Gerechtelijke organisatie

Vogelaarheffing onterecht opgelegd

Utrecht, 26 november - De zogenaamde Vogelaarheffing, die een grote groep woningcorporaties over 2008 en 2009 moest betalen, is onterecht opgelegd. Dat heeft de bestuursrechter in Utrecht vrijdag bepaald in een zaak die de woningcorporaties tegen het Centraal Fonds Volkshuisvesting begonnen waren.

Het Fonds vindt dat alle woningcorporaties die niet actief zijn in de 40 zogeheten Vogelaarwijken, genoemd naar de toenmalige bewindspersoon Ella Vogelaar, moeten bijdragen aan de extra investeringen die nodig zijn in deze wijken. Daarom wordt bij de ene groep corporaties geld weggehaald via de heffing, zoân ⬠75 miljoen per jaar, om dat geld via subsidies, bijzondere projectsteun genoemd, te kunnen geven aan de corporaties die actief zijn in de Vogelaarwijken en die met deze subsidies projecten in deze wijken financieren.

De rechtbank heeft de beroepen van de corporaties gegrond verklaard en alle heffingsbesluiten vernietigd.

Volgens de rechtbank was de heffing voor de corporaties in 2008 onvoldoende voorzienbaar, omdat die pas in oktober van dat jaar werd opgelegd. De corporaties hebben met die heffing geen rekening kunnen houden bij het opstellen van hun eigen begroting en investeringsplannen. De heffing is daarmee in strijd met de Woningwet, het rechtszekerheidsbeginsel en (artikel 1 Eerste Protocol bij) het (Europees) Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).

Daarnaast zijn de heffingen over 2008 én 2009 volgens de rechtbank een vorm van ongeoorloofde staatssteun. De rechtbank leidt uit een beschikking van de Europese Commissie van 15 december 2009 af dat de huidige combinatie van heffingen en steun in overeenstemming kan worden gebracht met de Europese staatssteunregels. Hiervoor moet Nederland echter wel tal van wettelijke maatregelen op dit gebied nemen. Zolang die maatregelen niet tot stand zijn gebracht, en dat is tot op heden niet het geval, is de Vogelaarheffing volgens de rechtbank ongeoorloofde staatssteun.

In het regeerakkoord staat dat de Vogelaarheffing zal worden afgeschaft. Dit staat echter los van de reeds opgelegde heffingen over de jaren 2008, 2009 en 2010. De rechtbank heeft vandaag alleen geoordeeld over de jaren 2008 en 2009. Alle bijdrageheffingsbesluiten over de jaren 2008 en 2009 zijn vernietigd. De uitspraak van de rechtbank laat geen ruimte om voor het jaar 2008 nieuwe besluiten te nemen. Voor het jaar 2009 is herstel van de geconstateerde gebreken niet uitgesloten. Het Fonds zal er dan â naar het oordeel van de rechtbank â wel voor moeten zorgen dat duidelijk wordt dat er geen strijd (meer) is met de staatssteunregels. Dat kan het Fonds mogelijk bereiken door de kwestie aan de Europese Commissie voor te leggen. De rechtbank heeft daar geen aanleiding toe gezien.

Over het jaar 2010 is door het Fonds inmiddels ook ⬠75 miljoen aan heffingen opgelegd aan de corporaties. Tegen die besluiten is bezwaar gemaakt bij het Fonds zelf. De 2010-zaken zijn (nog) niet aan de bestuursrechter voorgelegd.

Het Fonds kan tegen de uitspraak van de rechtbank binnen zes weken na vandaag hoger beroep instellen bij de Raad van State (Afdeling bestuursrechtspraak) in Den Haag, de hoogste algemene bestuursrechter.

De zaak over de heffingsbesluiten is hiermee voor de rechtbank Utrecht geëindigd Bij de rechtbank lopen inmiddels ook beroepszaken van corporaties buiten de Vogelaarwijken tegen (via de heffingen verkregen) subsidies verstrekt door het Fonds aan corporaties die actief zijn in de wijken. Ook al die zaken worden centraal behandeld. Naar verwachting zal in die zaken in het eerste kwartaal van 2011 uitspraak worden gedaan. De zittingsdatum is nog niet bepaald.

LJ Nummer

BO5098

Zie het origineel
Bron: Rechtbank Utrecht Datum actualiteit: 26 november 2010 Naar boven