VU medisch centrum
Sneldiagnose kanker: hogere wiskunde in de zorg
20 december 2010
In de zorg draait het om de patiënten. Maar soms is het verstandig een
stap terug te doen van de persoonsgerichte benadering. Juist een
logistieke, procesmatige aanpak kan in het belang van de patiënt
werken. Dat is het geval bij de sneldiagnose van kanker die VUmc
toepast. Het vermindert de onzekerheid gedurende het wachten op
uitslagen bij patiënten.
'Het heet sneldiagnostiek, maar nog
belangrijker dan snelheid is de duidelijkheid', zegt
internist-hematoloog dr. Sonja Zweegman. 'Nu nog moeten veel van onze
patiënten verschillende keren langskomen. Het blijft soms lang onzeker
wat er precies aan de hand is en welke behandeling nodig is. Bij
sneldiagnostiek weten ze vooraf wanneer ze informatie krijgen.
Inmiddels lopen er proefprojecten voor sneldiagnostiek bij zes
oncologische patiëntengroepen. Deze patiënten krijgen, na een gebundeld
bezoek, binnen 48 uur een diagnose- en behandelplan.'
De sneldiagnostiek is gebaseerd op een logistieke en wiskundige blik.
Zweegman: 'Eén van de betrokken verpleegkundigen bij het project
bezocht een seminar over logistiek in de zorg. Daar ontmoette ze Ger
Koole, hoogleraar optimalisatie van bedrijfsprocessen aan de VU. Zijn
vakgebied combineert logistiek met wiskunde. Dat contact legde de kiem
voor onze nieuwe benadering.'
'Een poging een stroomschema te maken van patiënten
en behandelingen leidde tot een wirwar van lijnen'
Bottlenecks
'Artsen stellen de individuele patiënt centraal, in het project
sneldiagnostiek gaan we uit van wat patiënten gemeenschappelijk
hebben', zegt Koole. 'Het gaat om patiënten met veel verschillende
vormen van kanker of het vermoeden daarvan. Ook hun behandeling is zeer
gedifferentieerd.' Een poging een stroomschema te maken van patiënten
en behandelingen leidde tot een wirwar van lijnen. Niet alle patiënten
met dezelfde vorm van kanker krijgen dezelfde behandeling. Zweegman:
'Naarmate onze kennis van kanker toeneemt krijgt de individuele patiënt
steeds meer therapie op maat op basis van een individueel
behandelplan. Dat komt tot stand in multidisciplinair overleg tussen
bijvoorbeeld oncoloog, chirurg, radiotherapeut, patholoog en
radioloog.'
Het project rond sneldiagnostiek begon met het interviewen van al deze
zorgprofessionals om vervolgens met hen gezamenlijk de diagnostiek van
verschillende kankersoorten te inventariseren. Zweegman: 'We zeiden:
"Vertel maar hoe het nu toegaat, wat beter kan en welke technologische
ontwikkelingen de komende vijf jaar belangrijk worden." Dat leverde
veel inzicht op, juist vanwege de multidisciplinaire aanpak. Maar als
artsen bleven we binnen het zorgpad denken: welke verbetering kan er
binnen een specifieke patiëntengroep bereikt worden?
Koole: 'Bestuurskundige Berthe van Gerven van VUmc en ik hebben de
benadering omgedraaid. We namen de gemeenschappelijke benodigde
onderzoeken van patiënten als uitgangspunt en niet deelprocessen of
verschillen. Onderzoeken die bij veel patiënten moeten worden
uitgevoerd zijn bijvoorbeeld pathologisch onderzoek en beeldvormende
onderzoeken, zoals MRI. Beide bleken bottlenecks. Daarop hebben we onze
pijlen voor sneldiagnostiek gericht. De plannen zijn vervolgens weer
aan de professionals voorgelegd.'
