beantwoording vragen van het lid Peters over hulpverlening in
Afghanistan
Kamerbrief inzake beantwoording vragen van het lid Peters over hulpverlening
in Afghanistan
Kamerbrief | 13 december 2010
Geachte Voorzitter,
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Peters over hulpverlening in Afghanistan. Deze
vragen werden ingezonden op 27 oktober 2010 met kenmerk 2010Z15328.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. U. Rosenthal
Antwoorden van de heer Rosenthal, Minister van Buitenlandse Zaken op
vragen van het lid Peters (GroenLinks) over hulpverlening in
Afghanistan.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht `Ontvoerde Nederlander in Afghanistan
leeft nog' van de Volkskrant 1) en het bericht `Afghanistan nu
gevaarlijker dan ooit' van RTLNieuws? 2)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Is al meer bekend over de conditie van de Nederlandse hulpverlener die
in Afghanistan is ontvoerd, en de reddingsmaatregelen die worden
genomen?
Antwoord
Zoals u weet is tot ieders vreugde en opluchting de ontvoering van de
Nederlandse hulpverlener en zijn Afghaanse chauffeur inmiddels
geweldloos geëindigd. De hulpverlener is veilig en zo snel mogelijk
naar Nederland teruggekeerd. In het belang van de veiligheid van alle
betrokkenen kan ik verder geen mededelingen doen over het proces dat
heeft bijgedragen aan zijn vrijlating.
Vraag 3
Wie heeft de leiding over de reddingsmaatregelen?
Antwoord
De werkgever van de ontvoerde hulpverlener had de leiding in het proces
dat heeft geleid tot de vrijlating en werd daarbij ondersteund door de
Afghaanse autoriteiten. Door hun doortastende optreden kon deze zaak
tot een goed einde worden gebracht. Het ministerie van Buitenlandse
Zaken en de ambassade in Kabul hebben ondersteuning gegeven aan de
inspanningen.
Vraag 4
In hoeverre nemen ontvoeringen van hulpverleners de laatste tijd toe in
Afghanistan? Kunt u dit weergeven voor de periode van de afgelopen vier
jaar?
Antwoord
Ontvoeringen vormen een van de veiligheidsrisico's in Afghanistan. Dit
risico treft zowel Afghanen als buitenlanders, inclusief hulpverleners.
Ik kan op basis van de beschikbare informatie niet de conclusie trekken
dat er een trend is die wijst op een toename van ontvoering van
hulpverleners.
Vraag 5
Welk effect verwacht u van het recente verbod van president Karzai op
private buitenlandse beveiligers voor de activiteiten van
internationale hulporganisaties in Afghanistan?
Antwoord
Veel hulporganisaties kiezen er zelf voor geen gebruik te maken van
private beveiligingsbedrijven, omdat zij liever met een meer lokaal en
minder zichtbaar profiel willen opereren. Sommige organisaties zien ook
een meer principieel bezwaar in (gewapende) beveiliging van
ontwikkelingsprojecten. In die zin is het niet zo dat een eventueel
verbod op private beveiligingsbedrijven een probleem zou zijn voor alle
hulpinspanningen, maar voor sommige projecten en organisaties zou een
verbod zeker problemen kunnen opleveren.
Sinds de uitvaardiging van het presidentiële decreet met betrekking tot
private beveiligingsbedrijven wordt er daarom op hoog niveau overleg
gevoerd tussen vertegenwoordigers van de internationale gemeenschap en
de Afghaanse regering, onder andere over de gevolgen voor de
activiteiten van die internationale hulporganisaties die gebruik maken
van private beveiliging.
Inmiddels is er al meer duidelijkheid over de wijze waarop het decreet
geïmplementeerd zal worden. Voor de beveiliging van bestaande
ontwikkelingsprojecten kan gebruik blijven worden gemaakt van legale
private beveiligingsbedrijven voor de duur van het project. Voor nieuwe
projecten zal op termijn gekeken worden naar beveiling door de APPF, de
Afghan Public Protection Force. Over de precieze uitwerking hiervan
bestaan nog vragen aan de kant van de internationale gemeenschap, waar
de komende tijd verder over gesproken zal worden met de Afghaanse
autoriteiten.
1) de Volkskrant, `Ontvoerde Nederlander in Afghanistan leeft nog',
25-10-2010
2) RTL, `Afghanistan nu gevaarlijker dan ooit', 26-10-2010
Ministerie van Buitenlandse Zaken