Rijksoverheid
28 oktober 2010
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Dekken (PvdA)
over toekomstige faillissementen van voetbalclubs.
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
mw. drs. E.I. Schippers
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Dekken (PvdA) over
toekomstige faillissementen van voetbalclubs.
(2010Z14444)
1
Bent u bekend met het bericht 'KNVB: Aantal clubs dit seizoen nog failliet'?
Ja.
2
Wat is uw mening over de situatie waarin deze clubs, en de gemeente die hen
soms ondersteunden, nu verkeren?
De betreffende clubs moeten zorg dragen voor een verantwoorde bedrijfsvoering.
3
Wat zijn de gevolgen van een faillissement van een profclub op het aanbod van
jeugdopleidingen? Wat zijn die gevolgen voor de breedtesport in de betreffende
stad en regio?
Mede op basis van informatie van de zijde van de KNVB kan gezegd worden dat
een inschatting van de mogelijke gevolgen van een faillissement samenhangt met
de concrete omstandigheden van en de omgeving waarin de club of wel de betaald
voetbal organisatie (bvo) functioneert. Globaal zijn daarbij de volgende varianten
te onderscheiden.
( Niet elke bvo heeft een eigen jeugdopleiding. Er zijn namelijk bvo's die een
samenwerkingsverband zijn aangegaan en hun jeugdopleidingen hebben
gebundeld in een regionaal opleidingsinstituut. Indien een van deelnemende
bvo's failleert, dan zal dit in beginsel weinig of geen gevolgen hebben voor de
jeugd en hun voetbalopleiding.
( Indien een bvo wel een eigen jeugdopleiding heeft en failliet gaat, bestaat de
mogelijkheid dat deze na afwikkeling van het faillissement, verder gaat als
amateurvereniging. De jeugd kan dan, zo wordt ingeschat, opgeleid blijven
worden.
( Uitsluitend indien een bvo die zelfstandig een jeugdopleiding in stand houdt,
volledig ophoudt te bestaan, zal ook de betreffende jeugdopleiding geheel
ophouden te bestaan. Gevolgen voor de opleiding van jeugd worden als gering
ingeschat, omdat veelal de verzorging van deze activiteiten kan geschieden
door andere amateurverenigingen in de betreffende regio en/of stad.
Ten aanzien van de mogelijke gevolgen voor de breedtesport worden geen direct
nadelige gevolgen verwacht voor de deelname aan activiteiten, gezien het
wijdvertakte systeem van lokale sportverenigingen en andere organisaties.
4
Deelt u de mening dat, als gevolg van de voorgenomen bezuinigingen op de
publieke omroep, de kans groot is dat meer profclubs nog verder in de financiële
problemen zullen komen? Zo nee, waarom niet?
De voorgenomen bezuinigingen op de publieke omroep zullen niet eerder dan
2013 ingaan. De NOS heeft bovendien tot 1 juli 2013 een contract met de
eredivisie met betrekking tot het uitzenden van samenvattingen van de
wedstrijden uit de eredivisie. De bezuinigingen op de publieke omroep zullen het
betaald voetbal daarom op korte termijn niet raken. De bezuinigingen op de
publieke omroep kunnen op de langere termijn wel gevolgen hebben voor het
betaald voetbal. De door de bezuinigingen kleinere financiële ruimte van de
publieke omroep kan invloed hebben op de besluitvorming van de NOS om na
1 juli 2013 wel of niet mee te dingen naar de uitzendrechten van de
samenvattingen van de eredivisie en voor welke bedragen. Hoe groot het risico is
dat profclubs hierdoor verder in de financiële problemen komen, is op dit moment
niet in te schatten.
5
Wat kan de rijksoverheid doen om het aanbod van sport voor jongeren te
garanderen als een aanbieder van het formaat van een profclub onverhoopt zou
wegvallen?
De KNVB en de aangesloten (amateur)verenigingen zijn goed in staat voor het
voetbalaanbod voor jongeren zorg te blijven dragen. Voor de rijksoverheid is hier
geen rol weggelegd.
1) Nos.nl, 'KNVB: aantal clubs dit seizoen nog failliet, 6 oktober 2010