Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit

Oordeel postvestigingenbeleid en overkomstduur 2009


* Publicatiedatum 04-02-2011

* Soort Besluiten

* Beslisdatum 14-01-2011

* Briefkenmerk OPTA/AM/2011/200073

TNT Post dient jaarlijks aan OPTA over de uitvoering van het postvestigingenbeleid te rapporteren. OPTA is van oordeel dat TNT Post met de gerapporteerde uitvoering in 2009 voldoet aan de daarvoor geldende wettelijke eisen.

Ook dient TNT Post jaarlijks ten minste gemiddeld 95% van de brieven de eerstvolgende werkdag te bezorgen. TNT Post rapporteerde dat zij in 2009 95,2% van de brieven op tijd bezorgde. OPTA constateert dat dit door TNT Post gerapporteerde cijfer boven de norm van 95% ligt. Op basis van de wettelijk voorgeschreven systematiek, in het bijzonder de te hanteren statistische definities (zie blz. 8 en 9 van OPTA's oordeel), valt echter niet uit te sluiten dat de werkelijke uitkomst hiervan afwijkt. OPTA constateert dat het gemeten percentage van de overkomstduur de afgelopen jaren aan het dalen is. In de rapportage over 2010 zal blijken of deze trend is omgebogen.

Download publicatie (PDF Document - 90.88 KB)

Openbaar
Aangepast oordeel van het College van de Onafhankelijke Post en Telcommunicatie Autoriteit over de uitvoering van de universele dienst door Koninklijke TNT Post B.V. wat betreft de norm voor het postvestigingenbeleid en de kwaliteit van het postvervoer binnen Nederland in het jaar 2009 Ons kenmerk Zaaknummer Datum : OPTA/AM/2011/200073 : 09.0253.01 : 14 JAN. 2011


1

Inleiding


1. Koninklijke TNT Post B.V. (hierna: TNT Post) dient bij de uitvoering van haar postvestigingenbeleid en kwaliteit van de standaard overnight service, als verlener van de universele postdienst, te voldoen aan wettelijke verplichtingen voortvloeiend uit de Postwet 2009 (hierna Postwet), het Postbesluit 2009 (hierna: Postbesluit) en de Postregeling 2009 (hierna: Postregeling). TNT Post dient de jaarlijkse rapportage op grond van artikel 9 van de Postregeling voor 1 juni aan het college te verstrekken. In april 2009 is dit nieuw regelgevend kader tot stand gebracht. Hiermee vervalt het oude kader van onder andere het Besluit algemene richtlijnen post (hierna: Barp). 2. Het college heeft op grond van de Postwet tot taak om toezicht te houden op de uitvoering van de bepalingen in de Postwet, Postregeling en het Postbesluit. Het college beoordeelt of TNT Post voldoet aan de normen betreffende de kwaliteit van het postvervoer binnen Nederland en de uitvoering van het postvestigingenbeleid op grond van de rapportages van TNT Post. 3. Het oordeel is als volgt opgebouwd. Hieronder wordt eerst de gevolgde procedure beschreven. Vervolgens wordt per eis opgenomen wat TNT Post over de uitvoering hiervan heeft gerapporteerd en wat de bevindingen zijn van het college op het betreffende punt. Tot slot worden de conclusie en het eindoordeel van het college gegeven.


2

Gevolgde procedure

1

4. Bij brief van 26 mei 2010 heeft TNT Post aan het college gerapporteerd over de uitvoering van het postvestigingenbeleid en de kwaliteit van de standard overnight service over het jaar 2009 . 5. De postvestigingenrapportage bestaat uit twee onderdelen: ,,Postvestigingenbeleid, overzicht van de uitvoering in 2009 (hierna: samenvatting) en ,,Appendix, postvestigingenbeleid, overzicht van de uitvoering in 2009 (hierna: appendix). In de samenvatting geeft TNT Post een overzicht van de uitvoering in 2009 met betrekking tot de wettelijke normen uit de Postwet en Postregeling. In de appendix geeft TNT Post de kwantitatieve gegevens over postvestigingen en tevens is in deze appendix een accountantsverklaring opgenomen, die verklaart dat de in de appendix opgenomen kwantitatieve gegevens op basis van de relevante grondslagen juist en volledig zijn en dat de inhoudelijke omschrijvingen van de betreffende hoofdstukken aansluiten op hetgeen volgens de


1

Brief van TNT Post d.d. 26 mei 2010 met kenmerk 10/PA/U/016.


