Universiteit Utrecht

Persbericht van de Universiteit Utrecht


6 oktober 2010

Onderzoek en studiemiddag over Topvrouwen in de Bètawereld

Weinig topvrouwen in technische sector vanwege masculiene bedrijfscultuur

In de technische sector vormen vrouwen vaak een minderheid, vooral in de bestuurslaag. Volgens onderzoek van het Kennispunt Recht, Economie, Bestuur en Organisatie van de Universiteit Utrecht heeft dit vooral te maken met de traditionele, masculiene norm voor 'succesvol zijn' of 'geschikt zijn voor leiderschap' die binnen deze sector heerst. Om meer vrouwelijk talent aan zich te binden en te laten doorstromen naar hogere functies, zijn volgens het Utrechtse onderzoek vijf factoren van invloed, waaronder het erkennen van de kennis en de kwaliteiten van vrouwen.

Studiemiddag 'Topvrouwen in de Bètasector'

De Universiteit Utrecht, advies- en ingenieursbureau DHV en &samhoud women organiseren naar aanleiding van dit onderzoek op 28 oktober 2010 een studiemiddag over Topvrouwen in de Bètasector. Caroline Princen (lid Raad van Bestuur ABN AMRO Bank), Aad Veenman (voormalig President-directeur Nederlandse Spoorwegen) en Yvonne van Rooy (collegevoorzitter van de Universiteit Utrecht) leveren een belangrijke bijdrage aan deze middag. Tevens wordt de onderzoekspublicatie overhandigd aan Sybilla Dekker (voorzitter van Talent naar de Top). Meer informatie en aanmelden via www.uu.nl/kennispunten/rebo.

DHV maakt werk van diversiteitbeleid

Onderzoekster RiÑ'lle Nij Bijvank van de Universiteit Utrecht voerde haar onderzoek uit onder 20 vrouwen binnen DHV, dat als doelstelling heeft in 2013 20% vrouwen aan de top te hebben. DHV wilde met het onderzoek een duidelijker beeld krijgen van wat er speelt en leeft onder de vrouwelijke medewerkers om het diversiteitbeleid verder aan te scherpen.

Vijf noodzakelijke factoren voor doorstroming

Nij Bijvank onderscheidt vijf factoren die volgens de onderzochte vrouwen noodzakelijk zijn om te kunnen doorstromen naar topfuncties:
* De erkenning van de vrouwen als technisch professional en de bijbehorende facilitering van carrièremogelijkheden
* De erkenning van vrouwelijke, mensgerichte kwaliteiten
* De bevestiging van die kwaliteiten door middel van specifieke personeelsinstrumenten zoals coaching, intervisie en rolmodellen
* Bewustwording en erkenning van de inzet van vrouwen die onder druk staan door de combinatie van werk en privé
* Het 'vrouw zijn' en als zodanig ook benaderd worden. Masculiene norm is belangrijkste knelpunt

De masculiene bedrijfscultuur in de technische wereld is historisch zo gegroeid. De bedrijfscultuur komt tot uiting in verschillende organisatiewaarden en -praktijken, zoals de selectie van high potentials en de gewaardeerde profilering bij de klant. 'Dit werkt vaak negatief voor de doorstroom van vrouwen naar de top', aldus Nij Bijvank. 'Vrouwen hebben veelal het vermogen om zich in bepaalde mate aan de masculiene norm aan te passen, maar zijn toch ook sterk op zoek naar hun toegevoegde waarde. Deze is gericht op de erkenning van hun vrouwelijke én inhoudelijke kwaliteiten.'

Rapport

Een 'female touch' in een technische mannenomgeving. Een onderzoek naar de beleving van vrouwen binnen advies- en ingenieursbureau DHV, over factoren die van invloed zijn op hun doorstroom naar de top, Riëlle Nij Bijvank, ISBN: 978-90-5213-189-4. Uitgever: Kennispunt Recht, Economie, Bestuur en Organisatie, Universiteit Utrecht, (030) 253 7025, kennispunt.rebo@uu.nl. De samenvatting van het rapport en recensie-exemplaren zijn beschikbaar.

Het Kennispunt Recht, Economie, Bestuur en Organisatie heeft als taak een brugfunctie te vervullen tussen Universiteit en Maatschappij. Het onderzoek wordt uitgevoerd door gemotiveerde en getalenteerde studenten onder professionele begeleiding en coördinatie van het Kennispunt. De kwaliteit van het onderzoek wordt gewaarborgd door de deskundige begeleiding van wetenschappelijk personeel uit het relevante vakgebied. Voor meer informatie www.uu.nl/kennispunten/rebo.

Meer informatie



Universiteit Utrecht