Rijksoverheid



1
a

Datum 27 oktober 2010

Vragen en opmerkingen uit de fracties 32 514

Hierbij zend ik u de antwoorden op de schriftelijke vragen van de Vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over mijn brief van 20 september 2010 inzake de Regeling vaststelling bedragen programmafs van eisen basisonderwijs, (v)so en bekostiging materiele instandhouding samenwerkingsverband voor het jaar 2011 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2009# 2010, 32 514, nr. 1).

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Marja van Bijsterveldt#Vliegenthart
Rijnstraat 50
Den Haag
Postbus 16375
2500 BJ Den Haag
www.rijksoverheid.nl
Onze referentie
245618
Uw brief van
20 september 2010
Uw referentie
32 514
Bijlagen

1
Pagina 1 van 3
Pagina 2 van 3
Datum
22 oktober 2010
Onze referentie
245618

32 514 Regeling vaststellen bedragen programma's van eisen basisonderwijs, (v)so en bekostiging materiële instandhouding samenwerkingsverband voor het
jaar 2011
Nr. Verslag van een schriftelijk overleg
Vastgesteld d.d. ..
Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een fractie de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 20 september 2010 inzake de Regeling vaststelling bedragen
programmafs van eisen basisonderwijs, (v)so en
bekostiging materiele instandhouding
samenwerkingsverband voor het jaar 2011 (Kamerstuk 32 514, nr. 1). Bij brief van ... heeft de minister deze beantwoord. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt. Fungerend voorzitter van de commissie
Albayrak
Adjunct#griffier van de commissie
Bo.njakovi.# van Bemmel
I. Vragen en opmerkingen uit de fracties
De leden van de SPfractie merken op dat vanwege het amendement Jan Jacob van Dijk c.s.1 geld gereserveerd moet worden voor godsdienstonderwijs en het levensbeschouwelijk of humanistisch vormingsonderwijs. Het amendement vraagt het geld te halen uit de prijsbijstelling. De leden vragen de minister waarom hij kiest voor klassenverkleining om de doelstelling van het amendement te bekostigen. Welke alternatieven zijn overwogen naast klassenvergroting? Graag zien deze leden per overwogen alternatief de reden dat deze is afgewezen. Voorts vragen zij of de minister de mening deelt dat klassenvergroting een negatieve invloed zal hebben op de kwaliteit van het onderwijs. Zal de klassenvergroting voor elke school even sterk zijn? Wanneer dit niet het geval is, hoe zal de klassenvergroting dan vorm krijgen? Deelt de minister de mening dat met klassenvergroting een erg makkelijke dekking is gevonden, zo vragen de leden.
Pagina 3 van 3
Datum
22 oktober 2010
Onze referentie
245618
II. Reactie van de minister
Per brief op 20 februari 2009 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008#2009, 31 700 VIII, nr. 144) bent u geinformeerd dat de structurele dekking voor de humanistische vorming en het godsdienstonderwijs vanaf
1 augustus 2010 komt uit een korting op de lumpsum voor het basisonderwijs.
Technisch is deze maatregel structureel verwerkt door een zeer beperkte verhoging van de aan de lumpsum bekostiging ten grondslag liggende normatieve groepsgrootte. In de personele bekostiging gaat deze voor de onderbouw van 20,00 naar 20,03; en voor de bovenbouw van 27,74 naar 27,81.
Bestuurlijk is het de verantwoordelijkheid van de schoolbesturen om de maatregel vorm te geven. De schoolbesturen zijn immers volledig verantwoordelijk voor de besteding van de lumpsum. Daar vindt de besluitvorming plaats over hoe de lumpsum ten behoeve van het onderwijs op de scholen wordt ingezet. Ik kan daarover dan ook geen uitspraak doen.
Gelet op de marginale verhoging verwacht ik geen negatieve invloed van deze maatregel op de kwaliteit van het onderwijs. Ik deel niet de mening van de leden van de SP dat er een erg makkelijke dekking is gevonden. De aanwijzing van de lumpsum is nagenoeg de enige reele mogelijkheid die mij ten dienste staat. Daarbij komt dat het onttrokken bedrag wel beschikbaar blijft voor directe onderwijsactiviteiten . en de kwaliteitsverbetering daarvan . op het terrein van de humanistische vorming en het godsdienstonderwijs in de scholen. Dit alles conform de wens van de Tweede Kamer.