Vlaamse Overheid

crisismaatregelen aan

Vlaamse Regering past crisismaatregelen aan

Persmededeling van de Vlaamse Regering

vrijdag 29 april 2011

Op initiatief van Vlaams minister-president Kris PEETERS heeft de Vlaamse Regering vandaag beslist een permanent karakter te verlenen aan de versoepelingen voor gewone waarborgen, die eerder ingevoerd waren bij urgentiebesluit tijdens de financiële en economische crisis. Anderzijds wordt de tijdelijke regeling voor waarborgen voor overbruggingskredieten stopgezet op 30 juni 2011, nu de financiële en economische crisis grotendeels achter de rug is en het herstel zich doorzet.

De ParticipatieMaatschappij Vlaanderen (PMV) verstrekt waarborgen aan financiële instellingen. Dat laat hen toe om meer financiering aan te bieden aan ondernemingen en dat tegen aantrekkelijker voorwaarden. In het licht van de crisis werd het toepassingsgebied van de generieke Waarborgregeling versoepeld en verruimd. De crisismaatregelen werden opgenomen in drie urgentiebesluiten. Die aanpassingen hebben hun nut duidelijk bewezen om de gevolgen van de crisis op de financiële markten op te vangen.

Versoepeling zorgde mede voor grote toename waarborgen

Vergeleken met 2008, is het gebruik van de Waarborgregeling meer dan verdubbeld (tot 203.048.528 euro in 2009 en 215.479.653 euro in 2010). Het aantal gewaarborgde dossiers groeide fors van 705 dossiers in 2008 tot 1.495 dossiers in 2009 en 1.668 in 2010. Dankzij die waarborg konden ondernemers bankkredieten krijgen die investeringen mogelijk maakten. Dat betekent dat voor elke euro waarborg meer dan 2,2 euro investeringen worden gerealiseerd. Dat wijst op de aanzienlijke hefboomwerking van de generieke Waarborgregeling.

De grafiek in bijlage toont de groei van het aantal verbintenissen, de waarborg- en kredietbedragen en de investeringen die mogelijk gemaakt werden door de Waarborgregeling:

In het licht van de economische en financiële crisis werd het toepassingsgebied van de Waarborgregeling versoepeld en verruimd via drie urgentiebesluiten.


1. Het eerste urgentiebesluit (7 november 2008) voorzag in:

o de verhoging van de grens, waarvoor een automatische aanmeldingsprocedure voor de Waarborgregeling volstaat, van 500.000 euro naar 750.000 euro (voor een waarborg groter dan 750.000 euro is een voorafgaandelijk akkoord van de minister vereist);

o de afschaffing van de verplichting voor de banken en leasingmaatschappijen om bij gebruik van de Waarborgregeling bepaalde zakelijke en persoonlijke zekerheden te vestigen, naast de gevestigde zekerheden, conform de interne procedures van de waarborghouders;

o de mogelijkheid om ook kredieten voor bedrijfskapitaal, die voorheen niet meer dan 1/3de van de financieringsovereenkomst mochten bedragen, van de Waarborgregeling te laten genieten.

De afschaffing van de beperking op bedrijfskapitaal, opgenomen in het eerste Urgentiebesluit, heeft duidelijk zijn vruchten afgeworpen. Zo werden in 2009 en 2010 meer kredieten voor bedrijfskapitaal onder de waarborg gebracht, namelijk 24 à 25% van het totale aantal verbintenissen, terwijl dit percentage in 2008 slechts 10% bedroeg. Door het optrekken van de grens van het automatisch waarborgsysteem van 500.000 euro naar 750.000 euro is het procentuele aandeel van de dossiers tussen 500.000 en 750.000 euro gestegen van 0,85% in 2008 naar ongeveer 6% zowel in 2009 als in 2010.


2. Het tweede urgentiebesluit (6 maart 2009) breidde het toepassingsgebied van de Waarborgregeling, dat tot dan toe beperkt gebleven was tot kmo's, uit tot alle ondernemingen. Sinds de start en tot het eerste kwartaal van 2011 werd voor 45 verbintenissen aangaande grote ondernemingen een beroep gedaan op de Waarborgregeling voor een totaal waarborgbedrag van 14,67 miljoen euro.


3. Het derde urgentiebesluit (16 oktober 2009), "Urgentiebesluit ter" genoemd, maakte het mogelijk de Waarborgregeling in te schakelen voor overbruggingsfinanciering, om ondernemingen toe te laten tijdelijke liquiditeitsproblemen ten gevolge van de crisis te overwinnen. Tot 31 maart 2011 konden 183 verbintenissen via het Urgentiebesluit ter van de waarborg genieten voor een totaal bedrag van 51,8 miljoen euro. Meer dan de helft van de verbintenissen hadden betrekking op verlenging van de krediet (waarborg)duur en/of uitstel van kapitaalsaflossingen. Die kredieten zouden waarschijnlijk opgezegd geweest zijn, indien Urgentiebesluit ter de mogelijkheid tot verlenging/uitstel niet geboden had.

Met haar beslissing vandaag wenst de Vlaamse Regering het vermelde eerste en tweede urgentiebesluit te integreren in de Waarborgregeling en er aldus een permanent karakter aan te verlenen. Het derde urgentiebesluit is te beschouwen als een echte tijdelijke crisismaatregel en dient bijgevolg, nu de financiële en economische crisis grotendeels achter de rug is en het herstel zich doorzet, te worden afgeschaft.