Vertrouwen en het kabinet

Amsterdam, 22 oktober 2010

Het nieuwe kabinet scoort op economisch beleid hoger dan het vorige, maar wel een onvoldoende. De respondenten op de ING Vraag van Vandaag geven de nieuwe regering een 5,1 op economisch vlak. Zij denken dat de plannen van het huidige kabinet minder ongunstig zijn voor de eigen portemonnee dan die van het vorige. Bezuinigingen kunnen het vertrouwen van consumenten natuurlijk temperen, maar uiteindelijk is baanzekerheid belangrijker voor het vertrouwen dan de koopkracht.

Beter rapportcijfer dan Balkenende

Een 5,1 voor economie, dat geven de respondenten op de Vraag van Vandaag voor het economisch beleid. Daarmee behaalt het kabinet wel een betere score dan het kabinet Balkenende IV in de afgelopen jaren. Misschien komt dat omdat burgers de beleidsvoornemens nog niet concreet in de portemonnee merken. Een andere reden voor het hogere cijfer voor Rutte is mogelijk opluchting: in vergelijking met de plannen van de ambtelijke werkgroepen in het voorjaar vallen de bezuinigingen in het regeerakkoord mee.

Bezuinigingen raken de portemonnee

Bezuinigingen zijn nodig om de overheidsfinanciën weer op orde te brengen. Wel raken bezuinigingen linksom of rechtsom consumenten in hun portemonnee. Volgens het Centraal Planbureau heeft het regeerakkoord een negatief effect op de koopkracht voor de komende jaren. De koopkracht zal door het akkoord met 0,25% per jaar dalen. De meerderheid van de consumenten verwachten er ook op achteruit te gaan door de kabinetsplannen. Slechts één op de zes (16%) ondervraagden denkt dat de plannen goed zullen uitpakken voor zijn portemonnee.

Vertrouwen van verschillende kanten

De vraag is hoe het nieuwe regeerakkoord zal uitpakken voor het vertrouwen van consumenten. Consumenten die in de portemonnee geraakt denken te worden door de aangekondigde bezuinigen, zullen daardoor wellicht minder bereid zijn de portemonnee te trekken. Aan de andere kant schept het regeerakkoord duidelijkheid en vermindert het de onzekerheid. Sommige consumenten zullen dus meer vertrouwen krijgen door de nieuwe kabinetsplannen, anderen juist minder. Tegelijkertijd verbetert de situatie op de arbeidsmarkt. Als meer mensen werken en werknemers zekerder zijn van hun baan, dan zullen ze makkelijker geld kunnen en durven uitgeven. Deze baanzekerheid is uiteindelijk belangrijker voor het vertrouwen dan de koopkracht.