Vrije Universiteit Amsterdam

Radiochirurgie voor intracraniële AVMs


* Startdatum: 11-11-2010


* Tijd: 11.45


* Locatie: Aula


* Titel: Radiosurgery of Brain Arteriovenous Malformations: From Target Delineation to Obliteration


* Spreker: D.R. Buis


* Promotor: prof.dr. W.P. Vandertop prof.dr. B.J. Slotman


* Onderdeel: VU medisch centrum


* Wetenschapsgebied: Medisch


* Evenementtype: Promotie

Digitale subtractie angiografie verkleint de problemen die kunnen optreden bij het intekenen van hersenbloeding als doelwit voor radiochirurgie. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Dennis Buis.

Een intracraniële arterioveneuze malformatie (AVM) is een netwerk van abnormale bloedvaten in de hersenen. Meestal openbaart een AVM zich met een hersenbloeding bij jonge mensen. Bij radiochirurgische behandeling wordt selectief op het AVM een hoge dosis straling toegediend. Dit heeft als effect dat het AVM na verloop van 3 à 4 jaar niet meer doorgankelijk is, waardoor het risico op een hersenbloeding tot nul wordt gereduceerd. Buis beschrijft in zijn proefschrift de problemen die kunnen optreden bij het intekenen van AVMs als doelwit voor radiochirurgie.

Buis concludeert dat er een substantiële interobserver variatie is, bij zowel intekenen op digitale subtractie angiografie, als op MR-angiografie. Naarmate het toedienen van straling preciezer gebeurt, nemen de consequenties van deze variatie toe. Daarnaast identificeerde hij klinische en radiologische problemen die zich kunnen voordoen in de periode tussen radiochirurgie en het niet meer doorgankelijk zijn van het AVM. De voornaamste complicatie die zich, naast een hersenbloeding, kan voordoen is hersenzwelling rondom het AVM. De oorzaak hiervan is vroege trombose van een enkel afvoerend bloedvat. Hierbij is het AVM vaak niet meer doorgankelijk en het omliggende hersenweefsel raakt gestuwd. Klinisch blijken de uitkomsten na radiochirurgie van AVMs slechter bij kinderen en bij mensen die deze behandeling twee keer ondergaan. Omdat MRI een patiëntvriendelijker en goedkoper onderzoek is onderzocht Buis ten slotte of MRI ook een adequaat onderzoek is om het niet meer doorgankelijk zijn van een AVM te beoordelen. Digitale subtractie angiografie bleek hiervoor echter het meest geschikt te zijn.

© Copyright Vrije Universiteit Amsterdam