Rechter verbiedt opleggen tariefkorting aan AWBZ-instellingen
Den Haag, 28 december 2011 - De voorzieningenrechter van de rechtbank
's-Gravenhage heeft vandaag uitspraak gedaan in het kort geding van
ActiZ tegen de Staat over de korting op de maximum tarieven voor
extramurale zorg die de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport in 2011 aan de AWBZ-instellingen wil opleggen.
De rechter verbiedt de Minister en/of de Staatssecretaris de Aanwijzing
van 9 december 2011 inzake de contracteerruimte AWBZ 2011 te
effectueren, voorzover daarin voor het jaar 2011 een korting van 1,7%
in de maximumtarieven extramurale zorg wordt opgelegd aan de
AWBZ-instellingen ten aanzien van de functies persoonlijke verzorging
(PV) en ondersteunende begeleiding (OB).
ActiZ, een brancheorganisatie van zorgaanbieders, had in kort geding
gevorderd de Minister en de Staatssecretaris te verbieden de Aanwijzing
te geven c.q. te effectueren.
De voorzieningenrechter stelt voorop dat de Minister - als orgaan van
de Staat - bij het nemen van maatregelen als deze een grote mate van
(beleids)vrijheid heeft. De voorzieningenrechter dient zich daarom zich
zeer terughoudend op te stellen bij de beoordeling van de
rechtmatigheid van het handelen van de Staat. Bij de beoordeling van
een Aanwijzing past dan ook grote terughoudendheid, die te meer geboden
is in kort geding. Voor ingrijpen van de voorzieningenrechter kan
slechts sprake zijn indien de Aanwijzing onmiskenbaar onrechtmatig
is.
In de gegeven omstandigheden is, ondanks de toe te passen
terughoudendheid, de slotsom dat de Staat onmiskenbaar onrechtmatig
handelt jegens ActiZ door voor wat betreft de functies PV en OB een
tariefkorting van 1,7% toe te passen.
LJ Nummer
BO9038
Zie het origineel
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 28 december 2010
Rechtbank 's-Gravenhage