Kledingvoorschriften op scholen: verschil maken mag, discriminatie niet
05-11-2010
Veel scholen hebben kledingvoorschriften, bijvoorbeeld om een goede
communicatie mogelijk te maken en een veilige sfeer te creëren. Dat
mag. Wat niet mag, is discrimineren. De Commissie Gelijke Behandeling
(CGB) bekijkt regelmatig of regels over kledingdracht in strijd zijn
met de wet of niet.
Leerlingen moeten op school in beginsel de ruimte krijgen om hun
godsdienst of levensovertuiging te uiten door middel van hun kleren.
Dat geldt zowel voor openbare scholen, als voor het bijzonder
onderwijs. Dat volgt uit de Wet gelijke behandeling. Het betekent
bijvoorbeeld dat een school een leerling niet zomaar mag verbieden om
een hoofddoek, een keppeltje of een kettinkje met een kruisje te
dragen. De CGB heeft al verschillende keren geoordeeld dat scholen die
bijvoorbeeld hoofddoeken verbieden een verboden onderscheid maken op
grond van godsdienst.
Dat wil niet zeggen dat een school geen enkele eis aan kleding mag
stellen. Kledingvoorschriften en gedragscodes zijn zelfs heel gewoon.
Maar als die voorschriften beperkingen meebrengen voor godsdienstige
uitingen, zijn ze alleen toegestaan als er zwaarwegende belangen op het
spel staan. Het gaat dan bijvoorbeeld om gevallen waarin de rechten en
vrijheden van anderen in het gedrang komen. Ook als leerlingen door de
manier waarop zij hun kleren dragen het leerproces belemmeren, mag de
school er eisen aan stellen.
De CGB heeft al verschillende keren gekeken of de eisen die scholen
stellen en de redenen waarom zij dat doen in overeenstemming zijn met
de wet. Zo oordeelde de Commissie in een aantal zaken dat goede,
onbelemmerde communicatie van groot pedagogisch belang is. In het
onderwijs speelt (non-verbale) communicatie nou eenmaal een grote rol.
Leerlingen en docenten moeten met elkaar kunnen praten en moeten elkaar
kunnen aankijken. Om die reden mogen scholen in het algemeen
gezichtsbedekkende kleding en accessoires, zoals bijvoorbeeld een
chador of een burka, verbieden. Ook de veiligheid op scholen kan gebaat
zijn met bepaalde kledingeisen. Scholen mogen verder
kledingvoorschriften opstellen, bijvoorbeeld leerlingen om te kunnen
identificeren of om fraude bij examens en tentamens tegen te gaan.
Verschil maken mag, discriminatie niet. Als scholen een goede
communicatie op school mogelijk willen maken en een veilige sfeer
willen creëren, mogen ze eisen stellen aan de kleren van leerlingen.
Hoe ver die eisen mogen gaan, kan de Commissie Gelijke Behandeling per
geval beoordelen. Als ze zomaar willen verbieden dat iemand op grond
van zijn geloof bepaalde kleren draagt, mogen ze dat niet.
Commissie Gelijke Behandeling