1

Openbaar
wetgeving aan informatie verstrekt dient te worden. Daarnaast heeft TNT Post de informatie uit de appendix ook digitaal aan het college ter beschikking gesteld. 6. Bij de rapportage ,,Kwaliteit overnight service brieven 2009 heeft TNT Post tevens een cd-rom meegeleverd met de algehele uitkomsten van de onderzoeken inzake de overkomstduur post die door het betrokken onderzoeksbureau in 2009 zijn uitgevoerd. 7. Vervolgens is per email en telefonisch op 30 augustus 2010 door het college een aantal vragen aan TNT Post gesteld over het kwaliteitscijfer. Een deel van de vragen is per email op 31 augustus 2010 en 10 september 2010 beantwoord en het resterende deel per brief op 17 september 2010. Dit laatste deel betrof een gecorrigeerde tabel van TNT Post over de kwaliteitsrapportage. 8. Het college heeft vervolgens bij brief van 22 december 2010 zijn oordeel aan TNT Post verstuurd. TNT Post heeft in reactie daarop bij brief van 29 december 2010 aangegeven het inhoudelijk niet eens te zijn met het oordeel en van mening te zijn dat dit op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen. TNT Post maakt dan ook bezwaar tegen openbaarmaking van het oordeel van het college. Naar aanleiding hiervan acht het college het gepast om zijn oordeel opnieuw vast te stellen en daarbij rekening te houden met de zienswijze TNT Post. 9. Het college heeft de rapportages getoetst aan de eisen van de Postwet en de Postregeling. Het college heeft de rapportage van TNT Post tevens getoetst aan de hand van de rapportage-eisen en rapportageprofielen van het college. Deze zijn geactualiseerd naar aanleiding van de nieuwe Postwet.
2


3

Bevindingen

Het college zal per onderdeel nagaan of TNT Post, op grond van de rapportage voldoet aan de in de Postwet of Postregeling genoemde normen.

3.1

Het net van dienstverleningspunten

Artikel 16 lid 7 Postwet De verlener van de universele postdienst zorgt ervoor dat het net van dienstverleningspunten voor het aanbieden van postzendingen en voor het verrichten van andere met het postvervoer samenhangende handelingen ten minste 2000 dienstverleningspunten omvat, waarvan ten minste 902 met een volledig assortiment aan diensten. Rapportage-eis TNT Post neemt het volgende in haar jaarlijkse rapportage op: het adres en de plaats van de dienstverleningspunten in Nederland, waarbij per dienstverleningspunt aangegeven wordt welk assortiment geboden wordt. Indien het assortiment afwijkt van hetgeen conform artikel 4 Postregeling aangeboden zou moeten worden, wordt per betreffende vestiging vermeld welke delen van het assortiment afwijken. Tevens wordt het aantal dienstverleningspunten, uitgesplitst naar soort, per kwartaal inzichtelijk gemaakt. TNT Post maakt hierbij onderscheid tussen de dienstverleningspunten met een volledig of een nagenoeg volledig assortiment van diensten.


2

Brief van TNT Post d.d. 29 december 2010 met kenmerk 10/PA/U/080.


