Partij van de Arbeid

Partij van de Arbeid

Den Haag, 15 november 2010

Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak bij de Raad van State betreffende adoptie


* Kent u de uitspraak van de ABRvS met zaaknummer 201005885/1/H3? Kent u de zaak die ten grondslag ligt aan deze uitspraak?


* Deelt u de mening dat er een verband bestaat tussen deze uitspraak en het amendement Wolfsen CS (30551, 12) waarin voorwaarden worden geschapen om af te kunnen afwijken van de maximumleeftijd, gesteld voor aspirant-adoptiefouders? Zo nee waarom niet?


* Deelt u de mening dat in onderhavige uitspraak de casus gelijk is aan een in de toelichting genoemde voorwaarde nl. dat "....aspirant-adoptiefouders reeds een kind hebben geadopteerd (bv een special-need-kind of een ouder kind) en na een periode van extra aandacht voor dit kind, besluiten nog een (ouder) kind te adopteren. Een leeftijdsbeperking kan in zo'n geval de gerechtvaardigde belangen van alle betrokkenen onnodig beperken"? Zo nee, waarom niet?


* Waarom heeft u besloten geen beginseltoestemming te verlenen, ondanks het feit dat er sprake is van een vergelijkbare casus als door de indieners van amendement is beoogd?


* Wanneer heeft aspirant adoptiefouder haar eerste verzoek om een beroep te mogen doen op de bijzondere omstandigheden ingediend?


* Wat is sindsdien gebeurd met dit verzoek? Is dit vergelijkbaar met het afhandelen van de verzoeken van andere aspirant adoptiefouders?


* Was bij de behandeling van het (eerste) verzoek met een beroep op de bijzondere omstandigheden van deze aspirant adoptiefouders al duidelijk dat de leeftijd van de aspirant adoptiefouders een probleem zou kunnen vormen? Zo ja, waarom zijn zij dan toch in het voortraject van onderzoeken (gezinsonderzoek en dergelijke) toegelaten dat kan leiden tot een beginsel toestemming? Zo nee, wanneer werd de leeftijd wel een probleem gevonden? Waarom was op dat moment de leeftijd wel een probleem?


* Als de RSJ adviseert om aanvullend onderzoek te houden, zoals in deze casus het geval was, hoe wordt in de regel met dit advies omgegaan? Waarom is in deze casus het advies van de RSJ niet gevolgd?


* Wie heeft geconstateerd dat het plaatsen van een tweede kind in dit gezien schadelijk zou kunnen zijn voor het kind dat reeds door adoptie in het gezin geplaatst is? Is dit door een onafhankelijk persoon of instantie gebeurd? Zo ja door wie? Hoe heeft deze persoon of instantie zonder onderzoek deze conclusie kunnen trekken?


* Waarom vindt u het irrelevant of aspirant-adoptiefouders al dan niet een ouder kind of een kind met special needs willen adopteren, als dit twee van de in het besluit bij de Wobka opgenomen voorwaarden zijn waarop een bijzondere omstandigheid gebaseerd kan zijn? Deelt u de mening dat het voldoen aan één van de voorwaarde zoals omschreven in het besluit, noodzakelijk is om überhaupt in aanmerking te komen voor de bijzondere omstandigheden?

PvdA-Voorlichting
Plein 2
Postbus 20018, 2500 EA Den Haag