Nieuw-Vlaamse Alliantie




N-VA-aanbevelingen "commissie-Buizingen": veiligheid verbeteren en verantwoordelijkheid nemen

klok 14 januari 2011

Een integraal en geïntegreerd veiligheidsbeleid en een veiligheidscultuur die gevoed en ondersteund worden vanuit de hoogste managementorganen en waar alle werknemers van doordrongen zijn: dat zijn de aanbevelingen van de N-VA voor het eindverslag van de Kamercommissie die de spoorwegveiligheid onderzocht, naar aanleiding van het dramatische treinongeval in Buizingen.

Dat eindrapport zou eind februari moeten goedgekeurd worden in de plenaire vergadering. De zogenoemde commisie-Buizingen loopt dus op haar laatste benen.

Kamerlid Steven Vandeput van de N-VA, die de commissie gevolgd heeft, benadrukt de nood aan een cultuur van verantwoordelijkheid. "Veertien hoorzittingen, drie werkbezoeken, drieënveertig getuigenissen en meer dan honderddertig nota's, power points, rapporten en brieven later is het mij nog steeds niet duidelijk wie nu verantwoordelijk was voor de ramp in Buizingen", zegt hij. "Dat is al een belangrijke aanwijzing: veiligheid begint met een duidelijke rolverdeling, met toerekenbaarheid en het afleggen van verantwoording."

Rekenschap afleggen In de commissie is vaak gefocust op de technische aspecten, op de budgettering en de evoluties in de veiligheidstechnologie. Maar hoewel technologie een essentieel onderdeel is van de spoorwegveiligheid, kan ze maar kwaliteitsvol zijn in een integraal en geïntegreerd veiligheidsbeleid en in een veiligheidscultuur, gevoed en ondersteund door het management en door alle werknemers.

"Dat is lang niet altijd het geval geweest", aldus Vandeput. "In de commissie is dikwijls herhaald dat er nooit een gebrek aan middelen was, maar dat doelstellingen onrealistisch geformuleerd worden, deadlines verschoven, nieuwe veiligheidsprojecten opgestart wanneer oude nog niet voltooid waren... Altijd waren uitzonderlijke omstandigheden er de oorzaak van dat het niet sneller ging. In feite werd zelden rekenschap afgelegd voor niet gehaalde doelstellingen."

Verantwoordelijkheid nemen De N-VA wil dus niet, zoals een ingenieur, hameren op de technische kant van de zaak: wél op de verantwoordelijkheden. Zo loopt op dit moment nog een discussie tussen Infrabel en de Dienst voor Veiligheid en Interoperabiliteit van het Spoor (DVIS) over de verantwoordelijkheid voor het feit dat eind 2009 tussen Gent en Brussel al TBL1+-bakens geïnstalleerd werden in de plaats van het oude systeem, terwijl de treinen nog niet met het nieuwe systeem uitgerust waren.

Vandeput: "Duizenden reizigers hebben daar de trein genomen met als enige zekerheid een systeem dat dateert uit de jaren dertig. Buizingen kan dus nog elke dag gebeuren. Gelukkig heerst onder de treinbestuurders genoeg professionalisme om dit op te vangen, maar ook hun draagkracht is beperkt."

De structuur verbeteren De N-VA pleit tenslotte voor een breed debat over de structuur van de spoorwegen. Het is voor iedereen duidelijk dat veiligheid niet het enige probleem van de NMBS-groep is. Stiptheid, capaciteit, onderhoud, financiering, personeelsbeleid: in zowat elk kerngebied groeien de problemen elke maand weer.

"In heel Europa is de liberalisering van de spoorwegen gebeurd door een logische opdeling tussen infrastructuur en treinen... Alleen in ons land verliep het op zijn Belgisch, in drie delen: infrastructuur, treinen en personeel. Wie met zo'n structuur, die bovendien hoogst gepolitiseerd is, een veiligheidscultuur wil uitbouwen, is er al op voorhand aan voor de moeite", besluit Steven Vandeput. Auteur(s): Steven Vandeput, Kamerlid Contactinfo:

Annemie Nijs, Communicatieverantwoordelijke Kamerfractie N-VA E-post: annemie nijs n-va be