Rijksoverheid
Datum 15 november 2010
Reactie op kamervragen betreffende Pieterburen
Ons kenmerk
ETM/EM / 10161687
Uw kenmerk
2010Z15120
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden Samsom en Van
Dekken (beiden PvdA) aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie over de mogelijkheden voor gasopslag bij Pieterburen (ingezonden 22
oktober 2010).
1
Bent u bekend met het bericht 'Pieterburen wars van plannen voor gasopslag'?
Antwoord
Ja
2
Zou het Franse bedrijf EDF in aanmerking komen voor een vergunning om op de,
in het bericht genoemde locatie aan gasopslag te doen? Is er al sprake van een
vergunningsaanvraag?
Antwoord
De vraag of Electricité de France (EDF) in aanmerking komt voor een
opslagvergunning is nu nog niet aan de orde. EDF heeft nog geen vergunning
aangevraagd voor de opslag van aardgas, maar heeft wel een vergunning
aangevraagd voor de opsporing van zout in de omgeving van Pieterburen. Met een
opsporingsvergunning krijgt EDF het alleenrecht om in dat gebied door middel van
een boring het zout in de ondergrond te onderzoeken. De plaats van de boring
staat bij de verlening van een opsporingsvergunning nog niet vast. Voor het
daadwerkelijk uitvoeren van een proefboring zijn naar verwachting nog
'uitvoeringsgerichte' besluiten nodig, zoals een omgevingsvergunning of een
ruimtelijk besluit. Op basis van de kennis die verkregen wordt bij een boring zal
EDF kunnen besluiten om een winningsvergunning voor zout aan te vragen. Met
een winningsvergunning kan EDF zout winnen, waardoor een caverne ontstaat die
later gebruikt kan worden voor opslag van gas. Om gas te kunnen opslaan heeft
EDF dan een aparte opslagvergunning nodig. Daarvoor is een opslagplan vereist,
waarmee door mij moet worden ingestemd.
Pagina 2 van 3
Directoraat
generaal voor
Energie, Telecom en Markten
Directie Energiemarkt
Ons kenmerk
ETM/EM / 10161687
3
Deelt u de mening dat aantasting van ecologische en landschappelijke waarden
ten alle tijden voorkomen moet worden? Hoe denkt u gasopslag met dat
uitgangspunt te verenigen?
Antwoord
Ecologische en landschappelijke waarden spelen een belangrijke rol bij de
ruimtelijke inpassing van mijnbouwactiviteiten. Deze aspecten zijn geïntegreerd in
het vergunningenproces. Voordat een gasopslag in zoutholtes in Pieterburen
gerealiseerd kan worden, dienen drie fasen te worden doorlopen:
1. Opsporing
Voordat gas in zout opgeslagen kan worden, moet eerst gekeken worden of de
zoutlaag geschikt is voor gasopslag. Hiervoor moet een proefboring gezet worden.
Hiervoor is een opsporingsvergunning onder de Mijnbouwwet vereist. De
opsporingsvergunning geeft het alleenrecht om binnen het vergunde gebied te
zoeken naar geschikt zout. De vergunning legt niet een oppervlaktelocatie vast,
waar vandaan geboord mag worden.
2. Winning
Zodra geschikt zout gevonden is, moet een holte (caverne) gemaakt worden. Dit
wordt gedaan door middel van winning van het zout. Hiervoor is een
winningsvergunning nodig en moet ingestemd zijn met een winningsplan. Voor
beide besluiten ben ik verantwoordelijk. Het winningsplan speelt een belangrijke
rol omdat daarin expliciet gekeken wordt naar bodemdaling en mogelijke schade.
In elk geval zijn omgevingsvergunningen en ruimtelijke plannen noodzakelijk
voordat fysieke mijnbouwactiviteiten plaats kunnen vinden. Hier moeten
ecologische en landschappelijke waarden in worden meegewogen.
3. Opslag
Om de holte in het zout te kunnen gebruiken voor gasopslag is het verkrijgen van
een opslagvergunning nodig, die ook door mij wordt verleend. Met een
opslagvergunning mogen nog geen opslagactiviteiten plaatsvinden. Hiervoor is
mijn instemming met een opslagplan vereist.
De procedures en besluiten gerelateerd aan de opslagfase vallen onder de
rijkscoördinatieregeling. Voor gasopslag is in beginsel het maken van een Milieu
Effecten Rapportage vereist, waardoor gewaarborgd is dat het belang van het
milieu, waaronder landschap en de ecologie, een volwaardige plaats in deze
besluitvorming hebben.
Alle bovengenoemde vergunningen en de rijkscoördinatieregeling voorzien in een
bezwaar! en beroepfase.
Pagina 3 van 3
Directoraat
generaal voor
Energie, Telecom en Markten
Directie Energiemarkt
Ons kenmerk
ETM/EM / 10161687
4
Hoe lang duurt het verleningtraject voor een vergunningsaanvraag in zulke
gevallen doorgaans?
Antwoord
De wettelijke procedure voor de voorbereiding van de opsporing is inmiddels
doorlopen en de adviezen naar aanleiding van deze aanvraag zijn uitgebracht. De
beslissing op de vergunningaanvraag zal dus op korte termijn worden genomen.
De verwachting is dat EDF in staat is binnen twee jaar een boring te verrichten.
Indien de resultaten van de boring gunstig zijn, dus als de zoutkwaliteit geschikt is
voor opslag van gas, kan EDF een winningsvergunning aanvragen. De benodigde
duur van het beoordelen van de winningsvergunningaanvraag tot en met de
verlening van de vergunning bedraagt 6 à 12 maanden. Dezelfde termijn geldt
voor een opslagvergunning. Daarnaast zal EDF voor het verrichten van concrete
activiteiten in het kader van opsporing, winning en opslag, zoals reeds gezegd,
ook operationele besluiten nodig hebben. Die besluiten hebben hun eigen
procedures, die voorzien in inspraak! en beroepmomenten.
5
Welke (sociaal!)economische gevolgen zou de eventuele komst van een
gasopslaginstallatie van EDF hebben voor de provincie, gemeente en regionale
economie?
Antwoord
Volgens informatie van EDF bedraagt de totale investering een half miljard euro
en biedt werk aan tien vaste werknemers en veertig lokale leveranciers en
aannemers.
De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
(w.g.) drs. M.J.M. Verhagen
---- --