Provincie Utrecht

Ervaringen nieuwe Wet ruimtelijke ordening

In 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (nWro) in werking getreden, die provincies de mogelijkheid biedt om effectiever te sturen op die onderdelen van het ruimtelijk beleid die voor de provincie van belang zijn. Het is vooral op deze zogenoemde provinciale belangen dat de provincie actief haar verantwoordelijkheden neemt. Daar waar het gemeentelijke verantwoordelijkheden betreft, houdt de provincie zich meer op de achtergrond. Oftewel: decentraal wat kan en centraal wat moet.
Nu er twee jaar met de nWro is gewerkt heeft de provincie Utrecht haar ervaringen in beeld gebracht. Hieruit blijkt dat de vele overlegmomenten aan de beginfase van een traject, ertoe leiden dat de provincie minder vaak de instrumenten uit de nWro heeft ingezet. De provincie dient nog wel zienswijzen in tegen
ontwerp-bestemmingsplannen, maar doordat gemeenten worden aangespoord alsnog het plan op die onderdelen aan te passen, is het geven van bijvoorbeeld een reactieve aanwijzing vrijwel niet nodig geweest.

In de nieuwe Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) die door de provincie wordt opgesteld wordt het provinciaal belang opnieuw bekeken. De wijze van sturing door de provincie is daarmee een belangrijk onderdeel van deze nieuwe PRS. Bij deze sturing op ruimtelijke opgaven staat voorop wat er moet gebeuren. De vraag wie hierin welke rol vervult is daarvan een afgeleide. Welke instrumenten uit de nWro kunnen worden ingezet om het provinciaal belang te waarborgen, wordt ook op basis hiervan bepaald. Zo kan de nWro optimaal bijdragen aan het behoud en de ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit van de provincie en de noodzakelijke transformaties ondersteunen.

Voor persinformatie: pauline.bredt@provincie-utrecht.nl, (030) 258 32 07 / 06 22 16 11 18

Voor algemene informatie: info@provincie-utrecht.nl, (030) 258 91 11