Wageningen Universiteit en Researchcentrum 4 nov 2010

Onderdeel: Wageningen University
Nummer: P059

Onderzoeksteam neemt methaanmodellen melkvee onder de loep

Wageningse en Canadese onderzoekers hebben aangetoond dat formules voor het voorspellen van methaanuitstoot van individuele koeien onnauwkeurig zijn. Om juiste adviezen te geven om broeikasgassen op het melkveebedrijf terug te dringen moeten de rekenmodellen stevig verbeterd worden. Dat rapporteert het onderzoeksteam in een artikel in het toonaangevende tijdschrift Global Change Biology.

In de studie vergeleken de onderzoekers van de universiteiten van Guelph en van Manitoba, beide in Canada, en Wageningen UR (University & Research centre) de werkelijk gemeten methaanuitstoot van koeien met in totaal negen verschillende rekenformules die methaan voorspellen en toegepast worden in rekenmodellen die alle broeikasgassen op het melkveebedrijf in kaart brengen. "Deze formules hebben een grote voorspelfout en zijn ongeschikt om de methaanuitstoot in kaart te brengen", zegt de Wageningse onderzoeker Diervoeding en tevens adjunct professor aan de University of Guelph dr. Jan Dijkstra. "Om hierop beleidsmaatregelen te baseren dient eerst de voorspelling van uitstoot van methaan te verbeteren."

Volgens de FAO is de veehouderij wereldwijd verantwoordelijk voor ongeveer 18 procent van de mondiale broeikasgasuitstoot. Methaan is het belangrijkste broeikasgas dat een melkveehouderij uitstoot. De FAO schat dat 52 procent van de broeikasgassen uit de melkveesector in de vorm van methaan is.
In de wetenschappelijke literatuur zijn diverse 'whole-farm system' modellen beschreven die de totale broeikasgasemissie (de som van CO2, N2O en CH4) van melkveehouderijbedrijven voorspellen. Deze bedrijfsmodellen worden momenteel gebruikt om de uitstoot van broeikasgassen op het melkveebedrijf in kaart te brengen en om in te schatten hoe de uitstoot van broeikasgassen verandert als het management (voeding, fokkerij, etc.) op het bedrijf wordt gewijzigd. Daarin is methaan de belangrijkste factor. Methaan is een broeikasgas dat 25 keer sterker is dan CO2. Daarom staat of valt zo'n bedrijfsmodel met de mate van nauwkeurigheid van de formule om methaan te schatten.

Het onderzoeksteam heeft een uitgebreide dataset samengesteld, waarin de methaanproductie bij koeien daadwerkelijk is gemeten. De metingen vonden plaats in zgn. respiratiekamers waarin koeien verblijven terwijl de samenstelling van de in- en uitstromende lucht voortdurend wordt gemeten. Aan de hand van de meetresultaten werden de methaanformules in de whole-farm modellen beoordeeld op voorspellend vermogen.

De voorspelkracht van de formules bleek onvoldoende te zijn. De formules houden maar heel beperkt rekening met het effect van de samenstelling van het rantsoen op de methaanuitstoot. De meeste modellen gebruiken niet eens gegevens van het rantsoen, maar baseren de methaanuitstoot op de totale voeropname of de totale melkproductie. Bijvoorbeeld: de mondiaal veel toegepaste IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) formule die methaan berekent gebaseerd op energieopname van de koe, kan geen onderscheid maken tussen het effect van meer energie, veroorzaakt door hogere voeropname, en meer energie veroorzaakt door hoger vetgehalte van het rantsoen. Maar meer voer verhoogt de methaanproductie, terwijl meer vet de methaanproductie juist doet dalen.

Uit de analyse blijkt dat behalve de geringe nauwkeurigheid waarmee methaanuitstoot voorspeld wordt, ook de variatie in de voorspelde methaanemissie aanzienlijk kleiner is dan die in de werkelijke (gemeten) methaanemissie. Daardoor geven de vergelijkingen onvoldoende weer wat het effect is van voedingsmanagement op de methaanemissie.

Het team concludeert dat de geringe voorspelkracht van methaanvergelijkingen in modellen voor broeikasgasemissie op melkveebedrijven een negatieve impact heeft op de accuratesse van emissiecijfers, en zo kan leiden tot onjuiste adviezen voor maatregelen om broeikasgassen op het bedrijf terug te dringen. Om emissies goed in kaart te brengen en goede reductiemaatregelen te nemen, zijn betere vergelijkingen voor methaan nodig. De onderzoekers werken momenteel aan het praktijkklaar maken van gedetailleerde modellen die de methaanuitstoot voorspellen gebaseerd op kennis van de fermentatieprocessen in het maag-darmkanaal van koeien en recente gegevens uit respiratiekamer onderzoek.

Artikel
Evaluation of enteric methane prediction equations for dairy cows used in whole farm models. J. L. Ellis, A. Bannink, J. France, E. Kebreab And J. Dijkstra
Global Change Biology, DOI: 10.1111/j.1365-2486.2010.02188.x http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.library.wur.nl/doi/10.1111/j.136 5-2486.2010.02188.x/pdf