Nederlandse Vereniging van Journalisten

Tegenvaller voor dagbladjournalisten

vrijdag 28 januari 2011 | De meeste dagbladjournalisten zien op het eerste salarisafschrift van 2011 een tegenvaller. Tot veler verrassing brengen de werkgevers dit jaar weer de verschuldigde Vut-premie bij de werknemers in rekening. Dit is voor de meeste dagbladjournalisten 1,4% van de Vut-grondslag. De NVJ houdt echter vast aan de in het CAO-akkoord gemaakte afspraak dat de restfinanciering voor de VUT onderdeel zal zijn van het CAO-overleg 2011.

Bij de cao-onderhandelingen eind 2009 is voor het jaar 2010 de afspraak gemaakt dat het werknemersdeel van de Vut-premie voor rekening van de werkgevers zou worden gebracht. Partijen verwachtten toen dat Vut-premieheffing in 2011 niet meer nodig zou zijn.

Na de zomer van 2010 werd duidelijk dat er langer premie zou moeten worden betaald. Door de grotere uitstroom van actieve journalisten zijn er minder collega's die meebetalen aan voldoende middelen in het Vut-fonds. Bovendien had uitvoerder GBF enkele missers gemaakt bij de berekeningen.

De verwachting is dat gedurende het eerste halfjaar van 2011 nog Vut-premie moet worden afgedragen. Van de zijde van de NVJ is bij werkgeversorganisatie NDP al bij de onderkenning van het probleem aangedrongen om de inning van de Vut-premie ook in 2011 bij de werkgevers te laten. Het zou veel verwarring kunnen voorkomen. Bij het in 2011 te starten CAO-overleg zou dan definitief een afspraak kunnen worden gemaakt over hoe de partijen de extra Vut-last uiteindelijk zouden verrekenen.

De NDP heeft in december echter - eenzijdig en zonder kennisgeving aan de NVJ - besloten om de 1,4% Vut-premie ingaande 2011 weer bij de dagbladjournalisten te innen. De NVJ houdt echter vast aan de in het CAO-akkoord gemaakte afspraak dat de restfinanciering voor de VUT onderdeel zal zijn van het CAO-overleg 2011. In de komende maanden maakt GBF duidelijk hoe groot de precieze last zal zijn.

Voor oudere dagbladjournalisten geboren vóór 1950 wordt een Vut-premie van 8% afgedragen. Werknemers betalen daarvan 3,2%. Voor de jongere werknemers (vanaf geboortejaar 1950) wordt een Vut-premie betaald van 3,5%. Hiervan wordt 1,4% op het loon ingehouden.

De bestaande Vut-regeling wordt nog voortgezet voor iedereen die vóór 1950 geboren is. De opbouw van prepensioen stopte al op 31 december 2007. Wie vanaf 1950 geboren is, heeft de waarde van het tot 1 januari 2006 opgebouwde prepensioen en de bij CAO afgesproken backservice over achterliggende dienstjaren meegekregen voor ouderdomspensioen.

De NVJ betreurt de verwarring, ontstaan door de handelwijze van de werkgevers. Opmerkelijk genoeg volgt deze op de weigering van enkele dagbladuitgevers om tot een vergelijk te komen over uitbetaling van aan dagbladjournalisten verschuldigde auteursrechtvergoeding, zoals dit tot december 2009 gewoon was conform afspraken in de CAO.

Er komt inmiddels een flinke hypotheek te liggen op de aankomende CAO-onderhandelingen. De vorige liep tot 31 december 2010. Er is behoefte om de onderhandelingen te beginnen, voor meer loon, maar ook om over deze zaken duidelijke afspraken te maken.

Bert de Jong, vice-voorzitter NVJ