2

Openbaar

3.1.1 Rapportage TNT Post Kwartaal 1 1092

4

Aantal dienstverleningspunten met contractueel overeengekomen assortiment in 2009: Assortiment VPA
3

Kwartaal 2 1095 986 2081

Kwartaal 3 1091 1010 2101

Kwartaal 4 1104 1040 2144

NVPA

968 2060

Totaal

Aantal dienstverleningspunten met gevoerde assortiment in 2009: Assortiment VPA NVPA Totaal Kwartaal 1 1092 961 2053 Kwartaal 2 1095 979 2074 Kwartaal 3 1091 1004 2095 Kwartaal 4 1104 1035 2139

10. In tabel 2 van de appendix vermeldt TNT Post het aantal vestigingen per kwartaal uitgesplitst naar formuletype en contractueel overeengekomen assortiment. In tabel 2a van de appendix heeft TNT Post met toepassing van een correctiefactor het aantal vestigingen op basis van gevoerde assortiment gerapporteerd. In tabel 1 van de appendix vermeldt TNT Post de volledige lijst van dienstverleningspunten met, indien van toepassing, de assortimentsafwijkingen per vestiging. TNT Post geeft aan dat er geen additionele en vervangende uitreikvestigingen nodig zijn door het opheffen van de postkantoren en de uitbreiding van het netwerk. 3.1.2 Oordeel college

11. Op grond van artikel 9 van de Postregeling dient TNT Post de aantallen dienstverleningspunten, uitgesplitst naar soort, aan het einde van elk kwartaal te rapporteren. TNT Post heeft zowel het aantal vestigingen per kwartaal op basis van contractueel overeengekomen assortiment als het aantal vestigingen per kwartaal op basis van gevoerde assortiment in de rapportages opgenomen. Er is een verschil tussen contractueel overeengekomen assortiment en het daadwerkelijk gevoerde assortiment. Er zijn bijvoorbeeld vestigingen die contractueel verplicht zijn om zendingen zonder aanvullende diensten aan te bieden, maar die daar in de praktijk geen uitvoering aan geven. Om het laatste te kunnen vaststellen dient de accountant van TNT Post per kwartaal een controle te laten uitvoeren of op alle vestigingen het desbetreffende assortiment daadwerkelijk is gevoerd. Dit is tijdrovend en kostbaar voor TNT Post. Daarom gebeurt deze controle jaarlijks en wordt door middel van een correctiefactor het aantal betrokken vestigingen per kwartaal geschat. In zijn brief van 25 februari 2005 met kenmerk OPTA/EGM/2005/200354 heeft het college de voorgestelde werkwijze - met toepassing van een vastgestelde correctiefactor ­ van TNT Post geaccepteerd. 12. Op grond van artikel 16 lid 7 van de Postwet dient het net van dienstverleningspunten voor het aanbieden van postzendingen en voor het verrichten van andere met het postvervoer samenhangende handelingen ten minste 2000 dienstverleningspunten te omvatten met ten minste 902 dienstverleningspunten met volledig assortiment van diensten. Het college stelt vast dat TNT Post in ieder kwartaal in 2009 aan deze eisen voldoet. Het college verzocht TNT Post om bij de rapportage over 2009 aanvullend aan te geven in welk kwartaal de betreffende bedrijfsbeëindigingen hebben

3 4

Volledig Post Assortiment. Nagenoeg Volledig Post Assortiment.

3

Openbaar
plaatsgevonden en wat de reden was. TNT Post heeft in een email van 28 mei 2010 aangegeven dat er 1 tijdelijke en 82 overige sluitingen waren. Zij kon de reden van de sluitingen niet aangeven, maar vermeldt dat op basis van de bij TNT Post bekende gegevens het geschetste verloop niet afwijkt van wat bij andere retailvestigingen gebruikelijk is en dat het goed lukt, zoals blijkt uit de rapportage, om het netwerk van postvestigingen op peil te houden en waar nodig uit te breiden. Het college merkt wel op dat het aantal overige sluitingen t.o.v. vorig jaar is gestegen van 55 naar 82.

