Enzym ontdekt dat stent-trombose na dotteren veroorzaakt


Doorbraak in vijf-jaar durend onderzoek

NIEUWEGEIN, 20101221 -- Het geneesmiddel clopidogrel (Plavix) voorkomt trombose in de geplaatste stent na een dotterbehandeling. Bij 5% van de mensen treedt ondanks behandeling met clopidogrel toch een stent-trombose op. Promovenda Heleen Bouman (Cardiologie, St Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein) en Dirk Taubert (Farmacologie, Universiteit van Keulen, Duitsland) ontdekten samen met hun collega's Wouter van Werkum, Chris Hackeng en Jurriën ten Berg (St Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein) dat het enzym paraoxonase-1 (PON-1) verantwoordelijk is voor de goede werkzaamheid van clopidogrel. Een opvallend resultaat van een 5-jaar durend onderzoek. De bevindingen rondom het PON-1 enzym zijn deze week in het toonaangevend medisch tijdschrift Nature Medicine gepubliceerd.

* jaarlijks wereldwijd meer dan 3 miljoen dotteroperaties
* bij 5% ontstaat trombose, ondanks medische voorzorgsmaatregelen
* St. Antonius ziekenhuis: doorbraak in 5-jaar durend onderzoek naar oorzaak van deze 5%

Een ernstige vernauwing van de kransslagaders rondom het hart wordt verholpen met een dotterbehandeling. Per jaar ondergaan wereldwijd meer dan 3 miljoen mensen een dotterbehandeling, waarbij meestal een stent (soort kippengaasje) wordt achtergelaten in de kransslagader om deze open te houden. In Nederland gaat het om een totaal aantal van 40.000 mensen per jaar. Meestal verloopt deze procedure ongecompliceerd, maar in 5% van de gevallen ontstaat een bloedstolsel in de geplaatste stent (stent-trombose). Door dit bloedstolsel raakt de kransslagader van het hart plots afgesloten, met als gevolg een hartinfarct en soms zelfs overlijden (1 op de 10 patiënten).

Het geneesmiddel clopidogrel (Plavix) is essentieel in de bescherming tegen stent-trombose. Clopidogrel remt het samenklonteren van bloedplaatjes, en voorkomt zo het ontstaan van een bloedstolsel in de stent. Na plaatsing van een stent gebruiken deze personen gedurende 1 jaar clopidogrel en levenslang aspirine als bescherming tegen stent-trombose. Helaas werkt clopidogrel in sommige van de patiënten onvoldoende. Deze personen hebben een verhoogde kans op stent-trombose. Het is daarom belangrijk te weten hoe het komt dat sommige personen minder goed reageren op clopidogrel dan anderen.

Clopidogrel moet na inname van de tablet eerst worden geactiveerd in het lichaam om werkzaam te zijn. De schrijvers van het artikel onderzochten hoe clopidogrel geactiveerd wordt. Zij ontdekten dat het enzym paraoxonase-1 (PON-1) in het bloed van de patiënt het belangrijkste enzym is dat clopidogrel activeert. Dit is een opmerkelijke vondst omdat voorheen gedacht werd dat enzymen uit de lever verantwoordelijk waren. Personen waarbij PON-1 minder actief is door een genetische variatie, maken minder van de actieve vorm van clopidogrel aan. Daardoor hebben zij een grotere kans op het krijgen van een stent-trombose.
De ontdekking van de genetische afwijking in PON-1 als veroorzaker van de slechte werkzaamheid van clopidogrel is belangrijk. Mogelijk kan vaststellen van deze afwijking helpen om stent-trombose te voorkomen. Bijvoorbeeld door de behandeling van mensen met een genetische afwijking in PON-1 aan te passen.

Sinds afgelopen zomer wordt bij elke patiënt die in het St. Antonius Ziekenhuis een dotterbehandeling ondergaat, getest hoe goed clopidogrel werkt. Op basis van zogenaamde bloedplaatjes-functie-testen wordt beslist of patiënten een ander geneesmiddel nodig hebben. In de toekomst gaat het ziekenhuis bij alle dotterpatiënten bepalen of zij de genetische afwijking in PON-1 dragen.

http://www.antoniushartcentrum.nl





ingezonden persbericht