ChristenUnie


Zorgen over de positie van de kerk op de BES eilanden!

vrijdag 22 april 2011 18:00 Kamerlid Cynthia Ortega-Martijn heeft deze week haar zorgen over de gevolgen van de scheiding van kerk en staat op de BES-eilanden opnieuw onder de aandacht van de minister gebracht door aanvullende schriftelijke vragen aan de minister voor te leggen. 'Met name de ongelijke positie die voor de protestantse kerken ontstaat, door het ontbreken van een overgangsregeling voor deze kerken, baart mij zorgen.' aldus Ortega.

Hieronder vind u de tekst van de schriftelijke vragen die Cynthia Ortega-Martijn deze week aan de minister heeft voorgelegd:

Aanvullende schriftelijke vragen van het lid Ortega-Martijn aan de minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties naar aanleiding van de beantwoording van de minister op de eerder gestelde vragen over de gevolgen van scheiding van kerk en staat op de BES-eilanden (ingezonden op 10 februari 2011)


1. Bent u op de hoogte van het feit dat voor de Rooms Katholieke kerk ter voorkoming van financiële gevolgen als gevolg van invoering van Nederlandse wetgeving per 10-10-2010 in een overgangsregeling is voorzien voor de huidige priesters die werkzaam zijn op de BES-eilanden? (Antilliaans Dagblad, 10 februari 2010) Kunt u bevestigen dat dit een bestaande nationale regeling is die eveneens geldt voor andere kerken?


2. Bent u op de hoogte van het feit dat de overheid op Curaçao voor 10 oktober 2010 de aanstelling van de nieuwe predikant van de Protestantse Kerk op Bonaire heeft laten liggen waardoor niet in een overgangsregeling is voorzien voor de Protestantse kerk (terwijl de predikant door de Protestantse kerk reeds beroepen/ bevestigd was)?


3. Bent u het met mij eens dat, gezien het gegeven dat de Protestantse Kerkgenootschappen op de BES-eilanden niet op de hoogte zijn gebracht van de gevolgen van de staatsrechtelijke transitie en niet in een overgangsregeling is voorzien, er sprake is van ongelijke behandeling en het niet gerechtvaardigd is dat de Protestantse kerk hier onevenredig nadeel van ondervindt? En bent u het met mij eens dat dit eveneens een geval is waarover u spreekt in uw beantwoording, namelijk dat de transitie van de eilanden een plotseling negatief effect heeft op een onderdeel van de samenleving en dat dit aandacht verdient? (Zie antwoord op vraag 5 van de beantwoording van de minister op de gestelde vragen van het lid Ortega-Martijn over de gevolgen van de scheiding van kerk en staat op de BES-eilanden dd. 25 maart 2011, kenmerk 2011-2000098639) Zo nee, waarom niet?


4. Zo ja, bent u bereid om ter voorkoming van sluiting van de Protestantse Gemeente op Bonaire in lijn met de overgangsregeling die voor de Rooms katholieke kerk is getroffen, ook voor de Protestantse kerk in een overgangsregeling te voorzien die als overbrugging kan dienen, zodat de gemeenschap mogelijkheden kan creëren om de kerk / predikant zelf te kunnen onderhouden in de nabije toekomst?


5. Kunt u verder aangeven wat de toezegging concreet inhoudt om in het voortdurende traject van de boedelscheiding aandacht te hebben voor de gevallen waar vraag 2 op doelt en kunt u aangeven wat u hieraan gaat doen op korte termijn? Wanneer kan de Kamer hierover geïnformeerd worden?

Cynthia Ortega