zelfs door een natuurgebied. Onze gemeente heeft in beide gevallen nog veel hinder van het plan."
Hoe moet het verder?
"Het is nu wachten op een nieuw voorstel vanuit Den Haag", legt Bussink uit. "We blijven kritisch kijken naar nieuwe plannen. We kunnen alleen akkoord gaan met initiatieven die passen in de normen van trillings- en geluidsoverlast. Ook de leefbaarheid moet gewaarborgd blijven. Denk bijvoorbeeld aan het verkeer dat belemmerd wordt door langere sluitingstijden van de spoorovergangen. Het is de Tweede Kamer die uiteindelijk zal beslissen. Ik hoop dat ook de Kamerleden de mogelijkheden van de Betuwelijn zullen zien", eindigt wethouder Bussink.