Raad van State


dinsdag 26 april 2011
10.00 uur

Zitting over het verzoek van de gemeenteraad van Leiden aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State om een eerder getroffen voorlopige voorziening op te heffen. De Raad van State heeft in november 2010 de goedkeuring van een deel van het bestemmingsplan 'Zuidelijke Schil' van de gemeente Leiden geschorst. Het gaat om het deel dat de nieuwbouw van woonzorgcentrum de Lorentzhof mogelijk maakt. Door de schorsing kan de gemeente nog niet beginnen met de nieuwbouw van de Lorentzhof in combinatie met een wijkservicecentrum, de nieuwbouw van een orthopedagogisch instituut en de bouw van ongeveer honderd nieuwe woningen. Naar het voorlopig oordeel van de Raad van State had de gemeente meer onderzoek moeten doen naar de verkeersbelasting en de parkeerdruk in het gebied. De uitspraak met zaaknummer 201007504/2 is te vinden op de site. Volgens de gemeenteraad zijn die onderzoeken nu gedaan en kan de schorsing daarom worden opgeheven. (zaaknummer 201007504/6)

11.45 uur

Zitting over de vaststelling door de gemeenteraad van Bergen op Zoom van het bestemmingsplan 'Landgoed Brabantse Wal'. Het plan maakt de aanleg mogelijk van een landgoed aan de Polderweg in Lepelstraat. De eigenaren van een aantal percelen landbouwgrond willen een klein woonzorgcomplex bouwen waar wonen gecombineerd wordt met zorg op maat. Het complex zal ruimte bieden aan maximaal 26 woon-zorgappartementen. Een echtpaar dat aan de Polderweg woont is het niet eens met het plan en is daartegen in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vrezen voor een aantasting van hun woon-en leefklimaat door de komst van het landgoed. In afwachting van een definitieve uitspraak, verzoeken zij de Raad van State het bestemmingsplan wil schorsen. (zaaknummer 201100665/2)

13.45 uur

Zitting over de dwangsom die het college van burgemeester en wethouders van Valkenswaard heeft opgelegd aan Kinderopvang Merlijn in de gemeente. Het gemeentebestuur heeft de dwangsom opgelegd om de eerdere verbouwing van een zwembad aan de Carolusdreef tot kinderdagverblijf weer ongedaan te maken. Volgens het gemeentebestuur is het zwembad destijds zonder geldige bouwvergunning verbouwd. Er was in 2001 wel een bouwvergunning verleend, maar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde echter in juli 2003 dat de verkeerde vrijstelling van het bestemmingsplan was verleend, zodat de bouwvergunning evenmin verleend had mogen worden. Naar aanleiding van die uitspraak met zaaknummer 200204932/1 heeft het gemeentebestuur de eerdere bouwvergunning alsnog ingetrokken. Volgens hem kan voor het kinderdagverblijf geen nieuwe bouwvergunning worden verleend en moet de verbouwing dan ook ongedaan gemaakt worden. Daarom heeft het de dwangsom opgelegd. De rechtbank in Den Bosch heeft in oktober 2010 een eerder beroep van Kinderopvang Merlijn tegen de dwangsom gegrond verklaard en bepaald dat het gemeentebestuur een nieuwe beslissing moest nemen. Naar het oordeel van de rechtbank had het gemeentebestuur namelijk niet onderzocht of de situatie alsnog gelegaliseerd kan worden op grond van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening. Tegen die uitspraak komen het gemeentebestuur en twee omwonenden in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In november 2010 heeft het gemeentebestuur opnieuw een besluit genomen. Het gemeentebestuur heeft besloten om bij zijn standpunt te blijven omdat het geen mogelijkheden ziet om op grond van de nieuwe wetgeving een bouwvergunning te verlenen. Tegen die beslissing komt Kinderopvang Merlijn in beroep. (zaaknummer 201010887/1)

13.45 uur

Zitting over de vaststelling door de gemeenteraad van Zwolle van het bestemmingsplan 'Project dijkverlegging Zwolle'. Het plan heeft betrekking op een gebied aan de noordwestzijde van de stad en ligt gedeeltelijk in de bestaande uiterwaarden. Om de rivier De IJssel meer ruimte te geven maakt het plan een dijkverlegging bij Westenholte mogelijk. Ook worden de uiterwaarden vergraven. Het plan maakt deel uit van het 'Ruimte voor de Rivier' programma dat de overheid in 2006 lanceerde. De eigenaren van een melkveehouderij zijn het niet eens met het plan en zijn daarom in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Om de dijk te kunnen verleggen, moet een schapenhouderij worden verplaatst. De nieuwe locatie van de schapenhouderij zou gepland zijn op de gronden die de melkveehouderij van de gemeente pacht. De melkveehouderij vreest daardoor in zijn bedrijfsvoering te worden beperkt. In afwachting van een definitieve uitspraak op hun beroep, verzoeken zij de Raad van State het plan voorlopig te schorsen. (zaaknummer 201101457/2)

14.00 uur

Vooraankondiging van de uitspraken in hoofdzaken (bodemprocedures) die de Afdeling bestuursrechtspraak op woensdag om 10.15 uur openbaar zal maken. Ga naar deze pagina voor een selectie van de meest in het oog springende uitspraken. Of ga naar deze pagina voor een volledig overzicht van de uitspraken.