Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
16 november 2010
Reactie Tweede Kamer schept verwachtingen Oost-Nederland over aanpak
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
Oost-Nederland kijkt tevreden terug op de behandeling van het Programma
Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) in de Tweede Kamer. In het PHS heeft de
Rijksoverheid vastgelegd hoe het personen- en goederenvervoer in
Nederland zich de komende decennia moet ontwikkelen.
Aandacht voor leefbaarheid en bereikbaarheid
Over het spoor in het oosten van het land moet meer goederenvervoer
plaatsvinden. De Kamer heeft nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de
lokale leefbaarheid en bereikbaarheid en de groeimogelijkheden van
regionaal personenvervoer per spoor. Dit schept verwachtingen voor de
volgende fase van PHS, waarin onder andere een Milieu Effect Rapport
voor de herroutering van de goederentreinen door Oost-Nederland wordt
uitgevoerd en alternatieve tracés gelijkwaardig worden onderzocht.
Op 9 november heeft de Kamer gestemd over de vele moties die tijdens
het debat over het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer zijn ingediend.
Kamerbreed zijn er grote zorgen over de gevolgen van de groei van het
goederenvervoer in Oost-Nederland over bestaand spoor. Het huidige
kabinetsplan kijkt vooral naar de korte termijn tot 2020 en wordt als
een tijdelijke oplossing gezien. Daarom heeft de Kamer de minister
opgedragen onderzoek te doen naar de langetermijnontwikkeling van het
goederenvervoer, een maximale benutting van de Betuweroute en het
goederenvervoer via Duitsland.
Zorg over groei goederenvervoer
Het programma voorziet verder in het verhogen van de frequentie van
intercity's en regionale treinen op de lijnen Utrecht-Arnhem-Nijmegen
en Utrecht-Den Bosch. De wens van de Kamer sluit aan op de zorg die
Oost-Nederland heeft ten aanzien van de groei van het goederenvervoer
per spoor en rond PHS, waarbij meer goederenvervoer afgewikkeld zal
worden over het bestaande spoor in Oost-Nederland (IJssellijn en
Twentelijn en ook in Rivierenland) en waardoor de leefbaarheid,
veiligheid en bereikbaarheid in het gedrang komen.
De aangenomen moties en de toekomstige onderzoeken scheppen
verwachtingen. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft
toegezegd om Oost-Nederland nauw te betrekken bij het onderzoek naar
alternatieve tracés.
Provincie Overijssel