3.2

Spreiding van de dienstverleningspunten

Artikel 16 lid 7 Postwet Bovendien zorgt de verlener van de universele postdienst ervoor dat dit net voldoet aan de volgende spreidingsmaatstaven: a. de spreiding over Nederland van dienstverleningspunten met een volledig assortiment van diensten resulteert in een beschikbaarheid van een volledig assortiment van diensten binnen een straal van vijf kilometer voor ten minste 95% van de inwoners; b. de spreiding van dienstverleningspunten met een volledig assortiment van diensten buiten woonkernen met meer dan 5000 inwoners resulteert in een beschikbaarheid van een volledig assortiment van diensten binnen een straal van 5 kilometer voor ten minste 85% van de betrokken inwoners. Rapportage-eis: TNT Post toont aan dat de spreiding over heel Nederland van dienstverleningspunten met een volledig assortiment van diensten resulteert in een beschikbaarheid van deze diensten binnen een straal van vijf kilometer voor ten minste 95% van de inwoners. Voor dat deel van Nederland buiten woonkernen met meer dan 5000 inwoners resulteert de spreiding in een beschikbaarheid van een volledig assortiment van diensten binnen een straal van vijf kilometer voor ten minste 85% van de betrokken inwoners.


4

Openbaar
3.2.1 Rapportage TNT Post 99,1%

Percentage van de inwoners in heel Nederland binnen een straal van 5 km van een VPA vestiging. Percentage van inwoners buiten woonkernen met meer dan 5.000 inwoners binnen een straal van 5 km van een VPA vestiging.

94,4%

13. In tabel 3 van de appendix vermeldt TNT Post de woonplaatsen met meer dan 5000 inwoners en het aantal inwoners dat binnen een straal van 5 kilometer van een vestiging met een volledig assortiment valt. 14. In tabel 3 van de appendix vermeldt TNT Post de woonplaatsen met minder dan 5000 inwoners en het aantal inwoners dat binnen een straal van 5 kilometer van een vestiging met volledig assortiment valt. In tabel 8 van de appendix wordt de afdekking grafisch weergegeven en geeft TNT Post aan dat in 2009 de afdekking door vestigingen met een volledig assortiment in heel Nederland 99,1% bedraagt en dat dit dekkingspercentage in dunbevolkte gebieden 94,4% is. 3.2.2 Oordeel college

15. Het college stelt vast dat TNT Post met de gerapporteerde dekkingspercentages in 2009 van 99,1% voldoet aan de norm van 95% uit artikel 16 lid 7 sub a van de Postwet. 16. Om te kunnen beoordelen of TNT Post met het door haar gerapporteerde dekkingspercentage voor dunbevolkte gebieden aan de 85%-norm uit de Postwet voldoet, heeft het college bepaald wat het dekkingspercentage is als de verplichting uit de Postwet wordt gevolgd. Dit dekkingspercentage wordt bepaald door in de berekening naast de inwoners van woonplaatsen met minder dan 5000 inwoners ook de inwoners van woonplaatsen met meer dan 5000 inwoners, die buiten een straal van 5 kilometer van een vestiging met volledig assortiment vallen, te betrekken. Op deze wijze wordt het inwonertal meegenomen dat in de rapportage van TNT Post niet is afgedekt. Wanneer op deze wijze het dekkingspercentage voor de spreiding berekend wordt, levert dit een dekking van 94,1 % op. Dit dekkingspercentage ligt ruimschoots boven de norm van 85%. Het college stelt dus vast dat TNT Post voldoet aan de norm van 85% bedoeld in artikel 16 lid 7, sub b van de Postwet.

3.3

Sluiting van dienstverleningspunten

Artikel 4 lid 3 Postregeling De verlener van de universele postdienst kan een dienstverleningspunt in een woonkern met minder dan 5000 inwoners zonder winkelgebied sluiten indien: a. de sluiting het gevolg is van opzegging of bedrijfsbeëindiging door de ondernemer met wie de verlener van de universele postdienst een overeenkomst tot exploitatie van een dienstverleningspunt heeft gesloten of b. voor de inwoners van de woonkern binnen een straal van vijf kilometer een ander dienstverleningspunt is met een volledig of nagenoeg volledig assortiment van diensten en de omzet in zegelwaarden van het te sluiten dienstverleningspunt minder is dan 11.500 per jaar.


