Rijksoverheid


22 november 2010

Reactie op uitspraken windenergie op zee door topman Shell

Hieronder treft u mijn reactie aan op de vragen van de leden De Mos en Van Bemmel (beiden PVV) over de kritiek van de Shell topman inzake subsidie aan windenergie op zee, met uw kenmerk 2010Z15885.

1
Bent u bekend met het bericht 'Kritiek ceo Shell op subsidie windpark'?1 Antwoord
Ja.

2
Bent u bereid te reageren op de kritiek van Shell aangaande het strooien van belastinggeld voor windmolenparken? Zo nee, waarom niet? Antwoord
Opwekking van duurzame energie is op dit moment niet concurrerend met gebruik van fossiele bronnen zoals kolen, gas en kernenergie. Dat kan in de toekomst veranderen door enerzijds kostendalingen bij duurzame opties en anderzijds prijsstijgingen door CO2!beprijzing en schaarser wordende fossiele brandstoffen. Windenergie op zee behoort momenteel tot een van de duurdere vormen van duurzame energie. Desondanks vind ik de vergelijking van kosten van windenergie op zee met die van investeringskosten van gascentrales in het bewuste artikel van het Financieele Dagblad onvolledig. Wanneer bijvoorbeeld ook de (hogere) variabele kosten van gascentrales worden meegenomen en vervolgens de kosten per opgewekte kWh met elkaar worden vergeleken, dan komen de kosten bij windenergie op zee relatief lager uit. Desalniettemin zijn de kosten per kWh van windenergie op zee nog steeds vele malen hoger dan de kosten per kWh bij elektriciteitsopwekking in gascentrales. Op 4 november 2010 verscheen in het Financieele Dagblad een commentaar geschreven door Ebel


1 Financieele Dagblad, Kritiek ceo Shell op subsidie windpark, 2 november 2010

Kemeling van Spring Associates, met een soortgelijke analyse over het buiten beschouwing laten van relevante kosten in de vergelijking. Dat neemt niet weg dat dit kabinet in de verduurzaming van de energievoorziening kritisch kijkt naar het gebruik van belastinggeld, en deze zo efficiënt mogelijk zal besteden. Ik zal u op korte termijn informeren over de opties voor duurzame energie, die in deze kabinetsperiode in aanmerking komen voor subsidie.
(w.g.) drs. M.J.M. Verhagen
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie