Gemeente Amsterdam


3 maart 2011

Dit is een gezamenlijk persbericht van de Amsterdamse Driehoek

Start aanpak Top 600

Per 1 maart is de aanpak gestart van de zogenaamde Top 600. Dit zijn de 600 personen, voor een groot deel jongens tussen de 18 en 24 jaar, die verantwoordelijk zijn voor een grote hoeveelheid ernstige misdrijven in de stad. De politie komt vaak dezelfde daders tegen. Veel organisaties houden zich om de beurt met deze jongens bezig. Het resultaat valt tegen, straf of hulpverlening lijken voor deze groep niet te helpen. De ouders van deze jongens hebben nauwelijks invloed op hen. Ze hebben vaak psychische problemen of zijn verslaafd aan drank of drugs. Samen met betrokken partners uit zorg- en jeugdinstellingen, de Reclassering en anderen gaan bestuur, politie en Openbaar Ministerie (OM) deze groep aanpakken. Tegen crimineel gedrag van deze jongeren wordt consequent, snel en streng opgetreden. Samengevat komt de aanpak op het volgende neer: de daders moeten van de straat en blijven permanent onder de aandacht van de betrokken instanties totdat zij een leven zonder criminaliteit leid en. Daarnaast is de aanpak gericht op de jongere broertjes om te voorkomen dat zij het slechte voorbeeld volgen. Binnen twee jaar moeten we van alle 600 namen op de lijst weten wie ze zijn, wat ze doen en worden ze door alle betrokken instanties persoonsgericht aangepakt. Ook is er aandacht voor de gezinnen waaruit deze jongens komen. Hoewel het aantal misdrijven in de stad daalt worden zij wel ernstiger, gewelddadiger en gaat het steeds vaker om jonge daders. Voor geweldsmisdrijven (mishandeling, bedreiging en openlijk geweld) worden jaarlijks tussen de 2500 en 3000 verschillende jeugdige verdachten aangehouden. Bij straatroven gaat het om ruim 500 jeugdige daders per jaar. Jeugdige verdachten zijn jaarlijks bij circa 170 geweldmisdrijven met een vuurwapen betrokken. Daders van de straat Om de daders aan te pakken worden er 250 extra politiemensen, waarvan de meerderheid rechercheurs, vrijgemaakt en een speciaal opgericht team van het OM ingezet op de groep van 600 gewelddadige c riminelen. Als een van de Top 600 gepakt wordt, wordt hij sneller strafrechtelijk aangepakt en zal hij zijn straf ook sneller uitzitten of uitvoeren.. We beginnen met de criminelen van de lijst die al een veroordeling hebben maar deze nog niet hebben uitgezeten. Zij moeten in 2011 van de straat. De opsporing en het toezicht wordt gericht op het oppakken en verstoren van deze gewelddadige criminelen. Ook gemeentelijk toezicht richt zich op deze groep onder andere met hulp van de Belastingdienst en DWI. Er wordt met voorrang gecontroleerd of ze bijvoorbeeld onterecht een uitkering of andere toelage krijgen, een belastingschuld hebben en of zij wonen op het adres waar zij staan ingeschreven. Als het nodig is worden groepverboden, gebiedsverboden en meldingsplicht toegepast op deze groep. Deze aanpak kost veel capaciteit en betekent dat we sommige zaken moeten laten om deze zaken met voorrang op te pakken. Het betekent bijvoorbeeld dat we kritisch moeten kijken naar de openingstijden van een aantal politiebureaus en naar de politie inzet bij evenementen in de stad. Daarover spreekt de burgemeester binnenkort met de Raadscommissie AZF.

Bied een uitweg De aanpak van de Top 600 kan alleen slagen als daders worden bestraft, maar ook geholpen om na hun straf een leven zonder criminaliteit te leiden. Daarom worden alle leden na aanhouding of veroordeling gescreend op verstandelijke beperking, psychosociale problematiek, verslaving of een combinatie van deze stoornissen. Een deel zal de benodigde medicatie krijgen. Ook wordt binnen de bestaande ISD-maatregel speciale programmering voor deze groep ontwikkeld. De ISD-maatregel, de Inrichting Stelselmatige Daders, wordt vanaf 2004 toegepast op verslaafde veelplegers en werkt goed. Met de ISD-maatregel is de dader van de straat en wordt hij geholpen zich voor te bereiden op een leven zonder criminaliteit. De zorg start in de gevangenis en is niet vrijblijvend. Komt de dader vrij dan blijven we op hem letten. Valt hij terug in criminaliteit dan volgt hernieuwde opsluiting. Het OM zal rechters vragen de straffen te combineren met strenge voorwaarden. De dader moet de gebode n uitweg met beide handen aangrijpen of hij wil of niet. Die stok achter de deur is nodig voor succesvolle zorgtrajecten. Zo zal elektronisch toezicht worden opgelegd tijdens het strafrechtelijk proces. Een ander voorbeeld is de mogelijkheid van nachtelijke detentie. Verder gaat Amsterdam met het rijk en andere gemeenten in gesprek over het samen opzetten van voorzieningen als internaten, gesloten inrichtingen. Binnen deze inrichtingen werkt de dader aan zijn toekomst door het leren van een vak. Zo wordt hij voorbereid op een leven zonder criminaliteit en is hij van de straat. Broertjes aanpak Naast de daders is er aandacht voor het gezin en hun broertjes om te voorkomen dat zij ook afglijden naar de criminaliteit. We willen voorkomen dat jonge kinderen kiezen voor de criminaliteit in plaats van huiswerk maken. Per gezin wordt een plan gemaakt. Jongere broertjes moeten een startkwalificatie halen en worden gescreend op leerbaarheid zodat we de goede hulpverleningstrajecten inzette n. Schoolverzuim wordt met voorrang aangepakt bij gezinnen achter de Top 600. Hiervoor wordt Bureau Leerplicht Plus ingezet. Als deze broertjes toch afglijden en misdrijven plegen, dan moeten ze worden opgepakt en voor de rechter gebracht. De scholen die de grootste problemen hebben met onveiligheid gaan we helpen met het verbeteren van de veiligheid. Schoolveiligheidsteams leveren daaraan een belangrijke bijdrage. Dat betekent dat we er steeds vroeger bij moeten zijn. Jongere broertjes mogen niet het voorbeeld van hun oudere broer(s) volgen.