Raad van State


dinsdag 19 april 2011
10.30 uur
Zitting over de weigering door het college van burgemeester en wethouders van Soest om een bouw- en aanlegvergunning te verlenen voor een 'paddock' aan de Bartolottilaan in Soest. Volgens het gemeentebestuur is het aanleggen van een omheind stuk grasland voor paarden in strijd met het bestemmingsplan en kan daarvan geen ontheffing verleend worden, omdat de paddock een 'negatieve invloed op de landschappelijke waarden van het gebied heeft'. Het echtpaar dat de vergunningen had aangevraagd bestrijdt dat. Volgens hen past een paddock juist heel goed in een landelijke omgeving en is een paddock beter in te passen in de omgeving dan een paardenbak. De rechtbank in Utrecht stelde het echtpaar in september 2010 in het ongelijk. Tegen die uitspraak komt het echtpaar in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 201009876/1) Zitting over de weigering door het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap Vallei en Eem om maatregelen te treffen tegen het storten van grond en baggerspecie door de Grondbank in de Grote Veenderplas (Mobagat) in Lunteren. Een inwoner uit Lunteren had om deze maatregelen gevraagd. De Grote Veenderplas wordt ondieper gemaakt door de werkzaamheden. De man betwist de noodzaak van het verondiepen van de plas. Bovendien vreest hij dat deze werkzaamheden leiden tot verontreiniging van de plas. Hij vreest dat in de plas ook grof vuil, zoals oude fietsen, wordt gestort. Verder voert de man aan dat de diepte en de helderheid van het water de Grote Veenderplas heel geschikt maken voor roofvissen. Door het verondiepen van de plas zouden deze soorten verloren gaan, en vervangen worden door meer algemene soorten die op veel meer plekken in Nederland te vinden zijn. Volgens het college van dijkgraaf en heemraden wordt echter aan de milieuregels voldaan. Daarom is er volgens hem geen reden om maatregelen te treffen. De man is het daar niet mee eens en komt tegen de weigering in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Raad van State heeft zich in een voorlopige uitspraak van maart 2010 eerder over deze zaak gebogen. Die uitspraak met zaaknummer 200910326/1 is te vinden op de site. (zaaknummer 201004707/1)

12.00 uur

Zitting over de boetes die de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op grond van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) heeft opgelegd aan twee Nederlandse bedrijven en aan een Pools bedrijf. De minister heeft aan de bedrijven elk een boete van EUR24.000 opgelegd nadat de Arbeidsinspectie had geconstateerd dat bij een bedrijf uit Schijndel drie Polen werkten, zonder dat zij beschikten over werkvergunningen. Het bedrijf uit Schijndel voert aan dat het voor bepaalde werkzaamheden een aannemingsovereenkomst met een bedrijf uit Haaren had gesloten, welk bedrijf op zijn beurt een aannemingsovereenkomst zou hebben gesloten met een Pools bedrijf. Zowel de Nederlandse bedrijven als het Poolse bedrijf komen tegen de boete in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vinden het in strijd met het Europees recht om een werkvergunning voor de Poolse werknemers te eisen. De Raad van State heeft onder meer in deze zaak in juli 2009 zogenoemde prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie in Luxemburg. De Raad van State wilde van het Hof duidelijkheid over de uitleg van enkele Europese bepalingen. De Raad van State wilde weten of een werkvergunning geëist mag worden wanneer de 'dienstverrichting bestaat uit het ter beschikking stellen van arbeidskrachten'. Ook in twee andere boetezaken rondom Poolse bedrijven heeft de Raad van State vragen gesteld aan het Hof. Alle drie de zogenoemde verwijzingsuitspraken met zaaknummers 200900248/1, 200801014/1 en 200804042/1 zijn te vinden op de site. Het Hof in Luxemburg heeft op 10 februari jl. geantwoord op deze vragen, waardoor de Raad van State de behandeling van het hoger beroep van het Poolse bedrijf en de daarmee samenhangende hoger beroepen van de twee Nederlandse bedrijven weer kon voortzetten. De partijen hebben de gelegenheid gekregen om schriftelijk te reageren op de antwoorden van het Hof in Luxemburg. Op de zitting van vandaag kunnen zij hun standpunten mondeling toelichten en kan de Afdeling bestuursrechtspraak de laatste vragen aan partijen stellen, voordat zij definitief uitspraak zal doen in deze zaken. Zie ook de zaak met zaaknummer 200900248/1 die de Raad van State vandaag om 10.00 uur behandelt en de zaken met zaaknummers 200804042/1 en 200806128/1 die om 11.00 uur worden behandeld. (zaaknummers 200801014/1 en 200805125/1)

