Nauwkeurig opsporen prostaatkanker dankzij ultrageluid
Geplaatst: 07 december, 2010
De opsporing van prostaatkanker is tot nu toe onnauwkeurig en
onaangenaam. Onderzoekers van de TU/e hebben in samenwerking met het
AMC Amsterdam nu een beeldvormingstechniek ontwikkeld die nauwkeurig
tumoren in de prostaat kan lokaliseren. En waarschijnlijk ook kan zien
hoe agressief de tumoren zijn.
Massimo Mischi. Foto: Bart van Overbeeke.
Dit kan leiden tot betere, meer gerichte behandeling, en
kostenbesparing in de zorg.
Prostaatkanker is de meest voorkomende vorm van kanker onder mannen.
Jaarlijks wordt prostaatkanker in de VS alleen al bij zo'n 200.000
mannen vastgesteld, in Nederland bij 10.000 man per jaar. De opsporing
is echter nog rudimentair. Na vaststelling van een verhoogde PSA-waarde
(Prostaat Specifiek Antigeen) in het bloed, wordt biopsie gedaan, om te
kijken of er een tumor zit in de prostaat. Maar de PSA-waarde is geen
bijzonder goede indicator: tweederde van alle biopsies blijkt achteraf
niet nodig te zijn geweest.
Ongericht
Ook de biopsies hebben hun nadelen: ze zijn niet 'gericht', er wordt
met 6 tot 12 naalden 'random' weefsel weggenomen. Maar de kans is groot
dat de naalden naast de tumoren prikken, waardoor de uitslag van de
test onterecht negatief is. Bij ongeveer een derde van alle negatieve
biopsie-uitslagen blijkt er later toch een tumor te zitten. Bovendien
grijpen artsen na een positieve biopsie vaak in, maar treffen bij de
operatie een dusdanig kleine tumor aan dat ze beter niet hadden kunnen
opereren.
Agressief
Bij de nieuwe techniek worden microbubbels ingespoten, een
contrastmiddel zonder bijwerkingen. De minuscule bubbels reageren
anders op ultrageluid dan menselijk weefsel of bloed, waardoor ze van
buitenaf te volgen zijn, tot in de kleinste bloedvaatjes toe. Tumoren
zijn herkenbaar doordat de bloedvaatjes in de tumoren een ander patroon
hebben dan in gezond weefsel. De onderzoekers distilleren dit patroon
uit een geavanceerde analyse van de waargenomen concentraties van
microbubbels. Doordat tumoren bloed, en dus nieuwe bloedvaatjes nodig
hebben om te groeien, verwachten de onderzoekers aan het patroon van
bloedvaatjes ook te kunnen zien hoe agressief de kanker is.
Van vier patiënten waarop de onderzoekers de techniek hebben getest,
werd later de aangetaste prostaat verwijderd. De plaats van de tumoren
bleek nauwkeurig te kloppen met de beelden van de nieuwe techniek,
vertelt dr.ir. Massimo Mischi van de TU/e-faculteit Electrical
Engineering. Hij maakte deze eerste, veelbelovende resultaten onlangs
bekend op een wetenschappelijke conferentie in Chicago.
Zonder biopsies
Komend jaar gaat het onderzoeksteam een pilot doen met biopsies,
ondersteund door de beelden van de nieuwe techniek. Daardoor zijn de
biopsies wel gericht, en dus veel doeltreffender. In een volgende stap
wordt de ultrageluidtechniek gebruikt om te kijken of een biopsie wel
of niet nodig is, waardoor het aantal biopsies danig zal afnemen. De
onderzoekers verwachten dat de techniek hiervoor over vijf jaar
beschikbaar is in het ziekenhuis. Het uiteindelijke doel is dat artsen
geheel op basis van de beelden kunnen beslissen welke ingreep nodig is,
zonder biopsies.
Al met al kunnen artsen straks veel gerichter ingrijpen, verwacht
prof.dr.ir. Hessel Wijkstra, hoofd van het urologische onderzoek binnen
het AMC. Wijkstra is per 1 november tevens deeltijdhoogleraar aan de
TU/e op het gebied van Hemodynamic Contrast Sonography. Hij denkt dat
er bovendien minder vaak overbodige ingrepen zullen zijn. Soms zullen
artsen bijvoorbeeld beslissen om kleine, niet-agressieve tumoren te
laten zitten, en de tumor te gaan monitoren. Dit als een tumor geen
klachten geeft én geen groot gevaar oplevert voor de gezondheid van de
patiënt; een operatieve ingreep zou in die gevallen belastender zijn
dan de tumor. Een bijkomend voordeel hiervan is dat de totale kosten
zullen dalen.
Naast de TU Eindhoven en het AMC Amsterdam zijn het Catharina
Ziekenhuis in Eindhoven en verschillende ultrasound-bedrijven betrokken
bij het onderzoek. Dr.ir. Massimo Mischi kreeg afgelopen jaar van
wetenschapsorganisatie NWO een VIDI-beurs van acht ton voor dit
onderzoek. Verder wordt het onderzoek financieel ondersteund door de
stichting 'Cure for Cancer'.
Technische Universiteit Eindhoven