Belgische Federale Overheid


29 landen getroffen door extreme honger

Datum: 16 november 2010

In een dertigtal landen neemt de honger onrustwekkende proporties aan. Armoede, conflicten en politieke instabiliteit liggen aan de basis van het probleem. Zuid-Azië en Sub-Sahara Afrika worden het hardst getroffen, en in Congo is de toestand er meest op achteruit gegaan. Dat blijkt uit de `Wereld Honger Index' van het Internationaal Instituut voor Onderzoek naar Voedselbeleid.

Het wereldwijde percentage ondervoede mensen daalde van 20% in 1990-92 naar 16% in 2004-06, maar de internationale economische recessie en de voedselcrisis hebben de trend gekeerd. Halfweg 2010 lijden wereldwijd ongeveer 925 miljoen mensen honger. Dat betekent toch een lichte daling ten opzichte van vorig jaar, toen het aantal ondervoede mensen nog boven het miljard uitkwam.

Sub-Sahara Afrika en Zuid-Azië
Van de 122 onderzochte ontwikkelingslanden bereikt de honger in 25 landen een "alarmerend niveau", en in vier landen van Sub-Sahara Afrika
- Congo, Burundi, Tsjaad en Eritrea - is er zelfs sprake van "extreme onrustwekkendheid". Met uitzondering van Jemen en Haïti, bevinden alle landen waar er sprake is van een "alarmerend niveau" zich in Sub-Sahara Afrika en Zuid-Azië.

In Zuid-Azië is de lage sociale status van de vrouw een van de belangrijkste oorzaken van het hoge aandeel van ondervoede kinderen. In Sub-Sahara Afrika doen vooral de hoge sterftecijfers bij kinderen en het grote aandeel van mensen die onvoldoende calorieën binnenkrijgen de hongercijfers stijgen. Toch zijn er in elke regio verbeteringen vastgesteld in vergelijking met 1990. Maar die verbetering was in Zuid-Azië veel sterker dan in Sub-Sahara Afrika. Sommige landen zagen hun hongerindex sterk verbeteren, onder meer Angola, Ethiopië, Ghana, Mozambique, Nicaragua en Vietnam.

Congo is er ergst aan toe
Congo voert de lijst aan in de Wereld Honger Index, de situatie is er het meest verslechterd. Driekwart van de bevolking is er ondervoed, en het land is eveneens koploper op vlak van kindersterfte. De aanhoudende conflicten deden de economie instorten, de bevolking op de vlucht slaan, en een chronisch tekort aan voedsel ontstaan. Gelijkaardige omstandigheden doen de situatie verslechteren in Burundi, de Comoren, Guinee-Bissau en Liberia.

Focus op kinderen
Om hun score op te krikken, moeten landen vooral de ondervoeding van kinderen aanpakken. Bij een kind jonger dan twee jaar zijn de gevolgen van ondervoeding haast onomkeerbaar. Zo zijn ondervoede kinderen vaak ook later te klein voor hun leeftijd. In Burundi, Madagaskar en Malawi is dat bij 53% van de kinderen het geval. In Ethiopië en Rwanda zijn 51% van de kinderen te klein, in Niger 47%.

De Wereld Honger Index is gebaseerd op drie factoren: het aandeel van ondervoede mensen in een bevolking, de aanwezigheid van ondergewicht bij kinderen jongeren dan vijf jaar, en de sterftecijfers bij kinderen jonger dan vijf jaar.

Meer info op www.ifpri.org.