5

Openbaar
Rapportage-eis TNT Post neemt het volgende in haar jaarlijkse rapportage op: welke dienstverleningspunten (adres en plaats) in welke woonkernen (naam) met minder dan 5000 inwoners zijn gesloten, waarbij aangetoond wordt dat in geval van actieve sluitingen (op initiatief van TNT Post) is voldaan aan artikel 4 lid 3 sub b van de Postregeling. In het geval van passieve sluitingen (niet op initiatief van TNT Post) wordt gerapporteerd op welke wijze is voorzien in een alternatief. 3.3.1 Rapportage TNT Post

17. In tabel 4 in de appendix vermeldt TNT Post een lijst van de gesloten vestigingen in een woonplaats van minder dan 5000 inwoners en de naam van en afstand tot de dichtstbijzijnde vestiging. Het betreft 19 passieve sluitingen. In al deze gevallen is er een dienstverleningspunt binnen een straal van vijf kilometer beschikbaar. 18. Over deze vestingen heeft het college op 30 augustus 2010 telefonisch een aantal vragen gesteld. TNT Post heeft vervolgens per email van 31 augustus 2010 in tabelvorm bij gesloten vestigingen aangegeven waar de dichtstbijzijnde vestiging is. 3.3.2 Oordeel college

19. Het college stelt vast dat de eis dat er bij sluiting voor de bewoners van de woonkern een ander dienstverleningspunt dient te zijn binnen een straal van vijf kilometer, alleen geldt indien er geen sprake is van een bedrijfsbeëindiging door de ondernemer. In alle door TNT Post gerapporteerde sluitingen, geeft TNT Post aan dat hierbij sprake is van een passieve sluiting, dus als gevolg van een bedrijfsbeëindiging door de ondernemer. Verder is bij deze sluitingen een dienstverleningspunt binnen een straal van vijf kilometer beschikbaar. Het college stelt derhalve vast dat TNT Post, volgens haar rapportage, voor alle sluitingen in 2009 aan de Postwet voldoet, maar merkt wel op dat 19 sluitingen relatief veel is. 20. Het college verwacht dat in woonkernen met minder dan 5000 inwoners zon postvestiging een belangrijk onderdeel van de kern voor haar bewoners is. Het sluiten van een vestiging zal ervoor zorgen dat het dienstniveau in deze kernen zal afnemen. Het college verzoekt TNT Post de gegevens over de dichtstbijzijnde vestiging bij een passief gesloten vestiging in de volgende rapportages ook op te leveren . 6 5

3.4

Het assortiment van diensten van de vestigingen

Artikel 4 lid 1 Postregeling Een volledig assortiment van diensten als bedoeld in artikel 16, zevende lid, van de wet, bevat de diensten en activiteiten die zijn opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 1. Artikel 4 lid 2 Postregeling Een nagenoeg volledig assortiment van diensten bevat de diensten en activiteiten die zijn opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

5

In het op 29 december 2010 verzonden oordeel stond nog abusievelijk dat er met betrekking tot de gesloten vestigingen geen

dienstverleningspunt binnen een straal van 5 km beschikbaar was.
6

TNT Post heeft in haar brief van 29 december 2010 aangegeven hieraan te zullen voldoen.

6

Openbaar

Rapportage-eis TNT Post neemt het volgende in haar jaarlijkse rapportage op: het adres en de plaats van de dienstverleningspunten in Nederland, waarbij per dienstverleningspunt aangegeven wordt welk assortiment geboden wordt. Indien het assortiment afwijkt van hetgeen conform artikel 4 Postregeling aangeboden zou moeten worden, wordt per betreffende vestiging vermeld welke delen van het assortiment afwijken. Tevens wordt het aantal dienstverleningspunten, uitgesplitst naar soort, per kwartaal inzichtelijk gemaakt. TNT Post maakt hierbij onderscheid tussen de dienstverleningspunten met een volledig of een nagenoeg volledig assortiment van diensten. 3.4.1 Rapportage TNT Post

21. In tabel 1 van de appendix vermeldt TNT Post de volledige lijst van dienstverleningspunten met de afwijkingen per vestiging en de verklaring van de afwijking. In de transponeringstabel in de appendix vermeldt TNT Post de diensten en activiteiten van een volledig post assortiment en van een nagenoeg volledig post assortiment. 3.4.2 Oordeel college

22. Het college merkt op dat TNT Post geen gebruik meer hoeft te maken van additionele of vervangende uitreiklocaties. TNT Post geeft aan dat in alle gevallen een VPA het volledige assortiment heeft. Voor een NVPA is dit voor 5 gevallen niet het geval. Het college stelt vast dat TNT Post zo aan de eisen voldoet.

