UMC Groningen
Mensen met autisme socialer na hun dertigste door ontwikkeling spiegelsysteem
in het brein
03 mei 2011
Onderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) en
het Nederlands Instituut voor Neurowetenschappen van de KNAW (NIN-KNAW)
hebben ontdekt dat het spiegelsysteem in het brein van mensen met de
hersenaandoening autisme wel functioneert, maar zich langzamer
ontwikkelt dan bij anderen. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd
in het gezaghebbende tijdschrift Biological Psychiatry, Vol. 69 (9).
Spiegelneuronen helpen ons te begrijpen wat iemand voelt of denkt en
wat een ander doet. Deze neuronen zijn actief als we iemands
gezichtsuitdrukking zien of een ander een handeling zien uitvoeren
zoals eten of sporten. In gedachten voeren we dezelfde handeling uit en
door de spiegel in ons brein begrijpen we beter wat anderen doen.
Bij de meeste mensen is de activiteit van spiegelneuronen het grootst
tijdens hun jeugd. Uit het onderzoek van Christian Keysers, verbonden
aan het UMCG en het NIN, blijkt dat mensen met autisme juist een zwak
ontwikkeld spiegelsysteem hebben wanneer ze jong zijn, maar dat de
activiteit van spiegelneuronen toeneemt naarmate ze ouder worden. Rond
hun dertigste functioneert het spiegelsysteem in het brein normaal en
na deze leeftijd zelfs bijzonder goed. De toename van de activiteit van
spiegelneuronen gaat hand in hand met de ontwikkeling van het sociaal
functioneren van mensen met autisme; ze hebben meer vrienden en zijn
sociaal actiever.
De bevindingen van Christian Keysers zijn van belang voor de
ontwikkeling van nieuwe behandelmethodes voor autisme. 'Tot nu toe werd
door velen aangenomen dat mensen met autisme moeite hebben om zich in
anderen te verplaatsen omdat hun spiegelsysteem niet functioneert. Nu
blijkt dat het systeem niet kapot is, maar zich vertraagd ontwikkelt,
kunnen we gaan onderzoeken hoe de activiteit van spiegelneuronen
gestimuleerd kan worden.'