Gemeente Utrecht

Bestrijding van berenklauw boekt resultaat

Op 17 maart starten gespecialiseerde medewerkers van de gemeente in de wijken Lunetten en Leidsche Rijn met de bestrijding van de reuzenberenklauw. Deze plant kan bij aanraking van gekneusde bladeren of snoeiafval rode huid, jeuk of zelfs brandblaren veroorzaken. Sinds 2008 gebruikt de gemeente een biologisch bestrijdingsmiddel dat de wortels aantast en zaadvorming tegengaat. De aanpak blijkt een succes: op al behandelde locaties komt de plant niet meer op.

Forse brandblaren
Het sap van de reuzenberenklauw is vooral gevaarlijk voor kinderen. Aanraking van gekneusde bladeren of snoeiafval kan, in combinatie met zonlicht, leiden tot een rode huid, jeuk en na verloop van tijd tot forse brandblaren. Deze kunnen zo ernstig zijn, dat ziekenhuisopname nodig is. De lichamelijke effecten zijn niet direct merkbaar, waardoor het contact tussen mens en plant intensief kan zijn. Wordt met besmette handen in de ogen gewreven, dan kan dit leiden tot tijdelijke of zelfs blijvende blindheid. De plant levert vooral problemen op langs voet- en fietspaden, water en op rangeerterreinen. Tuinbezitters wordt aangeraden de reuzenberenklauw zoveel mogelijk uit de tuin te weren en niet in zaad te laten komen.

Beter dan maaien
De werkzame stof in het biologisch bestrijdingsmiddel Biobeer is een schimmel, Sclerotina sclerotiorum, die van nature op de grond voorkomt. In de plant tast de schimmel de wortel aan en zorgt voor slecht kiemende zaden. Het eerste jaar groeit de plant minder goed en blijft dus kleiner. Na twee jaar kwomt de plant niet meer op. Het bedruppelen van de plant met Biobeer is een effectievere methode dan maaien. Door maaien komt de plant sterker terug. In Europa worden steeds meer actieprogramma's gestart om de (verspreiding van de) reuzenberenklauw tegen te gaan.