3.5

Kwaliteit van het Postvervoer

Artikel 16 lid 6 Postwet Een verlener van de universele postdienst zorgt ervoor dat de brieven, die overeenkomstig de daartoe gestelde voorwaarden aan hem worden aangeboden voor postvervoer binnen Nederland met de standaard overnight service, per kalenderjaar in ten minste gemiddeld 95% van de gevallen worden besteld op de dag, niet zijnde een zon- of officiële feestdag, volgend op de dag van aanbieding. Rapportage-eis TNT Post dient, op grond van artikel 10 van de Postregeling, jaarlijks voor 1 juni over de kwaliteit van het postvervoer binnen Nederland van brieven met de standard overnight service te rapporteren. TNT Post dient hierbij het volgende op te geven: a. b. c. de algehele uitkomsten van de meting; een toelichting bij de uitkomsten; een nauwkeurige omschrijving van de door de instelling toegepaste meetsystematiek.

Voor deze meting moet TNT Post maandelijks metingen laten uitvoeren door een onafhankelijke en deskundige instelling. 3.5.1 Rapportage TNT Post

23. TNT Post heeft verschillende jaarkwaliteitscijfers over 2009 gerapporteerd. TNT Post heeft ten eerste het cijfer voor brieven tegen het enkelstukstarief (standaard overnight service) gerapporteerd. Dit is het cijfer dat van belang is voor de nieuwe Postwet.


7

Openbaar
24. Verder heeft TNT Post het cijfer voor partijenpost tot 50 gram alsmede het gewogen gemiddelde van beide gerapporteerd en heeft in de rapportage haar meetsystematiek uitgewerkt. Kwaliteitscijfer enkelstuks 95,2 % Kwaliteitscijfer partijenpost 97,1% Kwaliteitscijfer gewogen 96,4%

25. TNT Post heeft over 2009, zoals in de tabel staat vermeld, een kwaliteitscijfer van 95,2% gerapporteerd voor brieven tegen het enkelstukstarief. TNT Post geeft aan dat het 95%betrouwbaarheidsinterval tussen de 94,9% en 95,4% ligt. Dit wil zeggen dat met 95% zekerheid het jaarkwaliteitscijfer in het interval ligt. Dit is in lijn met de Europese norm (EN 13850). 26. In het oordeel van 2004 heeft het college de meetsystematiek als deugdelijk beoordeeld. Het college heeft geconstateerd dat TNT Post in 2009 dezelfde meetsystematiek heeft gehanteerd. Voor de beoordeling van de meetsystematiek in 2009 baseert het college zich op zijn oordeel over 2004. Het college wijst er met nadruk op dat dit niet zonder meer hoeft te impliceren dat deze meetsystematiek ook in toekomstige rapportages als deugdelijk zal zijn te beschouwen. 3.5.2 Oordeel college

