Waterschap Peel en Maasvallei


Zeldzame Rivierbodemwants rukt op in Limburgse beken

Zeldzame Rivierbodemwants rukt op in Limburgse beken

Waterschap Peel en Maasvallei heeft bij routineonderzoek de Rivierbodemwants aangetroffen in verschillende beken in Noord- en Midden-Limburg. Dit zeldzame waterbeestje is een karakteristieke bewoner van zand- en grindbedden van schone, sneller stromende beken en rivieren. De nieuwe vondsten van de Rivierbodemwants duiden erop dat de waterkwaliteit van de Limburgse beken en de Maas zodanig is verbeterd, dat het dier het kan gebruiken als leefgebied en migratieroute.

wants_200.jpg (40 Kb) Waterschap Peel en Maasvallei trof de Rivierbodemwants aan in de hele Swalm, in de Tungelroysebeek in het Leudal en in de Oostrumschebeek in Geysteren. De Tungelroysebeek mondt via de Neerbeek uit in de Maas, tegenover de monding van de Swalm. Het vrijwel tegelijkertijd uitbreiden van het areaal van de Rivierbodemwants naar deze twee beken, duidt erop dat de verspreiding via de Maas heeft plaatsgevonden. De Maas verbindt veel potentieel geschikte beken en riviertjes in Limburg en is daardoor een zeer belangrijke migratieroute. De nieuwe vondsten van de Rivierbodemwants duiden erop dat de waterkwaliteit van de Maas zodanig is verbeterd, dat het dier het kan gebruiken als leefgebied en migratieroute. Het waterschap verwacht dat de komende jaren een verdere opmars van deze bijzondere soort plaatsvindt. Dat is een goed teken.

De Rivierbodemwants is sterk afhankelijk van een goede zuurstofhuishouding. Door de slechte waterkwaliteit in de laatste eeuw, is de soort vermoedelijk uit veel wateren verdwenen. Er zijn echter weinig gegevens beschikbaar die dat kunnen bevestigen. Uit historische gegevens blijkt dat de Rivierbodemwants een eeuw geleden voorkwam in de Maas. Ondanks dat de waterkwaliteit nu stukken is verbeterd, vond het waterschap de Rivierbodemwants in Noord- en Midden-Limburg tot voor kort alleen in de Niers nabij Gennep. De soort kan zich niet snel verspreiden naar andere geschikte beken en riviertjes, omdat de Rivierbodemwants als volwassen dier vrijwel nooit kan vliegen. Dit in tegenstelling tot veel andere waterbeestjes. Verspreiding naar nieuwe geschikte beken kan dus alleen kruipend over de beekbodem plaatsvinden.

De Rivierbodemwants heeft een gespecialiseerde manier van ademhalen; met waterafstotende haartjes houdt het een zeer dun, permanent laagje lucht vast op het lijf. Met dit laagje lucht wisselt de Rivierbodemwants zuurstof uit met het omringende water. Daarnaast is de Rivierbodemwants erg plat, zodat de sterke stroming minder vat heeft op het dier en het makkelijker kan wegkruipen tussen kiezels. De lange steeksnuit heeft de functie om prooidieren op te sporen tussen de kiezels. De Rivierbodemwants is daarmee een specifiek aan het leven in stromend water aangepast insect.

Persbericht, 15 december 2010
© Waterschap Peel en Maasvallei
|||||||||||||||||| |||||||||||||||||| |||||||||||||||||| |||||||||||||||||| |||||||||||||||||| ||||||||||||||||||