ChristenUnie


Bijdrage Esmé Wiegman plenair debat over het verslag van de Europese Top

dinsdag 02 november 2010 12:00

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie): Voorzitter. Na het warme bad waarover de minister-president sprak na afloop van de Europese top, zou het debat van vanmiddag zomaar iets van een koude douche kunnen hebben. Mijn teleurstelling over de resultaten van de top wil ik niet onder stoelen of banken steken. Van Rompuy sprak voorafgaand aan de top over het instorten van de eurozone als gevolg van de crisis in Griekenland en dat dit het einde van de Europese Unie zou betekenen. Daarmee laat hij wel zien dat er niet veel vertrouwen is in een Unie als meer dan een muntunie. Als juist deze muntunie al zo onder druk staat, bij welke politieke meningsverschillen vinden wij elkaar dan nog? Wat zegt het over toekomstige verhoudingen als twee landen van de Europese Unie kennelijk de koers bepalen? Is de instelling van een noodfonds dan het antwoord? Deze top laat bij mij de indruk achter van een juridisch steekspel met een partijtje koehandel.

Mijn centrale vraag voor vandaag is: kan de minister-president uitleggen waarom het Stabiliteits- en Groeipact niet werkt? Ieder jaar opnieuw staat de toepassing van het SGP ter discussie, omdat er wel een of meer lidstaten zijn die met hun begroting de norm overschrijden. Zit het probleem nu in de toepassing van het SGP of zit er een ontwerpfout of weeffout in? En als dan primair de toepassing van het SGP tot problemen leidt, vraag ik de minister-president waarom een nieuwe regeling in het verdrag zal helpen. Laat ik duidelijk zijn. De gevonden oplossing, een verdragswijziging, wijst mijn fractie af. Mij lijkt het niet de juiste weg om tot een uitweg te komen uit de gebrekkige werking van het Stabiliteits- en Groeipact. Dan heb ik het nog niet eens over alle praktische hindernissen die er zijn op de route naar een voorgenomen verdragswijziging. De doos van Pandora is vandaag al eventjes genoemd.

Ik vraag de minister-president dan ook om een heldere uitleg van de noodzaak om te komen tot een wijziging van het verdrag. Als Duitsland problemen verwacht met het Constitutionele Hof, lijkt het mij beter dat Duitsland oplossingen zoekt in eigen wet- en regelgeving dan dat een Europees verdrag gewijzigd moet worden.

Dan de begroting. Op de EU-top is besloten om de begroting met 2,9% te laten stijgen. Dat is een forse stijging in een periode van economische krimp.

Het is dan ook niet goed uit te leggen dat, in een tijd waarin lidstaten moeten bezuinigen, de budgetten van de Europese Unie opnieuw toenemen. Het Europees Parlement wilde zelfs 6% meer uitgeven, dus kennelijk dringt in Brussel nog onvoldoende de ernst van de economische crisis door. De minister-president benadrukte het succes van de beperking van het percentage, maar een en ander staat natuurlijk wat in schril contrast met de VVD-retoriek in de verkiezingsperiode over de beperking van afdrachten. Maar goed, een belangrijke vraag lijkt mij nu: op welke wijze gaat de minister-president zich er de komende jaren voor inzetten dat de Europese begroting meer in de pas gaat lopen met de economische ontwikkelingen in de Unie? Graag een reactie. De ChristenUnie wil vast meegeven dat wij ervoor moeten waken dat dit een soort vestzak-broekzakkwestie wordt; dat via eigen middelen en een Europese belasting de nationale afdracht wat minder wordt, terwijl het voor de Nederlandse belastingbetaler helemaal niets uitmaakt.

Nu de G-20. Nederland dreigt veel internationale invloed kwijt te raken, zowel in de G-20 als bij het IMF, en wellicht ook bij de Wereldbank. Inmiddels is duidelijk geworden dat wij in de komende G-20-top in Seoel geen deelnemer zijn en het is maar de vraag of we in de toekomst nog eens zullen mogen aanschuiven. Onze open economie en onze grote financiële sector maken het belangrijk dat we dicht bij het vuur zitten. Wat gaat de regering doen om ervoor te zorgen dat we weer deel gaan uitmaken van de landen die aanschuiven bij de G-20? Bij wie zouden we bijvoorbeeld kunnen aanhaken? Ondanks alle kritiek die in de afgelopen jaren is uitgesproken aan het adres van onze voormalige premier, hij was met minister De Jager inderdaad gast op de G-20. Dat ging niet vanzelf en ook nu vraagt het inzet en toewijding om daar te kunnen blijven meespreken over beslissingen die er in een wereldeconomie toe doen.

Tot slot een enkele opmerking over het klimaat. Ik moet zeggen dat de woorden die het verslag besteedt aan de klimaatconferentie wel de meest magere en zuinige zijn die ik in de afgelopen jaren heb gezien. Jammer. Er gaat weinig overtuigingskracht van uit en ik ben ook bang dat we met dit soort teksten niet uit de positie komen waarin we als Unie in Kopenhagen zijn geduwd. Zelfs het woord "raamwerk", waarover in de geannoteerde agenda nog werd gesproken, kom ik in het verslag niet tegen. Graag ook een reactie op dit punt.

De voorzitter: Dank u mevrouw Wiegman. Nogmaals een korte mededeling van huishoudelijke aard. Aansluitend aan de heer Dijkgraaf gaan we, na het handenwassen en wellicht het iets laten influisteren door wat ambtenaren, gewoon door met de eerste termijn van de zijde van de regering.

Het woord is aan de heer Dijkgraaf.

Esmé Wiegman