Rijksoverheid


Beantwoording vragen innovatie lid Dijksma (PvdA)

Ons kenmerk
OI/I / 10184675

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen die zijn gesteld door het lid Dijksma (PvdA) over de uitspraken van de voorzitter van VNO!NCW in het artikel in het Financieel Dagblad van 1 december 2010. De vragen zijn mij op 2 december toegezonden onder het nummer 2010Z18299.
Vragen van het lid Dijksma (PvdA) aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over het bericht dat werkgevers gerichte investeringen in innovatie belangrijker vinden dan belastingverlaging voor het bedrijfsleven (ingezonden 2 december 2010)

1
Kent u het bericht 'Innovatie belangrijker dan verlaging belasting'? Financieel Dagblad, 'Innovatie belangrijker dan verlaging belastingen', 1 december 2010. Antwoord
Ja, ik heb kennisgenomen van dit bericht.

2
Maakt u zich zorgen over het feit dat werkgevers de bezuinigingen op innovatie betitelen al 'hakken om het hakken'? Zo nee, waarom niet?
3
Wat is uw reactie op het feit dat de heer Wientjes bereid is te praten over het niet verlagen van de vennootschapsbelasting zodat niet hoeft te worden gesneden in gericht innovatiebeleid?

4
Deelt u de mening van de heer Wientjes dat gericht innovatiebeleid voor bijvoorbeeld top! en sleutelgebieden beter is voor de kracht van de Nederlandse economie dan een generieke maatregel als het verlagen van de vennootschapsbelasting?
Pagina 2 van 3
Directoraat
generaal
Ondernemen en Innovatie
Directie Innovatie
Ons kenmerk
OI/I / 10184675
Antwoord 2, 3 en 4
Ik waardeer de betrokkenheid van de heer Wientjes zeer. Ik ben dan ook blij dat VNO!NCW bij het verschijnen van het regeerakkoord een positieve reactie heeft afgegeven over het innovatiebeleid. Natuurlijk is het een grote uitdaging om in de huidige budgettaire situatie de juiste keuzes te maken om de concurrentiekracht van het bedrijfsleven maximaal te versterken. Dat het bedrijfsleven hecht aan het innovatiebeleid van EL&I beschouw ik als een blijk van waardering. Bij de vormgeving van het nieuwe beleid maak ik graag gebruik van de meningen en ervaringen van VNO!NCW en andere stakeholders. Op voorhand zie ik echter geen aanleiding om de keuzes ten aanzien de combinatie van een versterkt innovatiebeleid en een lagere vennootschapsbelasting te wijzigen. Het regeerakkoord bevat een weloverwogen mix van maatregelen om de slagkracht van het innovatiebeleid te vergroten. De beschikbare middelen worden zo effectief mogelijk ingezet om groene groei en concurrentiekracht te versterken. Hierbij zijn generieke én gerichte maatregelen van belang. Een excellent ondernemers! en innovatieklimaat staat voorop. Hierbij past een aantrekkelijk fiscaal klimaat, minder regels en een transparant instrumentarium dat bedrijven faciliteert. Daarnaast kiest het kabinet voor een integrale aanpak om economische topgebieden te stimuleren. De grootste winst is dat via langjarige agenda's van bedrijven, kennisinstellingen en overheden het onderzoek van publieke kennisinstellingen beter wordt gericht binnen de topgebieden. Andere maatregelen zijn o.a. de inrichting van een revolverend fonds en de IPCs. Tegenover de stroomlijning van het subsidieinstrumentarium staat een lastenverlichting voor het bedrijfsleven. Deze compensatie zal worden ingevuld via de vennootschapsbelasting en Wet bevordering speur! en ontwikkelingswerk. De vormgeving van de compensatie is onderdeel van het nieuwe bedrijfslevenbeleid, waarvan ik de contouren begin 2011 zal presenteren. Bij de compensatie zal bijzondere aandacht worden gegeven aan de betekenis voor het ondernemings!, R&D! en innovatieklimaat.

5
Bent u bereid met de heer Wientjes in gesprek te gaan over de bereidheid van werkgevers een beperkte verlaging van de vennootschapsbelasting te accepteren in ruil voor lagere bezuinigingen op het innovatiebeleid en de Kamer vóór de stemmingen over de Economische Zaken, Landbouw en Innovatie begroting te informeren over de uitkomst van dit gesprek?
Pagina 3 van 3
Directoraat
generaal
Ondernemen en Innovatie
Directie Innovatie
Ons kenmerk
OI/I / 10184675
Antwoord
De uitwerking van het nieuwe bedrijfslevenbeleid, waaronder het innovatiebeleid, doe ik in nauwe samenwerking met VNO!NCW, kennisinstellingen en andere stakeholders. Begin 2011 stuur ik een brief op hoofdlijnen naar uw Kamer en voor de zomer van 2011 ontvangt u een uitgewerkte brief met de agenda's en actiepunten van de topgebieden.

(w.g.) drs. M.J.M. Verhagen
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie


---- --