Rijksoverheid
Aftrapbijeenkomst Topteams
Toespraak | 30-03-2011
Toespraak van de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
Maxime Verhagen, bij de Aftrapbijeenkomst Topteams in
Monster/ Koppert Cress, 30 maart 2011.
Dank voor uw gastvrijheid! Voor de rondleiding door de kassen van uw
uiterst innovatieve en duurzame bedrijf. Voor de kennis die u heeft
gedeeld over de nieuwste methoden en technieken in de Nederlandse
tuinbouw. En voor de vele soorten cressen, eetbare orchideeën,
mini-meloentjes en blaadjes met oestersmaak die u hier teelt. Met deze
smaakmakers toveren topkoks overal ter wereld de heerlijkste gerechten
op tafel.
Dames en heren,
Vanavond bent u topkok en smaakmaker tegelijk. En niet alleen vanavond,
maar ook morgen, volgende week en de komende maanden. Topkoks en
smaakmakers die onze economie nóg innovatiever gaan maken. Die ieder in
hun eigen keuken, hun eigen sector, de samenwerking gaan stimuleren
tussen ondernemers, onderzoekers en overheden. Zodat er kennis,
producten, processen en diensten op tafel komen die niet alleen heel
smakelijk zijn. Maar die ook onze economie kunnen voeden.
Toen ik half oktober aantrad als minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie waren mijn belangrijkste vragen:
* hoe grijp je de kansen die opkomende markten ons bieden?
* hoe zorg je ervoor dat Nederland nog concurrerender wordt?
* dat we onze welvaart verder uitbouwen,
* en dat we inspelen op grote maatschappelijke vraagstukken. Zoals
schaarser wordende fossiele energie en grondstoffen.
Klimaatverandering. Zeespiegelstijging. Afnemende biodiversiteit.
En de weg naar een biobased economy.
Het was mij al snel duidelijk dat er op deze vragen maar één antwoord
bestaat. En dat antwoord bestaat uit drie delen:
1. zorg ervoor dat Nederland de dingen waar het goed in is nog beter
doet;
2. loop ondernemers niet voor de voeten met hinderlijke regels; en
3. breng in elke sector kennen, kunnen en doen bij elkaar. De sectoren
weten immers het beste wat werkt.
Sterker vestigingsklimaat
Dit kabinet richt zich op een sterker vestigingsklimaat voor alle
bedrijven in Nederland, ook voor nieuwe sectoren. Dat doen we door de
fiscale mogelijkheden voor innovatie te verruimen, onder meer via een
uitbreiding van de WBSO. Dat doen we door te snijden in regels. En door
te zorgen voor voldoende durfkapitaal. Dát is de basis van ons
bedrijvenbeleid.
Kennisintensieve sectoren
Daarnaast concentreren we ons op ondernemers, onderzoekers en overheden
in kennisintensieve sectoren met een sterke markt- en exportpositie.
Sectoren die kunnen bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke
uitdagingen. Sectoren waarbinnen ondernemers en kennisinstellingen
intensief met elkaar samenwerken. Waar goed overheidsbeleid bepalend is
voor groei en bloei.
Een van die sectoren is de Agrofood. Daar wordt al heel lang succesvol
samengewerkt tussen bedrijfsleven, overheid, en onderzoek en onderwijs.
Zodat het ons is gelukt om op peperdure grond internationaal
concurrerende land- en tuinbouw te bedrijven. Waardoor ook onze
tuinbouw een kennisintensieve sector kon worden met een sterke markt-
en exportpositie. We zijn nu de tweede exporteur van land- en
tuinbouwproducten. En we produceren hoogwaardige kennis voor de
internationale markt.
Topsectoren
Naast agrofood en tuinbouw kent Nederland nog 7 van zulke topsectoren:
water, high tech, life sciences, chemie, energie, logistiek en
creatieve industrie. In díe sectoren gebeurt het. Juist díe sectoren
moeten daarom alle ruimte krijgen om te ondernemen en te innoveren. En
het is ook heel belangrijk dat we nieuwe internationale hoofdkantoren
naar Nederland halen.