13.45 uur

wethouders van Boxtel heeft verleend voor het project 'Dommel door Boxtel'. Waterschap De Dommel en de gemeente Boxtel werken sinds november 2009 samen aan de uitvoering van het project Dommel door Boxtel. Zij willen van De Dommel in Boxtel een brede, zichtbare beek maken, waarbij er naast ruimte voor water en recreatie, veel ruimte is voor natuur. Voor de uitvoering van het project tussen de Raaphof en de Zwaanse brug heeft het gemeentebestuur een bouwvergunning verleend voor het plaatsen van damwanden, een trappartij, oevermuren en een faunapassage voor amfibieën en kleine zoogdieren. Omdat het bestemmingsplan deze werkzaamheden niet toestaat, heeft het gemeentebestuur ook ontheffing van het plan verleend. De Vereniging voor Natuurbehoud & Milieubeheer 'Het Groene Hart' is het niet eens met de bouwvergunning en kwam eerder in beroep bij de rechtbank in Den Bosch. Die oordeelde in december 2010 dat de ontheffingsbevoegdheid niet toereikend was voor de omvang van de werkzaamheden. Op grond van het bestemmingsplan mocht voor slechts 50 m2 ontheffing worden verleend van het bestemmingsplan, terwijl de werkzaamheden een grotere oppervlakte betreffen, aldus de rechtbank. Tegen deze uitspraak komen zowel het waterschap als het gemeentebestuur in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De zitting gaat ook over de aanlegvergunning die het gemeentebestuur voor het project heeft verleend. Het gaat om een vergunning voor het kappen van bosschages, bomen en het afgraven van oevers op het centrumtraject van het project 'Dommel door Boxtel'. De vereniging kwam ook tegen deze vergunning in beroep bij de rechtbank in Den Bosch. Zij vindt dat het gemeentebestuur geen vergunning mocht verlenen voor het afgraven van gronden, omdat het bestemmingsplan dat niet mogelijk zou maken. De rechtbank stelde haar in december 2010 in het ongelijk. De vereniging laat het er niet bij zitten en komt tegen deze uitspraak in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummers 201101130/1 en 201101360/1)
Zitting over de weigering door het college van gedeputeerde staten van Gelderland om een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet te verlenen aan een kippenfarm in Groesbeek. Eerder had het provinciebestuur de vergunning nog verleend, maar naar aanleiding van bezwaren van de vereniging Villapark De Zeven Heuvelen en de Mobilisation for the Environment (MOB) heeft het provinciebestuur de vergunning alsnog geweigerd. Volgens de vereniging en de MOB klopten de berekeningen naar de uitstoot van ammoniak niet. Het bedrijf zou te veel ammoniak uitstoten en voor stankoverlast zorgen. Verder zou een nabijgelegen beschermd natuurgebied door de uitstoot van ammoniak worden aangetast. De Raad van State heeft de vergunning in maart 2010 voorlopig geschorst, omdat het volgens de Raad van State de vraag was of de uitstoot van ammoniak zou afnemen. Die uitspraak is te vinden op onze website onder zaaknummer 200909292/1. De kippenfarm is het niet eens met de weigering en is daartegen in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In afwachting van een definitieve uitspraak op zijn beroep, verzoekt hij de Raad van State het besluit van het provinciebestuur voorlopig te schorsen. (zaaknummer 201012844/2)