Rijksoverheid


17 november 2010
vondst Aziatische boktor in Almere#Buiten

Geachte Voorzitter,

Met deze brief informeer ik u over de vondst van een aantasting door de Aziatische boktor (Anoplophora glabripennis) in bomen in een groenstrook op een industrieterrein in Almere#Buiten. Het is de eerste keer dat deze uitheemse boktor in Nederlandse planten is aangetroffen.
Eerdere aantastingen door de boktor, in onder meer het Westland en Boskoop, hadden betrekking op de Oost#Aziatische boktor (Anoplophora chinensis), die nauw verwant is aan de Aziatische boktor.
De Aziatische boktor is, evenals de Oost#Aziatische boktor, een quarantaine# organisme dat in Richtlijn 2000/29/EG1 (verder: Fytorichtlijn) is ingedeeld in de hoogste risicocategorie (bijlage I,A,I). Deze boktor kan aanzienlijke schade aanrichten aan loofbomen en struiken en vormt daarmee een grote bedreiging voor de groene ruimte. Daarnaast vormt de boktor een risico voor de teelt en handel in boomkwekerijproducten. Op grond van de Fytorichtlijn bestaat de verplichting om bij een vondst van deze boktor maatregelen te treffen gericht op uitroeiing en de Europese Commissie daarover te informeren. Situatie
Bij de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit, Divisie Plant (verder: nVWA), is via Alterra een melding van Stadsbeheer Almere binnengekomen van verdachte symptomen bij diverse bomen op een industrieterrein in Almere#Buiten. Onderzoek aan één van deze bomen door de nVWA in de afgelopen dagen heeft uitgewezen dat het hier gaat om een aantasting door de Aziatische boktor. In deze besmette boom zijn ca. 16 uitvlieggaten aangetroffen, zowel recente als van een wat oudere datum (tot drie jaar geleden), alsmede larven en resten van kevers. Dit wijst erop dat de besmetting al enige tijd in de boom aanwezig is en zich mogelijk al verder heeft kunnen verspreiden.

1 Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB 2000 L 169)

Aangezien in de directe omgeving weinig bomen aanwezig zijn en de oudste uitvlieggaten enkele jaren oud, bestaat de kans dat de boktor bij gebrek aan geschikte waardplanten zich over een grotere afstand heeft verspreid. De aantasting is aangetroffen in esdoorns (Acer pseudoplatanus). Op grond van de leeftijd van de boom en van de uitvlieggaten moet worden geconcludeerd dat de aantasting in Nederland is ontstaan en niet is meegekomen met plantmateriaal.
Het is hiermee de eerste keer dat de Aziatische boktor in Nederlandse planten is gevonden. Deze boktor is in Enschede en Oss in 2008 wel eerder aangetroffen in de buurt van verpakkingshout met natuursteen afkomstig uit China. Het betrof echter vondsten van individuele kevers. In andere lidstaten, waaronder Duitsland, Frankrijk en Italië, zijn al eerder uitbraken geweest van deze boktor. De mogelijkheid bestaat dat de boktor is meegekomen met verpakkingshout uit China/Japan, landen waar deze boktor veel voorkomt. Het risico op introductie van deze Aziatische boktor via verpakkingshout uit met name Azië is reeds langer bekend. Alle tot nu toe bekende introducties van dit organisme in de EU zijn te herleiden tot import van besmet houten verpakkingsmateriaal. Om introducties van de boktor via verpakkingshout te voorkomen geldt sinds 2005 bij import de eis dat het verpakkingshout een behandeling moet hebben ondergaan om schadelijke organismen te doden voordat het de Europese Unie binnen mag komen. In dit kader loopt sinds 2005 tijd ook een monitoringprogramma bij de nVWA, waarbij geïnspecteerd wordt op symptomen van deze boktor. Hierbij zijn incidenteel (resten van) kevers en larven gevonden. De Aziatische boktor heeft een minder brede waardplantenreeks dan de Oost# Aziatische en tast vooral grotere bomen en struiken aan. Verder is vermoedelijk het klimaat in Nederland geschikter voor de Aziatische boktor dan voor de Oost# Aziatische boktor. Dit zou betekenen dat deze kever zich hier gemakkelijker zal kunnen vestigen.
De Aziatische boktor legt haar eieren hoger in de boom waardoor inspecties van onderaf geen betrouwbaar resultaat gegeven. Inspecties zullen om deze reden veelal met behulp van hoogwerkers uitgevoerd moeten worden. Maatregelen
In tegenstelling tot de Oost#Aziatische boktor, waarvoor in EU#verband noodmaatregelen zijn vastgelegd (beschikking 2008/840/EG), bestaan er voor bestrijding van deze Aziatische boktor geen specifieke bestrijdingsvoorschriften, maar enkel de algemene verplichting maatregelen te nemen die zijn gericht op de uitroeiing ervan. Wel is er in EPPO#verband (European and Mediterranean Plant Protection Organisation) een standaard in voorbereiding, gebaseerd op ervaringen van EU#lidstaten die eerder te maken hebben gehad met een uitbraak van deze Aziatische boktor. Bij het bepalen van de maatregelen is rekening gehouden met de concept#standaard van het EPPO, de ervaringen in andere lidstaten en de specifieke omstandigheden rond deze vondst, met name de geringe plantdichtheid en de leeftijd van de uitvlieggaten.

De thans te nemen maatregelen omvatten:

1. Een inventarisatie van de boomvegetatie in een straal van 1 kilometer rond de vondst.

2. Een survey (visuele inspectie) in een gebied met een straal van 1 kilometer rond de vondst om te bezien of verspreiding heeft plaatsgevonden.

3. Het verwijderen en nader onderzoeken van de besmette bomen en de waardplanten van de Aziatische boktor in een straal van 100 meter rond de gevonden besmetting.

4. Het instellen van een gebied met een straal van 500 meter rond de vondst, waarin beperkingen gelden voor de afvoer van materiaal van waardplanten met een doorsnede groter dan 2,5 cm. Binnen dit gebied zal dit materiaal alleen onder controle van de Nieuwe VWA, divisie Plant, mogen worden afgevoerd en vernietigd.

5. Het uitvoeren van een jaarlijkse survey in een straal van 1000 meter rond de vondst.
Tijdens de survey in de straal van 1 km rond de vondst zullen de waardplanten worden geïnspecteerd en zal extra aandacht zijn voor het verpakkingshout dat in dit gebied aanwezig is.
Conform de meldingsverplichting die is opgenomen in de Fytorichtlijn heb ik de Europese Commissie ingelicht over deze vondst. Ook de gemeente Almere en de sectororganisaties zijn geïnformeerd over de vondst en de maatregelen die worden getroffen. De betrokkenen in het gebied rond de vondst worden op zo kort mogelijke termijn geïnformeerd over de maatregelen die ik zal treffen. Afhankelijk van de verdere inspectiebevindingen in het gebied rond de vondst zal ik mijn aanpak zonodig bijstellen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

dr. Henk Bleker