Dymphna-retabel terug naar Vlaanderen

09/12/2010 21:00

De Backker Medieval Art

Het bekende retabel over het leven van de Heilige Dymphna dat jarenlang te zien was in het Museum voor Schone Kunsten van Antwerpen ging op 8 december 2010 bij Sotheby's in Londen onder de hamer. Het stuk werd aangekocht door kunsthandelaar Luc De Backker uit Hoogstraten. De veilingprijs bedraagt ongeveer 1,3 miljoen Britse Pond inclusief veilingkosten. Luc De Backker is gespecialiseerd in middeleeuwse kunst. Hij kocht het Dymphna-retabel van Goswin Van der Weyden in opdracht van een Vlaamse kunstverzamelaar die het werk terug naar Vlaanderen brengt.

Wij citeren uit het artikel van Jan Van Hove (DS 20 november) : "In 1505 schilderde Goswin Van der Weyden zeven taferelen uit het leven van de heilige Dymphna voor de abdij van Tongerlo. De Panelen zijn van goede kwaliteit en bleven samen bewaard, wat zeldzaam is. Het altaarstuk werd in 2001 op een veiling in Londen aangekocht door Paul Janssens en zijn vrouw Dora, allebei gepassioneerde verzamelaars. Sinds 2002 werd het retabel als bruikleen geëxposeerd in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen. 'Ik had gehoopt dat het stuk in ons land zou kunnen blijven', zegt Dora Janssen. 'Ik heb ook verscheidene instanties aangesproken, maar kreeg nergens gehoor. Iedereen verwees me door naar iemand anders. Er is nu al een hele tijd geen regering en de economische crisis maakt het niet gemakkelijk om een grote som vrij te maken voor een kunstaankoop. Daarom heb ik beslist het werk te laten veilen.' Goswin Van der Weyden (ca. 1465-1538) was de kleinzoon van de Rogier Van der Weyden, een van de belangrijkste Vlaamse primitieven. Hij probeerde zo getrouw mogelijk de stijl van zijn grootvader te volgen. Goswin voerde talrijke opdrachten uit voor de abdij van Tongerlo. Zijn werk is te zien in verscheidene Belgische musea. Zo bezit het Museum van Schone Kunsten van Antwerpen de Triptiek van abt Antonius Tsgrooten, waarop de passiewerktuigen van Christus te zien zijn. 'De paneeltjes van Goswin Van der Weyden zijn erg mooi', zegt Paul Huvenne, de directeur van het Antwerpse museum. 'Maar we zijn nu volop de renovatie van ons gebouw aan het voorbereiden en kunnen het stuk niet langer exposeren. Het minieme aankoopbudget waarover we de jongste jaren beschikken, gebruiken we niet om nieuwe stukken te verwerven, maar om werken uit onze collectie te restaureren.' De experts van Sotheby's schatten de waarde van de zeven panelen tussen 1,1 en 1,7 miljoen Euro. Voordat ze door Paul en Dora Janssen in Londen gekocht werden, behoorden ze tot een Weense verzameling."

Het altaarstuk werd op 8 december 2010 bij Sotheby's in Londen geveild. Het stuk werd aangekocht door kunsthandelaar Luc De Backker uit Hoogstraten. De veilingprijs bedraagt ongeveer 1,3 miljoen Britse Pond inclusief veilingkosten. Luc De Backker is gespecialiseerd in middeleeuwse kunst. Het Dymphna-retabel van Goswin Van der Weyden werd door hem aangekocht in opdracht van een Vlaamse kunstverzamelaar die het werk terug naar Vlaanderen brengt.

Dit geschilderde retabel bevond zich vanaf 1505 in de Sint-Dymphnakapel van de Norbertijnenabdij in Tongerlo. Het retabel bestaat in geopende toestand uit acht panelen. Vier van de panelen vormen het middenpaneel. De overige twee paren vormen de luiken, die op de buitenzijde zijn voorzien van vier grisaille schilderingen. Van het middenpaneel ging de voorstelling linksonder al voor 1869 verloren.

Voor het Dymphna-altaarstuk omstreeks 1724 ontmanteld werd, bevond zich bij ieder paneel een beschrijving op rijm maar deze gingen in die periode verloren. Eerder in 1658 had de kanunnik van Tongerlo Johannes Ludolphus van Craywinkel de rijmen al op schrift gesteld zodat de tekst bewaard bleef.

De panelen kenden een bewogen geschiedenis. Onder het regime van Napoleon waren ze jarenlang verborgen op een geheime plaats dicht bij de abdij tot ze in 1837 gesignaleerd werden als eigendom van de burgemeester van Geel. Daarna wisselde het werk nog een paar keer van eigenaar tot het in 1930 op de Nederlandse kunstmarkt werd gekocht door de Belgische kunstverzamelaar Baron van der Elst die op dat moment in Wenen werkte en woonde. Het waren zijn erfgenamen die het werk in 2001 via de veiling verkochten aan het echtpaar Dr. Paul Janssen. De wens om dit unieke kunstpatrimonium in Vlaanderen te houden was naar verluidt voor de nieuwe eigenaar de belangrijkste motivatie om dit werk aan te kopen.

Voor eventuele hyperlinks en bijlagen: Zie het origineel