Rechtbank Maastricht


Opname in psychiatrisch ziekenhuis voor moord op echtgenote

De rechtbank Maastricht heeft vandaag uitspraak gedaan in de zaak van een 67-jarige man die verdacht werd van de moord op zijn echtgenote.

Deze moord die plaatsvond in de nacht van 9 op 10 maart 2010 te Maastricht heeft de rechtbank bewezen geacht. Het begaan hebben van de moord kan echter naar het oordeel van de rechtbank niet aan de man worden toegerekend.

De rechtbank, zich daarbij verlatend op het onderzoek naar de man door het Pieter Baan Centrum, heeft aannemelijk geacht dat er voorafgaand en tijdens deze moord bij de man sprake was van een ernstige depressie en dat de man deze moord heeft begaan in een stormachtige kolk van heftige paniek, wanhoop, maximaal gedesintegreerd en gefragmenteerd psychotisch denken, heftige ontreddering, extreme onrust, suïcidedrang en prikkelbaarheid.

Nu de man volledig ontoerekeningsvatbaar moet worden geacht, heeft de rechtbank hem geen gevangenisstraf kunnen opleggen. Daar de man echter (nog) niet genezen is van zijn ernstige depressie en in deze depressie de kiem gelegen is van hetgeen zich in de nacht van 9 op 10 maart 2010 heeft voltrokken, heeft de rechtbank het wel noodzakelijk geacht om de man voor de duur van een jaar te plaatsen in een psychiatrisch ziekenhuis. De rechtbank heeft er daarbij acht op geslagen dat de man nu met name nog een gevaar voor zichzelf vormt en niet voor anderen.

LJ Nummer

BO6490

Zie het origineel
Bron: Rechtbank Maastricht Datum actualiteit: 7 december 2010 Naar boven