27. In het oordeel van het college zal hij uitgaan van de nieuwe wetgeving die per 1 april 2009 geldt. Dit houdt in dat het college de rapportage van TNT Post zal beoordelen voor zover de rapportage gaat over de standard overnight service (brieven tegen enkelstukstarief). Ten aanzien van de bedrijvenpost in het eerste kwartaal van 2009 stelt het college wel vast dat TNT Post voldoet aan de op dat moment geldende norm. Het college zal in het vervolg de bedrijvenpost niet in zijn oordeel meenemen. Verder zal het college het cijfer, zoals TNT Post heeft opgegeven, over het hele jaar beoordelen. 28. Het college concludeert dat op basis van de rapportage niet met zekerheid kan worden gesteld dat TNT Post voldoet aan de in de Postwet opgenomen wettelijke norm voor de overkomstduur van brieven van ten minste 95%. TNT Post heeft in haar brief van 29 december 2010 gesteld dat deze conclusie van het college feitelijk onjuist is. Zij is van mening dat het college bij zijn beoordeling het door TNT Post gerapporteerde gewogen cijfer van 95,2 % als onomstreden uitgangspunt dient te nemen en dat op basis hiervan TNT Post aan de norm voldoet. Het college zal bij de hierna te noemen gronden voor zijn conclusie daarom ook ingaan op de mening van TNT Post. 29. Ten eerste komt het ongewogen gemiddelde van de metingen uit op 94,8%. Dit is het gemiddelde van de daadwerkelijke meting, zonder een extra weging naar bijvoorbeeld de verzenddag. Dit gemiddelde ligt onder de norm van 95%. TNT Post geeft aan dat het college geen uitleg geeft omtrent hoe hij tot dit cijfer is gekomen. Verder geeft zij aan dat het noodzakelijk is wegingen en herwegingen uit te voeren en dat deze systematiek al eerder met het college is besproken. Het college bestrijdt niet dat de metingen gewogen dienen te worden. Het college wijst er daarentegen wel op dat het ongewogen cijfer, zoals dat op basis van de door TNT Post aan het college geleverde tabel kan worden berekend (door toepassing van de formule DBAANTAL in het geleverde Excel-bestand), één van de indicatoren is, die het college tot de conclusie brengen dat niet met zekerheid kan worden gesteld dat de norm gehaald is.
8

Openbaar
30. Ten tweede ligt de ondergrens van het 95%-betrouwbaarheidsinterval onder de norm van 95%. Dit betekent dat niet met 95% zekerheid kan worden gesteld dat de norm daadwerkelijk gehaald wordt. Ook deze conclusie van het college acht TNT Post onjuist en onzorgvuldig en in strijd met de eerder door het college gevolgde benadering. TNT Post geeft daarbij aan dat het in de statistiek algemeen gebruik is dat een berekend gemiddelde cijfer als beste benadering van de werkelijkheid wordt beschouwd en dat dit al eerder aan het college is gecorrespondeerd. Het college deelt de mening van TNT Post dat het gebruikelijk is het gemiddelde als uitgangspunt te nemen. Het college wijst er evenwel op dat het in de statistiek juist ook gebruikelijk is om bij het meten, zoals in dit geval ook de EN-norm vereist, een 95%-betrouwbaarheidsinterval te berekenen. Hierdoor kan worden bepaald in welke mate het genoemde gemiddelde de werkelijkheid evenaart. Indien er zeer weinig metingen worden verricht zal dit interval groter worden (de zekerheid is kleiner). Als daarentegen zeer veel metingen worden verricht zal het interval kleiner zijn. Door meer metingen te verrichten kan TNT Post de zekerheid vergroten, maar dit brengt uiteraard wel hogere kosten met zich mee. Het college heeft het interval op basis van de gerapporteerde metingen beoordeeld en komt daarom tot de conclusie dat niet met voldoende zekerheid (in het geval van dit interval met 95% zekerheid) kan worden vastgesteld dat TNT Post aan de norm voldoet. Voor zover dat in dit verband al relevant zou zijn, valt niet in te zien waarom hier sprake zou zijn van strijdigheid met eerder door het college gevolgde benaderingen. 31. Verder heeft het college TNT Post in zijn vorige oordeel verzocht, om een uitsplitsing te geven naar bezorgdagen naast de gebruikelijke uitsplitsing, zodat het college een beter beeld kan krijgen van de overkomstduur cijfers. Het college kan de stap die TNT Post maakt van de meting naar een gewogen kwaliteitscijfer echter niet zelf maken. Hij beschikt namelijk niet over de wegingsinformatie. TNT Post heeft niet aan dit verzoek voldaan . TNT Post geeft in de brief van 29 december 2010 aan dat het college wel degelijk beschikt over het bronbestand waarin ook de uitsplitsing naar kwaliteit van bezorgdagen is opgenomen. Het college constateert echter dat dit bronbestand niet de weging naar de bezorgdagen bevat en dat hij daardoor dus niet de beoogde gewogen uitsplitsing kan maken. 32. Het college wijst er verder op dat het kwaliteitscijfer van brieven met de standard overnight service (brieven tegen enkelstukstarief) de afgelopen jaren gedaald is. In 2007, 2008 en 2009 zijn deze percentages respectievelijk 95,6%, 95,5% en 95,2%. Het college vraagt ook aandacht voor deze dalende trend. 7

