Uitspraken themazitting discriminatie
Amsterdam, 7 december 2010 - Op 22 november heeft het OM een aantal
zaken aan de rechtbank Amsterdam voorgelegd waarin een deel van de
verwijten betrekking had op discriminatie. De rechtbank heeft
uiteindelijk vier zaken inhoudelijk beoordeeld. Deze vier zaken
verschillen onderling sterk en variëren van antisemitische spreekkoren
bij voetbalwedstrijden, tot conflicten tussen een burger en een agent
waarbij die agent wordt uitgescholden vanwege zijn afkomst of het
discrimineren van homofiele mannen in het uitgaanspubliek. Ook de
achtergrond van de discriminerende daders is heel verschillend. De
rechtbank heeft voor wat betreft de strafmaat steeds per geval
zorgvuldig gekeken naar de feiten, de omstandigheden en de persoon van
de verdachte.
In de eerste zaak ging het om een automobilist die een donkere
vrouwelijke parkeerwachter had uitgescholden en bespuugd nadat zij hem
wilde bekeuren omdat hij geen parkeerkaartje had gekocht. De rechtbank
vindt dat het slachtoffer op grove wijze is aangetast in haar
persoonlijke integriteit. Het is volgens de rechtbank ergerlijk dat
verdachte zich kwetsend en onnodig grievend heeft uitgelaten, om de
enkele reden dat verdachte het niet eens was met de parkeerboete. De
rechtbank veroordeelt de verdachte conform de eis van het OM tot een
geldboete van 550 euro.
LJN nummer BO6422
De tweede zaak betrof drie voetbalsupporters die geweld zouden hebben
gepleegd tegen de leden van mobiele eenheid. Twee van hen zouden
tijdens een spreekkoor antisemitische leuzen hebben geroepen. De
rechtbank acht in alle drie gevallen geweldpleging tegen
politieambtenaren die de orde moeten handhaven bewezen. Openlijk geweld
draagt bij aan de gevoelens van angst en onveiligheid in de
samenleving, voetbalgeweld wekt ook beroering in de samenleving en
druist in tegen de in die samenleving gerespecteerde normen en waarden.
De samenleving stelt met toenemend ongenoegen vast dat bij sommige
voetbalwedstrijden het gebruikelijk is geworden dat bezoekers zich
gewelddadig gedragen en dat het daarom noodzakelijk is dat geharnaste
politiemensen worden ingezet om de orde te handhaven, dit ten koste van
de samenleving en ten koste van de capaciteit op straat. De rechtbank
acht bewezen dat verdachten openlijk geweld hebben gepleegd tegen
politieambtenaren, die op dat moment hun werk deden. Dit strafbaar feit
vormt een inbreuk op en ondermijnt het respect dat ten aanzien van
politieambtenaren dient te worden opgebracht. Eén verdachte werd
tevens veroordeeld wegens het opzettelijk beledigen van Joden. Door de
rechtbank werd aan alle drie verdachten een voorwaardelijke
gevangenisstraf van 1 maand opgelegd met een proeftijd van 2 jaar.
Gedurende die proeftijd geldt een stadionverbod. Daarnaast zijn aan
verdachten taakstraffen opgelegd variërend van 60 tot 150 uur.
LJN nummers BO6415, BO6508 en BO6510
De derde zaak betrof een jeugdige verdachte die op Koninginnedag zonder
enige aanleiding een willekeurig slachtoffer beledigde, puur en alleen
omdat het slachtoffer homoseksueel is. Naar het oordeel van de
rechtbank kan verdachte met de woorden âben je homo?â en âjullie zijn
viesâ geen andere dan een minachtende bedoeling hebben gehad. Daarnaast
heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan mishandeling. De rechtbank
veroordeelt de verdachte tot zestig uur werkstraf. Dit is conform de
strafeis van de officier van justitie.
LJN nummer BO6367
De vierde zaak betrof de belediging van een politieagent van
Marokkaanse afkomst na een klacht wegens geluidsoverlast. De rechtbank
acht bewezen dat de verdachte zich tijdens zijn aanhouding beledigend
heeft uitgelaten over een groep mensen. Daarnaast heeft verdachte zich
schuldig gemaakt aan mishandeling van de verbalisant en zich verzet
tijdens zijn aanhouding. Deze strafbare feiten vormen volgens de
rechtbank een ernstige inbreuk op en ondermijnen het respect dat ten
aanzien van politieambtenaren in de rechtmatige uitoefening van hun
functie dient te worden opgebracht. Verdachte is veroordeeld tot
werkstraf van 240 uur waarvan 80 uur voorwaardelijk.
LJN nummer BO6384
De laatste zaak tegen Delano F. is door de rechtbank niet inhoudelijk
behandeld. De zaak is aangehouden en terugverwezen naar de
rechter-commissaris voor het horen van twee extra getuigen
LJ Nummers
BO6422
BO6508
BO6510
BO6415
BO6367
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum actualiteit: 7 december 2010 Naar boven
Gerechtelijke organisatie