In de sectoren die ik noemde, speelt u de hoofdrol. Ieder van u zit in
een team dat bestaat uit een boegbeeld uit de sector, een
wetenschapper, een topambtenaar en een innovatieve MKB'er. Ik ben zeer
onder de indruk van de voortvarendheid waarmee u aan de slag bent
gegaan om te inventariseren wat nodig is om te excelleren. Jeroen van
der Veer heeft een week geleden zelf de boegbeelden al bij elkaar
geroepen. En overal in het land worden inputsessies georganiseerd.
Kortom: er stroomt energie!
Een vraag die mij vaak wordt gesteld: is er geld? Ja, zeg ik dan, er is
geld. Maar geen nieuw geld, want we moeten 18 miljard euro bezuinigen.
Er is dus anderhalf miljard euro bestaand overheidsgeld beschikbaar
voor kennis, innovatie en buitenlandbeleid voor uw sectoren.
En de volgende vraag die men dan stelt is: wie gaat er over dat geld?
Antwoord: de politiek, want het is geld van de belastingbetaler. Maar
als topkoks heeft u wel een stevige vinger in de pap. Want u gaat ons
vertellen wat er allemaal moet gebeuren.
Visie en actieagenda
Elk team gaat namelijk een visie en een actieagenda opstellen voor zijn
sector. Daarin schrijft u op welke kansen er zijn voor uw sector, welke
regels hinderlijk zijn of juist ontbreken. Welke kennis nodig is. Welk
fundamenteel onderzoek moet worden gedaan. Wat er moet gebeuren op
terreinen als economische diplomatie, infrastructuur, de aansluiting
tussen onderwijs en arbeidsmarkt en duurzaamheid. En welke
dwarsverbanden er zijn met de andere topsectoren. Want sommige
topproducten, zoals medische apparaten of ICT, kan je niet aan één
sector toeschrijven, maar ontstaan juist uit de cross-overs tussen de
topsectoren. Dat zie je ook op het terrein van onderwijs of de biobased
economy.
Ik moedig u aan op zoek te gaan naar de zwakste schakel in het
overheidsbeleid voor uw sector. De ene keer is dat de aansluiting
tussen onderwijs en arbeidsmarkt. De andere keer goede regelgeving voor
de toelating van medicijnen. De volgende keer weer heel iets anders.
Kijk dus over de volle breedte van uw sector. En houdt u vooral ook de
ogen en oren open naar andere sectoren. Bijvoorbeeld naar de bouw.
Ik daag u uit hier zoveel mogelijk partijen bij te betrekken en te
consulteren. Maar ik daag u ook uit om in uw agenda's uiteindelijk
keuzes te maken. Dat zal niet bij iedereen tot applaus leiden. Maar dat
maak ik als minister bijna dagelijks mee.
Vervolgens beoordeelt het kabinet vóór Prinsjesdag integraal alle
voorstellen. En daarna start fase 2: de uitvoering. Daar kom ik een
andere keer op terug.
Dames en heren,
We gaan zo aan tafel. Ongetwijfeld staan er producten van Koppert Cress
op het menu. Echte smaakmakers.
Maar laten we één ding niet vergeten: u bent vanavond de grootste
smaakmakers. Ik ben dan ook ontzettend blij dat ik u bereid heb
gevonden om in topteams aan de slag te gaan met sectorale visies en
agenda's. Voor die bereidheid wil ik u allen heel hartelijk danken.
Boegbeelden, wetenschappers, topambtenaren en innovatieve MKB'ers.
Kortom, de topteams van:
Cees 't Hart voor Agro-Food;
Timo Huges voor Tuinbouw;
Leo van Wijk voor Logistiek;
Rein Willems voor Chemie;
Jeroen van der Veer voor Energie;
Koos van Oord voor Water;
Amandus Lundqvist voor High Tech;
Ron Fonville voor Lifesciences;
Victor van der Chijs voor Creatieve Industrie; en
Sjoerd van Keulen voor Hoofdkantoren!
Vanaf nu staat de sector centraal en niet hoe we onze Haagse
beleidsdossiers hebben georganiseerd. U bent aan zet om goede agenda's
en visies op te stellen! U gaat het doen. En komt u het liefst met zo
concreet mogelijke voorstellen!
En gebruikt u deze avond om met elkaar kennis te maken. Te spreken over
elkaars aanpak. Te zoeken naar de raakvlakken tussen elkaars sectoren.
Heel veel succes!
En voor nu: bon appetit!