'In het project sneldiagnostiek gaan we uit van
wat patiënten gemeenschappelijk hebben'
Postkamer
Kleine wijzigingen maakten zo grote stappen mogelijk. Zweegman neemt de
hematologiepraktijk als voorbeeld: 'Bij bloed- en lymfeklierkanker
treedt VUmc op als topreferent centrum voor veertien ziekenhuizen.
Diagnostiek en weefselonderzoek hebben al in die andere ziekenhuizen
plaatsgevonden. Wij bekijken de uitkomsten opnieuw, mede om te
beoordelen of extra onderzoek nodig is. Zweegman: 'Tot nu toe kwamen
patiënten bij mij op het spreekuur met een - vaak voor mij onleesbare -
cd-rom met gegevens uit eerder onderzoek. Die gegevens moesten dan bij
de radioloog tijdens een aparte afspraak worden besproken.'
In de sneldiagnostiek is het uitgangspunt nu dat beeldvormend onderzoek
en biopten al vóór het consult naar VUmc zijn gestuurd en gereviseerd.
Zweegman: 'Berthe van Gerven inventariseerde de interne route vanaf
postkamer tot microscoop. De betrokken ziekenhuizen werkten gelukkig
mee door de gegevens niet aan de patiënt mee te geven maar vooraf op te
sturen. Voor de meeste patiënten bespaart dit extra ziekenhuisbezoek.'
In tegenstelling tot lymfeklierkanker vindt voor bijvoorbeeld long- en
keelkanker veel diagnostisch onderzoek wel in VUmc plaats. 'Daarvoor is
nu op basis van de ideeën van Koole en Van Gerven capaciteit bij
beeldvormende technieken als PET, CT en MRI gereserveerd', zegt
Zweegman. 'Ook als er na de beeldvormende onderzoeken toch nog
vervolgonderzoek moet plaatsvinden, hoeft de patiënt minder vaak te
komen en is binnen een week bekend hoe de behandeling er uit gaat
zien.'
Sneller duidelijkheid in een healing environment
Een drietal wijzigingen hebben veel impact op de snelheid van het
traject van diagnostiek bij kanker. Zo is bij pathologie een nieuwe,
snellere machine voor bioptvoorbewerking aangeschaft. Koole:
'Pathologisch onderzoek vindt daardoor veel sneller plaats'. Ook wat
betreft MRI-scans is een andere manier van werken ingevoerd. Voor de
MRI-scan bestaan lange wachtlijsten. Koole: 'Op basis van wiskundige
modellen heb ik berekeningen gemaakt van de tijd die moet worden
vrijgehouden voor sneldiagnostisch onderzoek. Of die gereserveerde
ruimte precies aansluit op de behoefte, blijven we in de gaten houden.
We moeten natuurlijk voorkomen dat de MRI niet optimaal gebruikt
wordt.' Een derde verbetering is het vooraf doorlichten van
aangeleverde gegevens uit andere ziekenhuizen. Deze revisie ligt nu
klaar als de patiënt in VUmc komt.
In totaal zal er midden 2011 bij vierentwintig patiëntengroepen van
projecten in sneldiagnostiek sprake zijn. Epicentrum van de
sneldiagnostiek is de nieuwe dakopbouw VUmc CCA diagnose en
behandeling, die op 1 november zijn hoogste punt bereikte. Zweegman:
'Hier zal, in een 'healing environment', bijvoorbeeld een
multidisciplinair spreekuur plaatsvinden. We willen het al bestaande
multidisciplinair overleg namelijk laten vervolgen door een
multidisciplinair spreekuur, waardoor de patiënt in één keer ingelicht
wordt door alle betrokken specialisten.'
Koole: 'De planningsoptimalisatie verbetert zowel de efficiëntie als de
zorg voor de patiënt. Dat geldt niet alleen voor kanker, maar is
algemeen toepasbaar.' Zweegman voegt daar aan toe: 'Voor patiënten
betekenen de nieuwe aanpak en de nieuwe ruimte snelheid, duidelijkheid
en gemak. Heel belangrijk, want ze hebben het al moeilijk genoeg.'
Tekst Leendert van der Ent
bron: Synaps