4

Eindoordeel

33. Het college is van oordeel dat TNT Post met haar uitvoering van het postvestigingenbeleid over 2009 voldoet aan de eisen van de Postwet en de Postregeling. Het college merkt hierbij op dat in relatief veel gevallen (19) sluitingen, op initiatief van de betreffende ondernemer, hebben plaatsgevonden in woonkernen met minder dan 5000 inwoners. Het college verwacht dat in dergelijke woonkernen zon postvestiging een belangrijk onderdeel van de kern voor haar bewoners is. Het sluiten van een vestiging zal ervoor zorgen dat het dienstniveau in deze kernen zal afnemen. Het

7

TNT Post stelt per mail van 10 september 2010: "Ten aanzien van de uitsplitsing naar bezorgdag waar het college in zijn brief

van 12 januari jl. (ref. OPTA/AM/2009/202277) om verzoekt, verwijs ik naar de correspondentie die eerder hierover tussen het college en TNT Post gevoerd is in 2006 (over rapportagejaar 2005). Sindsdien leveren we elk jaar met de rapportage alle Intomart gegevens in de met het college overeengekomen format op cd-rom mee. Deze bevat ook bezorgdag informatie." 9

Openbaar
college verzoekt TNT Post in volgende rapportages ook de gegevens over de dichtstbijzijnde vestiging bij een passief gesloten vestiging op te leveren. 34. Het college is verder van oordeel dat op grond van de rapportage thans niet met zekerheid kan worden gesteld dat TNT Post voldoet aan de in de Postwet opgenomen wettelijke norm voor de overkomstduur van brieven van ten minste 95% . Zo komt het ongewogen gemiddelde van de metingen uit op 94,8% . Bovendien ligt de ondergrens van het 95%-betrouwbaarheidsinterval onder de norm van 95%. Verder wijst het college erop dat het kwaliteitscijfer de afgelopen jaren steeds is gedaald. Of dit oordeel aanleiding moet geven om handhavend op te treden, zal het college mede laten afhangen van de resultaten van het thans nog lopende onderzoek naar de postbezorging door TNT Post. Over het aan dit onderzoek te geven vervolg is TNT Post inmiddels bij afzonderlijke brief door het college geïnformeerd. 35. TNT Post acht de koppeling die het college legt tussen dit oordeel en het onderzoek naar de postbezorging onjuist en onzorgvuldig. TNT Post wijst er daarbij op dat het bedoelde onderzoek geen betrekking kan hebben op het oordeel van het college over 2009 en dat het door TNT Post voldoen aan de wettelijke norm voor de overkomstduur is getoetst door een onafhankelijke en deskundige instelling, over wiens rapport voorts een accountantsverklaring is afgegeven. TNT Post gaat daarbij echter uit van een onjuiste lezing van het oordeel van het college. Het college heeft daarin niet het al dan niet door TNT Post voldoen aan de wettelijke kwaliteitsnorm over 2009 afhankelijk gesteld van het onderzoek naar de postbezorging, maar juist beantwoording van de vraag of zijn oordeel aanleiding geeft tot handhavend optreden. Dat het onderzoek naar de postbezorging niet ziet op 2009 staat daaraan in het geheel niet in de weg. TNT Post miskent met haar stellingname voorts dat het niet aan de instelling die de metingen verricht of de betrokken accountant is om vast te stellen of TNT Post aan de wettelijke eisen voldoet, maar dat deze taak door de wetgever aan het college is opgedragen. 9 8

Hoogachtend, HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT, namens het college, Hoofd afdeling Markten

(w.g.) drs. D.I. Bos

8 9

TNT Post heeft bezwaren tegen dit oordeel, zoals genoemd in paragraaf 3.5.2. Dit is het gemiddelde van de daadwerkelijke meting, zonder een extra weging naar bijvoorbeeld de verzenddag.

10

11