Rijksoverheid


2010Z15413

Antwoorden op vragen van het lid Jansen (SP) van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over voorkruipen bij het aanvragen van gemeentelijke vergunningen. (Ingezonden 28 oktober 2010)
Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Bemmel (PVV), ingezonden 27 oktober 2010 (vraagnummer 2010Z15322)

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel 'Bedrijf betaalt extra ambtenaren gemeente Delfzijl'1 en kloppen de daarin beschreven feiten?
Antwoord vraag 1:
Ik heb kennisgenomen van het artikel. Er is inderdaad een bedrag betaald. Dit geld is, blijkens mededeling van de gemeente, niet bedoeld voor de aanstelling van extra ambtenaren doch voor onderzoek ten behoeve van de aanpassing van een herziening van het bestemmingsplan dat ruimte biedt aan een windmolenpark aan de havenzijde van de stad. Op basis van dit herziene bestemmingsplan kunnen vergunningen zoals de omgevingsvergunning worden verleend. Vraag 2
Is het betalen van extra geld voor de snellere afhandeling van vergunningprocedures toegestaan op grond van de Gemeentewet?2
Vraag 3
Hoe verhoudt betaalde voorkruipzorg bij vergunningverlening zich tot het beginsel van rechtsgelijkheid? Vindt u het acceptabel dat minder draagkrachtige personen en instellingen die een vergunning nodig hebben lang moeten wachten op een vergunning, terwijl rijken voorrang krijgen?
Antwoord vraag 2 en 3:
Het geld wordt blijkens mededeling van de gemeente Delfzijl, zoals aangegeven bij antwoord 1, besteed aan het voorbereidend onderzoek dat ten behoeve van de benodigde aanpassing van het bestemmingsplan wordt uitgevoerd. De initiatiefnemer draagt ¤ 45.000,8 bij in de kosten van dit onderzoek, omdat dit op aanvraag van de initiatiefnemer en mede in zijn belang wordt uitgevoerd. Er wordt niet betaald voor een snellere afhandeling van vergunningprocedures, aldus de gemeente. Het betreft hier geen retributie, waarnaar door de vraagsteller wordt verwezen. In mijn ogen is er dan ook geen sprake van 'betaalde voorkruipzorg'.
Vraag 4
Onderkent u het risico dat 8indien het voorbeeld van Delfzijl navolging krijgt8 gemeenten hun standaarddienstverlening bij vergunningverlening verder gaan uitkleden, in combinatie met het aanbieden van "goldcard"8voorrangprocedures die extra leges opleveren? Antwoord vraag 4:
Zoals is gesteld in het antwoord op vraag 2 en 3 is er hier volgens de gemeente geen sprake van betaling voor snellere afhandeling van de vergunningprocedure. Wel delen de gemeente en de initiatiefnemer de kosten van het voorbereidend onderzoek ten behoeve van de benodigde aanpassing van het bestemmingsplan. Er is in mijn ogen dan ook geen sprake van een precedent dat navolging zou kunnen krijgen. Het gaat bij de leges om het verhalen van kosten die gemoeid zijn met de dienstverlening, zoals een vergunningaanvraag. Daarbij geldt dat de geraamde baten de geraamde kosten niet mogen overschrijden op het niveau van de legesverordening. Vraag 5
Gaat u maatregelen nemen om dit soort voorkruipzorg aan banden te leggen? Zo ja, welke? Antwoord vraag 5:
Er is volgens de informatie van de gemeente Delfzijl geen sprake van een constructie zoals deze door de media is geschetst. In mijn ogen behoeven er dan ook geen maatregelen te worden genomen.

1
Telegraaf, 'Bedrijf betaalt extra ambtenaren Delfzijl', 25 oktober 2010
2
Artikel 229 e.v.